Oordeel curatorium
Ds. C. Harinck | Geen reacties | 11-06-2005| 00:00
Vraag
Hoe kun je nu weten of je echt een roeping hebt om predikant te worden? Wilhelmus a Brakel zegt in zijn Redelijke Godsdienst helemaal niet dat je allerlei teksten moet hebben om te weten of je geroepen bent. In mijn kerkverband (Gereformeerde Gemeenten) lijkt dat wel zo te zijn.
Een vraag die hier mee te maken heeft: Kan een curatorium zomaar beoordelen of iemand geroepen is?
Antwoord
In 1 Timotheüs 3:1-7 lezen we de vereisten die aan een opziener worden gesteld. In Titus 1:5-9 lezen we daar ook over. Hoe kom je aan deze vereisten? Een mens bezit die van zichzelf niet. De Heilige Geest begiftigt mensen met deze genaden. Wat de prediker betreft is dat vooral de gave om anderen te kunnen leren. Ten diepste is het dus de Heilige Geest, Die mensen tot het ambt van dienaar des Woords verkiest. De gemeente en met name de ouderlingen merken dit op en dragen zo iemand de arbeid in de kerk op. Onze oudvaders keken dan ook uit in de gemeente of er jonge mannen waren, die God vreesden en van de Heilige Geest gaven hadden ontvangen om anderen te leren. Zij wekten hen op om te gaan studeren en de kerk te dienen.
Na de Afscheiding is daar een andere ontwikkeling in gekomen. Nu worden 'jonge' mannen, die menen tot het ambt van dienaar des Woords geroepen te zijn door een curatorium gehoord over de beweegredenen tot het ambt en al dan niet tot de studie toegelaten. Het gaat in de roeping tot het ambt allereerst niet om indrukwekkende teksten, maar om het motief. Men moet geen bijoogmerken hebben, maar ongeveinsd en oprecht God en Zijn gemeente willen dienen. Je moet zelf natuurlijk een waar gelovige zijn en als een verloren zondaar je heil in Christus hebben gevonden. Hoe zou je anders anderen dit heil kunnen verkondigen? Ook moet men voor zichzelf weten dat God tot dit werk roept. Je moet gevoelen: ik loop niet zelf, maar God Zelf heeft dit verlangen en deze drang om het Evangelie van Christus te verkondigen in mijn hart gelegd. Het is tot sterkte om dat uit Gods Woord te weten. Bepaalde passages uit de Bijbel kunnen je daartoe hebben aangesproken.
Een curatorium kan eigenlijk niet beoordelen of iemand waarlijk bekeerd is en van God geroepen is tot het ambt. God alleen is de Kenner van het hart. Het moet uit de vruchten en in de praktijk blijken of iemand waarlijk zonder bijoogmerken God en de kerk wil dienen. De apostel zegt dan ook dat zij eerst beproefd moeten worden en daarna dienen.
Ik hoop je zo wat wegwijs te hebben gemaakt. Vergeet vooral niet dat je zelf moet weten, dat de Heere je tot dit werk roept. Oprechte liefde tot de zielen van de mensen en zorg over Gods koninkrijk zijn en blijven de beste merktekenen van een geroepen dienaar.
ds. C. Harinck
Dit artikel is beantwoord door
Ds. C. Harinck
- Geboortedatum:09-04-1933
- Kerkelijke gezindte:Gereformeerde Gemeenten
- Woon/standplaats:Kapelle
- Status:Actief
Bijzonderheden:
Emeritus
Bekijk ook: