Kruisten of kruisigen
Gereformeerde Bijbelstichting | 1 reactie | 22-02-2016| 15:29
Vraag
Bij het lezen van de lijdensgeschiedenis valt me op dat er in de SV en BMU soms staat gekruist (of kruisten) en soms gekruisigd (of kruisigden). In Markus 15 staat bijvoorbeeld in vers 15 en 32 gekruist en in vers 24, 25 en 27 gekruisigd. Mijn vraag is of deze verschillende woorden ook in de grondtaal te vinden zijn. Want kruisten betekent toch iets anders dan kruisigen?
De zorgverzekeringen van Care4Life
De zorgverzekeringen van Care4Life stellen de beschermwaardigheid van het leven voorop. Benieuwd hoe?
Antwoord
Het oude Nederlandse woord voor ‘aan het kruis hechten’ is ‘kruisen’ (cruyssen). Daarnaast is in de zestiende en zeventiende eeuw het woord ‘kruisigen’ (kruycigen) opgekomen, overgenomen uit het Duits (kreuzigen). De Statenvertalers hebben beide werkwoorden gebruikt. In betekenis is geen verschil. In de standaardeditie van de Statenbijbel (editie Ravesteyn-1657) treffen we ‘kruisen’ aan in Mark. 15:13, 14, 15, 32; 16:6; Luk. 23:21 (2x), 23; Joh. 19:6 (3x), 15, 16, 18, 20, 23, 32, 41; Hand. 2:36; 4:10; 1 Kor. 1:13; 2:8; 2 Kor. 13:4; Gal. 2:20; 3:1; 5:24; Openb. 11:8, en ‘kruisigen’ in Matth. 20:19; 23:34; 26:2; 27:22, 23, 26, 31, 35, 38, 44; 28:5; Mark. 15:20, 24, 25, 27; Luk. 23:33; 24:7, 20; Joh. 19:10, 15; Rom. 6:6; 1 Kor. 1:23; 2:2; Gal. 6:14; Hebr. 6:6.
Het grondwoord in de meeste van deze plaatsen is ‘stauroo’ (ook in de door u genoemde verzen 15, 24, 25 en 27 van Markus 15). Dit Griekse woord is in de Statenvertaling zowel door ‘kruisen’ als door ‘kruisigen’ vertaald. Op enkele plaatsen (Matth. 27:44. Mark. 15:32. Joh. 19:32. Rom. 6:6. Gal. 2:20) komt het grondwoord ‘sustauroo’ voor; ook dat is in de Statenbijbel zowel door ‘kruisen’ als door ‘kruisigen’ weergegeven. En het grondwoord in Hebreeën 6:6 is ‘anastauroo’. Kortom, het verschil in weergave, ‘kruisen’ en ‘kruisigen’, gaat niet terug op de grondtekst.
In de GBS-editie (die ook is gebruikt in de Bijbel met Uitleg), en trouwens ook in de Jongbloed-editie van de Statenvertaling, zijn de werkwoorden ‘kruisen’ en ‘kruisigen’ beide gehandhaafd. De heer L. M. P. Scholten, oud-directeur van de GBS, schrijft erover in de annotatiebundel “Nuttig tot lering” (Leerdam 2008), blz. 307: “Ik denk dat vele mensen het vreemd zouden vinden, wanneer wij bijvoorbeeld der Joden geroep op Gabbatha ‘Kruis Hem, kruis Hem!’ zouden veranderen in ‘Kruisig Hem, kruisig Hem!’ Overigens is er in betekenis geen verschil tussen beide woorden. Wel (...) denken wij bij ‘kruisigen’ onmiddellijk aan het ‘aan het kruis hechten’, terwijl het werkwoord ‘kruisen’ meer betekenissen heeft. Maar in de genoemde teksten is het in het verband wel zo duidelijk, dat we niet bang behoeven te zijn voor misverstand.”
Met vriendelijke groet,
Lennart van Belzen, GBS
Dit artikel is beantwoord door
Gereformeerde Bijbelstichting
- Kerkelijke gezindte:Divers
- Woon/standplaats:Leerdam
- Status:Actief