Samaritanen
P.C.H. Kleinbloesem | Geen reacties | 17-09-2016| 11:52
Vraag
Ik heb een vraag met betrekking tot Johannes 4:42 waar staat: “En zeiden tot de vrouw: Wij geloven niet meer om uws zeggens; want wij zelven hebben Hem gehoord, en weten dat Deze waarlijk is de Christus, de Zaligmaker der wereld.”
Mijn eerste vraag is: Worden Samaritanen onder de heidenen gerekend? Ik las namelijk ergens dat ze eigenlijk half-Jood zijn.
Mijn tweede vraag geldt eigenlijk alleen maar als op de eerste vraag het antwoord is dat Samaritanen onder de heidenen gerekend worden. Ik las namelijk iets van iemand die zei dat de Heilige Geest pas in Handelingen 10 werd uitgestort over de heidenen. Maar als de Samaritanen onder de heidenen gerekend worden dan klopt dit toch eigenlijk niet? Je hebt namelijk de Heilige Geest nodig om te geloven dus dat betekent dat die Samaritanen ook de Heilige Geest al hadden gekregen.
Antwoord
Beste vraagsteller,
Eigenlijk kan mijn antwoord vrij kort zijn. Je zou kunnen zeggen dat de godsdienst van de Samaritanen half heidens, half Israëlitisch was. Vandaar dat de Joden hen beschouwden als heidenen. Je tweede vraag moet ik dus ook beantwoorden.
Punt is dat de Heilige Geest met Pinksteren (Handelingen 2) is komen wonen in de harten van mensen: van hen die de Heere Jezus liefhebben. In eerste instantie gold dat voor de Joden. In Handelingen 8 lees je over Samaritanen die het Woord Gods aangenomen hadden, maar de Heilige Geest nog niet ontvangen hadden. Na gebed van Petrus en Johannes ontvangen ook zij de Heilige Geest. In Handelingen 10 lees je over heidenen die tot geloof kwamen, en die op dat moment ook direct de Heilige Geest ontvingen (inwonend in hun hart). Belangrijk voor de beantwoording van jouw vraag is dat dat allemaal na Handelingen 2 is.
Vóór Handelingen 2 woonde de Heilige Geest nog niet in de harten van de gelovigen. Dus ook niet in het hart van de Samaritaanse vrouw uit Joh. 4. Maar vóór Handelingen 2 werkte de Heilige Geest natuurlijk wel. Niemand is ooit tot geloof gekomen zonder het werk van de Heilige Geest. Je moet dus onderscheid maken tussen de werking van de Heilige Geest en de inwoning van de Heilige Geest. Vóór Handelingen 2 werkte Hij wel (nogmaals: niemand is ooit tot geloof gekomen zonder het werk van de Heilige Geest: het geloof is een gave van God, gewerkt door de Heilige Geest!), maar woonde Hij nog niet in de harten van de gelovigen.
Samenvattend: Met Pinksteren is de Heilige Geest komen wonen in de harten van de gelovigen. Iedereen die vandaag de dag de Heere Jezus leert kennen, mag weten dat hij vanaf het moment dat hij tot geloof kwam, de Heilige Geest in zijn hart heeft. Lees maar wat er staat in Ef. 1:13! En ook Rom. 8:9: iemand die de Heilige Geest niet heeft, die hoort helemaal niet bij de Heere Jezus! Vanaf Handelingen 2 mag tegen een kind van God gezegd worden: je lichaam is een tempel van de Heilige Geest. Vóór Handelingen 2 lag dat dus anders.
Ik hoop hiermee je vraag beantwoord te hebben.
Gods zegen!
Ds. P. C. H. Kleinbloesem
Dit artikel is beantwoord door
P.C.H. Kleinbloesem
- Geboortedatum:13-10-1976
- Kerkelijke gezindte:PKN (Hervormd)
- Status:Actief