Kinderen van de Heere die Christus nog niet kennen
Ds. C. Harinck | 52 reacties | 18-08-2016| 14:00
Vraag
Niet zo lang geleden hoorde ik een student van de Ger. Gem. preken en die zei het volgende: “Christus is de Bruidegom. De kerk is de bruid. De dochters van Jeruzalem, wie zijn dat dan? Die bruid is iemand die de Bruidegom kent. En die dochters van Jeruzalem? Die kennen de Bruidegom niet. Het gaat hier over de kerk die Christus kent. De dochters van Jeruzalem, dan gaat het over mensen die Christus niet kennen. Wel zijn dat kinderen des Heeren. Nu zegt er iemand: nu begrijp ik het even niet. Zit er dan verschil in bij de kinderen van de Heere? Ja. Er zijn kinderen van de Heere die Christus nog niet kennen. Er zijn er ook die Hem wel kennen. Er zijn verschillende standen in het genadeleven. Er is dus een kerk die Christus niet kent.” Klopt deze uitleg? Graag zou ik hier een bijbels antwoord op hebben.
Antwoord
Geachte vraagsteller,
Laat ik beginnen met te zeggen dat ik verwacht had dat iemand die in een bevindelijke kerk is groot geworden toch wel zou weten dat alle gelovigen niet gelijk zijn. Jezus zei tot Petrus na zijn herstel als apostel: Hoed mijn schapen en weid Mijn lammeren. In Jezus’ kudde zijn schapen en lammeren. Er zijn oude, door de harde levenspraktijk geoefende schapen en pasgeboren lammeren, die nog veel moeten leren. Die gedachte kom je ook tegen in Jes. 40:11.
In Hebr. 5:12-14 lees je dan ook over kinderen en volwassenen in het geloof. Paulus heeft het dan vervolgens in Hebr. 6:1 over niet blijven steken in het ‘kinderonderwijs’ maar op te wassen tot mondigheid. 1 Kor. 3. spreekt ook over dit verschil. Ef. 4:13 handelt eveneens over het komen tot mondigheid en volwassenheid. Ik denk dat nu wel duidelijk is dat er verschil is onder Gods kinderen. Dit verschil zou nog met veel andere zaken uit te breiden zijn.
Maar dan de specifieke vraag, die u stelt: Zijn er kinderen van de Heere die Christus nog niet kennen? Nu denk ik dat het gebrek in de personen waarover het gaat in 1 Kor. 3 en Hebr. 5 en 6 niet is dat zij nog niets van Christus kenden, maar wel dat zij in die eerste geringe kennis bleven hangen en daar rijk en verrijkt mee waren. Dat veroordeelt de apostel.
Maar goed, dan uw vraag. De Bijbel toont ons een enkele maal mensen, in wier hart iets gaande is, waar Gods Geest op een voor ons soms niet na te trekken manier werkzaam is, en die toch Jezus nog niet kennen als Zaligmaker en Verlosser. We kunnen hier denken aan de blindgeborene uit Joh. 9 en aan de kamerling in Hand. 8 en ook aan Cornelius in Hand. 10.
De praktijk van het genadeleven leert ons dat mensen overtuigd kunnen zijn van hun zonden, met droefheid naar God vervuld kunnen zijn en toch geen geloofskennis van Christus kennen en de troost daarvan missen. De geloofskennis van Jezus en Zijn werk is geen gevolg van historische kennis, al kan die er niet bij gemist worden, maar van de verlichting door de Heilige Geest. Het was de christenen te Filippi gegeven in Christus te geloven. Filipp. 1:29. In zover had de student dus gelijk.
Er is echter een andere zaak. Stel je zulke mensen nu buiten Christus gerust? Noem je hen christenen? Wanneer je dat gaat doen, en dat gebeurt helaas, krijg je christenen zonder Christus en dat is een wangedrocht. Verder hoop je dat de onrust en de overtuiging bij deze mensen van God is en hen toch tot Christus zal brengen. Maar dan moet je hen buiten Christus geen rust geven. En we moeten ook eerlijk durven zijn. De Bijbel kent veel verontruste mensen, die toch niet tot de ware kinderen van God hebben behoord. Hun onrust heeft ze niet tot bekering en geloof in Christus gebracht. Denk maar aan koning Saul, Achab, Simon de Tovenaar en anderen. Het kan met onrust en overtuigingen alle kanten op. Daarom moet de dienaar hen tot Christus zien te leiden. Alle overtuiging, die vroeg of laat niet tot Christus leidt, moeten we verdenken. Ik hoop dat dit bij u het geval mag zijn. Het moet worden: Geef mij Jezus of ik sterf, want buiten Jezus is geen leven, maar een eeuwig zielsverderf.
Ds. C. Harinck
Dit artikel is beantwoord door
Ds. C. Harinck
- Geboortedatum:09-04-1933
- Kerkelijke gezindte:Gereformeerde Gemeenten
- Woon/standplaats:Kapelle
- Status:Actief
Bijzonderheden:
Emeritus
Bekijk ook:
Dit panellid heeft meerdere artikelen geschreven
Mc Cheyne zegt dat de bruid de gelovige is en de dochters van Jeruzalem andere gelovigen. Joden zien de bruid als het Joodse volk. Daar zijn verschillende invullingen van.
Zo zie je maar weer, dat je heel erg moet oppassen om erin te lezen wat er niet in staat.
Daarover tobben zij op bed, slapen niet meer zo goed en zijn doodsbang voor de dood. Het geweten is geopend, ontwaakt. Sommigen denken dat God met hen begonnen is en dat is ook zo. Zijn Heilige Geest heeft die onrust veroorzaakt,. Als dode zondaars hebben zij de stem van de Zoon van God gehoord. Dat is de goede en genadig en God Die niet wil dat er ook maar iemand, ook zij niet, verloren gaat.
Dat ontwaakte geweten is echter geen enkele garantie, geen zekerheid op zalig worden in de toekomst. Immers ook die overtuigingen zakken vroeg of laat vaak weer weg. De bron, dat harde stenen hart met z'n eigenwillige verlangens naar de zonden en de wereld, is niet weggenomen. Zij verkeren nog onder de macht van de duisternis en de zonde, hoe ernstig zij ook verlangen naar vrede met God en rust voor hun ziel. De duivel stuurt die zwarte vogels om het zaad uit het hart weg te pikken, om het te roven!
Er is geen andere weg, zoals dominee Harinck stelt, dan het geloof in Jezus Christus dat Hij ook voor hun zonden gestorven is. En daarvoor geldt niet het voortdurend uitzien naar de Bruidegom maar een onmiddellijk gaan en tot overgave komen aan die hemelse Bruidegom. Ook al die tranen betekenen niets maar dan ook niets voor God, HIj wil het hart!
Het moet tot een directe overgave komen. Als een vijand van God de witte vlag hijsen en de wapens van vijandschap inleveren. Dat is alleen maar kijken naar Christus als de verhoogde Middelaar! En dan wordt een vijand met God verzoend en heeft hij, of zij, door het geloof vrede met God door Jezus Christus.
De Bijbel leert nergens ook maar van enig uitstel. Wij weten immers niet of wij de volgende ademtocht nog krijgen! Kom dan, eet, drink, wend je hoofd, neig je oor en koop zonder geld en zonder prijs! De zaligheid ligt klaar in Jezus Christus! Nu is het, het heden...de dag van jouw zaligheid!
Ik schreef een blogbericht voor die zoekende zielen die de weg maar niet weten en telkens worden aangeraakt door de Geest. Misschien heb je er wat aan.
De lokroep van Jezus niet meer te weerstaan: http://levendenstromendwater.blogspot.nl/2016/02/jezus-roept-ik-kan-het-niet-meer.html#more
Mocht je vragen hebben, mail mij gerust: levendenstromendwatergmail.com. Of via Whatsapp: 0651046981 of Facebook: Facebook.com/ceesvanbeek1951
Hoe kan het dan toch dat er zo verschillend word gepreekt en uitgelegd in de Gergem waar ik elke zondag zit? daar leert men een standen leer, en is men zonder Christus toch wedergeboren.
het antwoord van Cees van beek kan ik me in vinden. toch zit ik met de vraag dat er wel schuldenkennis is voor men Christus wil aannemen? en dat willen aannemen komt van God toch? hij trekt ons en brengt ons naar jezus?
rom 9:16 16 Zo is het dan niet desgenen, die wil, noch desgenen, die loopt, maar des ontfermenden Gods.
Lees het boekje van Horatius Bonar:
''Dit boek bevat raadgevingen voor zoekende zielen. Mensen die op een of andere manier bezig zijn om vrede voor hun ziel te krijgen, maar deze niet kunnen vinden. Dit boek laat duidelijk zien dat vrede alleen te vinden is in Christus.
Niet onze goede werken, niet onze beleving of ons gevoel, niet ons schuldbesef, maar alleen het geloof in de Heere Jezus brengt vrede in onze ziel. Geloof in dat wat God in Christus gedaan heeft, geloof in dat wat God in Christus gesproken heeft. God heeft in Christus Zijn overvloedige gewilligheid betoond, dat zondaars gered kunnen worden van de eeuwige verdoemenis.''
Misschien heb je hier iets aan?
http://www.reformatorischebaptisten.nl/tng%203.html
De toon van het artikel stuit me nogal tegen de borst. Als ik het zo lees, heeft deze schrijver niet veel van Calvijn gelezen.
"De oorzaak hiervan is de hypercalvinistische vervalsing van de genade. Deze dwaalleer komt via Calvijn en Augustinus bij het neoplatonisme van Plotinus (± 204 – 270) vandaan."
Citaat Calvijn: Het Evangelie wordt derhalve, daar het tot alle mensen zonder onderscheid uitgaat met de nodiging om zalig te worden, terecht de leer der zaligheid genoemd. Daarin wordt immers Christus aangeboden, Wiens eigenlijke werk bestaat in het redden hetgeen verloren was. Degenen echter, die weigeren om door Hem te worden gered, zullen Hem als Rechter leren kennen" (n.a.v. Rom 1:17). Tegenwoordig noemen we dit niet meer "Calvinistisch" maar "Arminiaans" ;-). Er wordt een vergelijking getrokken van weinig mensen aan het Avondmaal (13 op de 800) naar Calvijn. Terwijl je in de tijd van Calvijn huisbezoek kreeg als je als belijdend lid níét aan het Avondmaal ging. Hier klopt dus iets niet.
Het is zo gemakkelijk om te zeggen dat ik, dat wij het weten. Maar laten we ook ruimte houden voor mensen die het anders zien, omdat er ook een optie in zit dat wijzelf zaken niet scherp zien.
Dit artikel deelt naar links en naar rechts allerlei rake klappen uit, terwijl het de vraag is of dat dit terecht is.
Er zijn bij God geen voorwaarden om te komen, om te drinken van het Levende Water. Er zijn geen condities vooraf om te eten van het Levende Brood. Zoals God door Jezus Zijn Zoon het al door Jesaja uit liet roepen in het Oude Testament: "O alle gij dorstigen! komt tot de wateren, en gij, die geen geld hebt, komt, koopt en eet, ja komt, koopt zonder geld, en zonder prijs, wijn en melk!"
Nu zullen er mensen zijn die meteen zeggen... maar hier wordt gesproken van dorstigen. Je moet dus dorst hebben. Ik antwoord dan dat er geen mensen op deze aarde bestaan die geen dorst hebben. Alle mensen, jong of oud, iedereen zonder een (1) uitzondering, hebben de Springader van het Levende Water verlaten en hebben zich gebroken bakken uitgehouwen die geen water houden (Jeremia 2 vers 13). Dus iedereen heeft dorst.
Juist om te laten zien dat dat wereldse water, die godsdienstige drank waar steeds weer van gedronken wordt, heeft God Zijn Heilige Geest gestuurd. Om als een Wegbereider de harten de jongeren en ouderen aan te raken, om hun gewetens te openen. Dat is de Heilige Geest die de wereld overtuigt van zonde, gerechtigheid en oordeel (Johannes 16 vers 8). Daardoor vallen de schellen van de ogen en laat God zien hoe Hij hen liefheeft, hoe verloren zij zijn zonder Jezus. Of geef hen een droom maar bij allen ontstaat het diepe innerlijke besef van de leegheid, van de dorst naar het echte leven, naar het verloren Paradijs, van de honger naar geestelijke verzadiging, van de verlorenheid op weg naar het oordeel.
Dat leidt vaak tot een vorm van bekering, naar opknappen, naar het zoeken naar kenmerken, naar tranen en ervaringen, naar het nog meer houden van regels en zichzelf doodwerken in "moeten", naar zoeken van de schat van grote waarde waar die boodschap uit de hemel over sprak, naar manieren om het oordeel te ontwijken. Hoe dan ook de rust is opgezegd. Dat kan overigens weer weg- of afzakken totdat Gods Geest hen opnieuw aanspoort om te geloven in Jezus!
Van belang daarbij is te onderscheiden dat een indruk van de Geest, een aanraking van God, een pijl uit de hemel die je diep van binnen geraakt heeft, niet de wedergeboorte is. Dat nieuwe hart en die nieuwe geest, die rechtvaardig verklaring in de hemelse rechtszaal ontvang je pas als je in het geloof je toevlucht neemt tot Jezus als je Zaligmaker. Pas dan daalt er de hemelse rust in je ziel en ontvang je vrede met God!
Dus de roeping, de 'wake-up calls' creëren heilige momenten waarin doden de stem van de Zoon van God horen (Johannes 5 vers 25). Dode zondaren horen dus in hun geweten de stem van de Zoon van God door de Heilige Geest. En dan volgt de belofte van Jezus Zelf dat die horen, die aan die stem gehoorzamen, er gehoor aan geven, die die liefdesnodiging niet (meer) naast zich neer willen leggen, zullen leven. Daarmee bedoelt Jezus dat zij dan het eeuwige leven ontvangen. Uit genade word je dan zalig door het geloof zoals Paulus zegt in Efeze 2 vers 8!
Als er voorwaarden bij God zouden zijn dan zou dat betekenen dat het lijden en opstaan van Jezus niet voldoende zou zijn. Er zou dan toch nog iets van onze eigen gerechtigheden bij moeten... dat is onmogelijk! Je mag daarom komen zoals je bent, met en zonder tranen, met een groot schuldgevoel of alleen met een besef dat je verloren bent als je zonden niet worden afgewassen door het bloed van het Lam, Jezus Christus. Komen zoals je bent, wat je ook op je kerfstok hebt, hoe ver je ook bent afgedwaald, en waar je ook vandaan komt. Onvoorwaardelijk en onmiddellijk zal Jezus je zaligen, rust geven voor je ziel en vrede met God.
Lees hier nog een aangrijpende blogpost over als je alsmaar ongehoorzaam blijft aan het Evangelie en straks vervloekt wordt. Mijn hart breekt als je zo de hemelse troonzaal zal betreden en er nooit meer, nee nooit meer, nooit meer, nee nooit meer, nooit meer, nee nooit meer een weg terug zal zijn of een nooduitgang.
Kom alstublieft, loop en vlucht naar Jezus Die in het oordeel voor je geweest is! Hij is zonde voor jou geworden opdat jij de gerechtigheid zou beërven! Lees het hier: http://levendenstromendwater.blogspot.nl/2016/12/te-laat-voor-altijd-te-laat-gelukkig.html.
Jezus is er voor hopelozen en wanhopigen, voor pornoverslaafden, voor zondaren vol onreinheid en zelfs voor hen die zichzelf nog rechtvaardigen. Ook zij liggen verloren in zonden en misdaden. Ook voor hen die zich in de klauwen van satan bevinden doordat zij zich hebben ingelaten met occulte zaken, voor hen die het niet meer zien zitten en denken aan zelfmoord. Doe het niet, Jezus heeft de werken van de duivel verbroken en zit Overwinnaar op Zijn hemelse troon en regeert!! Er is grote hoop voor je!
Ik ben er om je ermee te helpen. Neem contact op via Whatsapp of via sms op mijn telefoonnummer: 0651046981 of op email: levendenstromendwater@gmail.com.
ik ben het volledig eens met wat je schrijft trouwens. dit probeer ik al jaren binnen onze gemeente zo uit te leggen en ook bij familie die gergemin ned zijn maar het wekt alleen maar enorme vijandschap op die ik ook veel proef op dit forum.
"Als ik het zo lees, heeft deze schrijver niet veel van Calvijn gelezen".
Als schrijver van tng 3 kan ik zeggen uitvoerig de Institutie van Calvijn te hebben bestudeerd en daarnaast heb ik meerdere keren "De Staat Gods" en de "Belijdenissen" van Augustinus gelezen. De waarschuwende opmerking van Prof. Wytzes aan het eind van zijn vertaling van "De Staat Gods" was voor mij een eye-opener. Het begrip 'zonde' hield voor Augustinus slechts in 'niet-zijn' en niet 'vijandschap jegens God' (Romeinen 8:7). Augustinus heeft nooit begrepen wat zonde is in Gods ogen en daarom heeft hij ook nooit begrepen wat genade is. Helaas citeerde Calvijn deze vroeg'christelijke' schrijver 288 keer in zijn Institutie.
Het verdrietige van het hier besproken probleem is de onbijbelse indeling in niet-gelovigen, onbekeerde kerkleden en bekeerde kerkleden. Die indeling vindt zijn oorsprong bij de kerkopvatting van Augustinus en werd overgenomen door Calvijn. Het maakt van de overgang van onbekeerd kerklid naar bekeerd kerklid een mystieke gebeurtenis, die door Augustinus op neo-platonische, lees heidense, wijze werd ingevuld.
Over Augustinus: ik heb de (onvolledige) vertaling van Wytzes in de kast staan. Het is me niet onbekend dat Augustinus zonde ziet als een niet-zijnde. Punt is echter dat ik me zonde lastig als een 'zijnde' kan denken; zonde bestaat niet op zichzelf, is niet geschapen door God. Overigens schrijft Augustinus ook over de vergeving der zonden. Daarnaast is er een verschuiving in zijn oeuvre (dat vele malen groter is dan de Confessiones en een halve vertaling van De civitate Dei) ten opzichte van het neo-platonisme, zodat het gewoon veel te simpel is om met enkele one-liners Augustinus neer te zetten als een heidens denker. Voor zover ik me kan herinneren citeert Calvijn Augustinus met name op het gebied van de genadeleer, zodat je implicatie dat Calvijn dan ook ineens besmet zou zijn met neo-platonisme (ik maak dat uit je toon op) ook weer eens veel te kort door de bocht is. In plaats van de verdienste van deze schrijvers in hun tijd te waarderen (begin daar eens mee, naar het oordeel der liefde. Iedere tijd heeft zijn eigen blinde vlekken, zo ook jij en ik), ga je lekker met modder gooien vanuit jouw beperkte poldervisie (vergeef me dat ik het nu ook zelf doe). Name-dropping komt heel slim over, maar daar schiet je niets mee op. Dat kan ik ook, en ik denk dat ik aardig ver kom in een wedstrijdje zonder onzin te zeggen.
Citaat "Het verdrietige van het hier besproken probleem is de onbijbelse indeling in niet-gelovigen, onbekeerde kerkleden en bekeerde kerkleden. Die indeling vindt zijn oorsprong bij de kerkopvatting van Augustinus en werd overgenomen door Calvijn. Het maakt van de overgang van onbekeerd kerklid naar bekeerd kerklid een mystieke gebeurtenis, die door Augustinus op neo-platonische, lees heidense, wijze werd ingevuld."
De overgang van niet-kerklid naar kerklid hangt bij Augustinus nauw samen met zijn doopopvatting (opnieuw gecompliceerd door zijn werk heen). Verder is het gewoon reformatorisch om uit te gaan van schapen en bokken in dezelfde kudde. Dat is niet hetzelfde als wat de student uit de vraag deed, dus feitelijk maak je een stroman die je af gaat schieten met niet deugende argumenten.
In het belang van de vraag van de vragensteller wil ik toch nog een keer wijzen op de historische bron van dit “wangedrocht” (ds C. Harinck). Dat is niet een kwestie van “one-liners” en “name-dropping”, maar van liefde tot de waarheid. Jaren geleden riep de chaos in het hedendaagse Christendom de vraag bij ons op: “Wanneer is het misgegaan? Wie zijn de “valse leraars” en “grimmige wolven” geweest die de kudde niet zouden sparen en over wie Petrus en Paulus profeteerden. We hebben het complete oeuvre van alle kerkvaders aangeschaft om na te gaan hoe het misging en bij wie het misging. Het was een enorm nare ervaring om te ontdekken hoezeer de kerkvaders vanaf Justinus de Martelaar zich assimileerden aan het Griekse denken. En het is heel erg triest te merken dat hun invloed tot op de dag van vandaag zo duidelijk merkbaar is, zoals o.a. blijkt uit bovenstaande vraag.
Ik adviseer Arendsoog om §18t uit “Kompendium der Kirchengeschichte” van Karl Heussi een paar keer te lezen. Dat geeft een samenvatting van de leefwereld waarin de kerkvaders spraken en schreven. Als Augustinus leven van God in zich had gehad, dan was hij als een Luther tekeer gegaan tegen het schijnchristendom, waar binnen hij bisschop was. Daar merk je niets van bij hem. Hij heeft juist de toenmalige situatie geconsolideerd. Hoe rampzalig dat is geweest op het punt van de wedergeboorte en het Koninkrijk van God heb ik uitgelegd in het laatste gedeelte van ‘Terug naar Golgotha” deel 2 onder het hoofd “De Protestantse Theologie”.
Om terug te keren naar de beginvraag het volgende. Pas wanneer iemand eerlijk al zijn zonden aan God gaat belijden, krijgt hij zicht op God. Kijk naar Johannes de Doper. Deze bereidde de weg voor de Here Jezus. Na berouw over hun zonden werden mensen door Johannes gedoopt. Wie geen zonden te belijden hadden of schijnheilig waren, werden door Johannes afgewezen. Hij zei tegen hen: “Adderengebroed, wie heeft u een wenk gegeven om de komende toorn te ontgaan?” Dit moest Johannes de Doper doen. In Jesaja 59:2 staat: “Het zijn uw zonden, die scheiding brengen tussen u en Mij, en uw ongerechtigheid doet Mijn aangezicht voor u verborgen houden.” De woorden van de Here Jezus kwamen na het werk van Johannes de Doper in voorbereide harten. De harten stonden open voor Jezus, omdat er een reiniging had plaatsgevonden. Zo is het ook bij ons. Het begint met oprecht berouw over onze persoonlijke zonden en het schoon schip maken. Pas dan is er ruimte gekomen om op Jezus te vertrouwen. Dit alles is het werk van de Heilige Geest. Wanneer iemand hierna de Bijbel leest, leest hij of zij die totaal anders dan daarvoor. Het is de Heilige Geest, Die Gods Woord levend en krachtig laat zijn. Alles draait om Jezus Christus, in Wie we alles ontvangen.
Heel belangrijk is het te beseffen dat Gods oog alles ziet en Gods oor alles hoort (Psalm 94:9). Hij hoort ons spreken en kent al onze gedachten en motieven.
wat bewijst dat augistinus geen geestelijk leven in zich had? heb je zijn belijdenissen gelezen?
en allemaal heel mooi gezegt hoor maar het belangrijkste is dat we Chrustus persoonlijk kennen daar hebben we al die mensen niet voor nodig en geen kerken of dominees, maar de Bijbel en Christus alleen.
Bert2016 verwijst hier naar een opmerking van ds. C.Harinck.
Bert: ''In het belang van de vraag van de vragensteller wil ik toch nog een keer wijzen op de historische bron van dit “wangedrocht” (ds C. Harinck).''
Ds. C. Harink schreef in zijn antwoord: ''De Bijbel toont ons een enkele maal mensen, in wier hart iets gaande is, waar Gods Geest op een voor ons soms niet na te trekken manier werkzaam is, en die toch Jezus nog niet kennen als Zaligmaker en Verlosser. We kunnen hier denken aan de blindgeborene uit Joh. 9 en aan de kamerling in Hand. 8 en ook aan Cornelius in Hand. 10.''
(...)
''Er is echter een andere zaak. Stel je zulke mensen nu buiten Christus gerust? Noem je hen christenen? Wanneer je dat gaat doen, en dat gebeurt helaas, krijg je christenen zonder Christus en dat is een wangedrocht. ''
Lees het antwoord nog eens rustig door.
Het is nogal een contradictie.
Als je wedergeboren/gerechtvaardigd bent ken je Christus, al moet die kennis nog wel groeien. (1 Kor.13:11). Het is net als met een baby die zijn ouders na de bevalling al wel heeft gezien, maar nog niet volkomen kent.
(1 Kor.3:2, 1 Petr.2:2)
Jezus zegt in Joh.10:9 Ik ben de Deur; indien iemand door Mij ingaat, die zal behouden worden; en hij zal ingaan en uitgaan, en weide vinden.
Het voorbeeld van de blindgeborene in Joh.9 waar hij in vers 34 uit de synagoge wordt geworpen, nadat hij van zijn lichamelijke blindheid is verlost door Jezus, die hem opgezocht heeft. (vers 1-6)
En dan zie je dat Jezus deze man weer opzoekt en in vers 38 komt hij tot geloof! Dan is hij wedergeboren en niet eerder.
34 Zij antwoordden, en zeiden tot hem: Gij zijt geheel in zonden geboren, en leert gij ons? En zij wierpen hem uit.
35 Jezus hoorde, dat zij hem uitgeworpen hadden, en hem vindende, zeide Hij tot hem: Gelooft gij in den Zoon van God?
36 Hij antwoordde en zeide: Wie is Hij, Heere, opdat ik in Hem moge geloven?
37 En Jezus zeide tot Hem: En gij hebt Hem gezien, en Die met u spreekt, Dezelve is het.
38 En hij zeide: Ik geloof, Heere! En hij aanbad Hem.
Hij zoekt ook ons op door Zijn Woord!
Als je liefde tot de waarheid hebt, kun je goed terecht bij Augustinus. Lees bijvoorbeeld ook zijn De mendacio en Contra mendacio. Maargoed, die heb je natuurlijk allang gelezen, want je hebt het COMPLETE oeuvre van ALLE kerkvaders gelezen.
Ik snap echter nog steeds niet hoe je de link kan leggen tussen Augustinus en Calvijn en de vraag. De student uit de vraag theologiseert in een ander kader en baseert zich (hoogstwaarschijnlijk) op het habitus-actus onderscheid in de wedergeboorte zoals dat door Comrie voorgesteld is en door latere epigonen een bepaalde draai gekregen heeft. Dat onderscheid gaat terug op de Aristotelische filosofie, en niet op de Neo-Platoonse waardoor Augustinus beïnvloed is. Ook bij Calvijn ben ik een dergelijke omschrijving nog niet tegengekomen. Maar ik zie de verwijzingen wel verschijnen, mocht je ze hebben.
Daarnaast schijn je niet te kunnen onderscheiden in het gebruik maken van filosofische noties en het ontwerpen van een heidense filosofie met christelijke begrippen. Hoewel ze elkaar dicht kunnen naderen, is er toch wel degelijk onderscheid. Zo distantieert Augustinus zich in (bijv. Confessiones liber VII en De civitate Dei liber VIII-X dacht ik) duidelijk van de neo-platonisten die de incarnatie ontkennen. En dat is nu precies het christelijke (zie brieven van Johannes). Je mag gerust historische lijnen proberen te vinden, maar ga ze niet forceren en stromanargumenten afschieten, om vervolgens je eigen mening als het neusje van de zalm te presenteren. Bescheidenheid past ons richting de kerk der eeuwen. Ootmoed, ootmoed, ootmoed, om het eens met Augustinus te zeggen.
Verder beloofde Christus al de dagen die komen zouden tot aan de voleinding met de christenen te zijn. Om te pretenderen dat iedereen het altijd fout gehad heeft, en jij of jouw selecte groepje nu ineens het licht ziet, is simpelweg het ontkennen van het werk van de H. Geest die al de eeuwen door gewerkt heeft.
Ik doelde inderdaad op de uitspraak van Ds Harinck “christenen zonder Christus dat is een wangedrocht.”
Hoe raak je echter zo’n wangedrocht kwijt? Dan moet je weten hoe zo’n wangedrocht in de kerk terechtgekomen is. Wie heeft zoiets na de tijd van het Nieuwe Testament bedacht? De bron van zo’n zeer ernstige fout moet je aan kunnen wijzen, zodat iedereen hier afstand van kan nemen en gaat zoeken naar wat de Bijbel werkelijk zegt. De Bijbel is er heel duidelijk over wie Christen is en wie niet. Ik geloof voor 100% in Gods soevereiniteit en uitverkiezing. Ook hierin is de Bijbel duidelijk. Eén aspect van die uitverkiezing wordt helaas enorm onderbelicht. Jezus heeft gezegd: “ALLEN, die Ik liefheb, die BESTRAF en TUCHTIG Ik.” (Openbaring 3:19). En we lezen in Hebreeën 12:6: “want wie Hij liefheeft, TUCHTIGT de Here, en Hij KASTIJDT IEDERE zoon, die Hij aanneemt.” En verder in vs 10,11:“ . . Hij doet het tot ons nut, opdat wij deel verkrijgen aan ZIJN HEILIGHEID. Want alle tucht schijnt op het ogenblik zelf geen vreugde, maar smart te brengen, doch later brengt zij hun, die erdoor geoefend zijn, een vreedzame vrucht, die bestaat in gerechtigheid.”