Ouders tegen sporten op zondag
Ds. R. W. van Mourik | 170 reacties | 26-11-2015| 12:15
Vraag
Als getrouwd echtpaar hebben wij uiteraard onze eigen mening gevormd en ons eigen ritme ontwikkeld in de tijd dat we verkering hadden en ook nu we een aantal jaar getrouwd zijn. Daarin verschilt onze mening op sommige vlakken met die van onze ouders. Bijvoorbeeld wat betreft het inrichten van de zondag als rustdag. Wij zijn, na veel daarover na te denken en de Bijbel daarop na te slaan, tot de conclusie gekomen dat de zondag niet een dag is van 'dit mag niet en dat moet wel', maar omgekeerd: 'dit mag je wel en dat hoeft niet.' In dit kader denken wij dat het niet de bedoeling is om grenzen op te zoeken van welke activiteiten je nog net wel en net niet meer kunt doen op zondag. En afgaande op wat Paulus schrijft, willen wij wat wij wél doen, met volle overtuiging doen en wat we niet doen, ook met volle overtuiging van ons geweten.
Wij denken dat het 'okee' is om op zondag een keer te sporten. Onze ouders zijn het daar niet mee eens en vinden dat wij daarmee bewust de zondag ontheiligen en zonde doen. Wij zien dat niet zo, maar dit begint een wig te drijven tussen ons en onze ouders. Wij vragen niet om een antwoord of sporten wel of niet kan op zondag, maar we zouden graag willen horen of wij dan 'om de vrede te bewaren' toch maar naar onze ouders moeten luisteren of dat het gewoon zo is dat onze ouders ons hierin los moeten laten en wij, ondanks dat zij er niet blij mee zijn, toch doen wat wij denken dat goed is?
Antwoord
Ja, het is altijd een lastig probleem als getrouwde kinderen andere wegen gaan dan hun ouders. Je moet elkaar loslaten, maar ouders zien soms dingen die ze niet mee kunnen maken. Dat geldt in jullie geval de invulling van de zondag. Afgezien van het feit dat ik de ouders goed kan begrijpen dat ze er moeite mee hebben, gaat het jullie niet om de vraag of sporten nu wel of niet kan op zondag, maar om de vraag hoe je er in wederzijds respect mee omgaat.
Natuurlijk kunnen jullie ouders niet eisen dat jullie niet meer op zondag sporten. Jullie zijn nu zelfstandig en bepalen zelf de invulling van jullie leven. Dat vraagt begrip van de kant van jullie ouders, maar ook begrip van jullie kant voor de moeite die jullie ouders hebben met de invulling van de zondag zoals jullie dat nu doen door van tijd tot tijd te gaan sporten. Het geeft hen veel verdriet en ze zien een ontwikkeling in jullie leven waar ze zorgen over hebben. Toon begrip en respect daarvoor.
Ik hoop dat jullie ouders van hun kant ook de kracht en het geloof ontvangen om dit alles in Gods hand te leggen. Als zij vinden dat dit niet kan, moeten ze dat niet van jullie eisen om te breken met deze invulling van de zondag, maar in het gebed het bij de Heere neerleggen. Dan wil de Heere leren om in openheid en eerlijkheid met elkaar om te gaan, maar ook om de band, ondanks verschil van mening, vast te houden. Laat dat van beide kanten geleerd en gepraktiseerd mogen worden.
Ds. R. W. van Mourik, Elburg
Dit artikel is beantwoord door
Ds. R. W. van Mourik
- Geboortedatum:07-02-1958
- Kerkelijke gezindte:PKN (Hervormd)
- Woon/standplaats:Alblasserdam
- Status:Actief
Dit panellid heeft meerdere artikelen geschreven
Hoewel je de vraag niet aan mij stelt, wil ik toch antwoord opgeven. Wat begonnen is met de vraag of de sabbat voor ons geld is uiteindelijk beland bij de geboden in het OT in z'n geheel. Het maakt het voor mij extra 'interessant', aangezien ikzelf op dit moment juist in een proces zit hoe ik die geboden nu moet duiden. Net als Lecram ben ik langzamerhand de mening toegedaan dat deze niet meer gelden voor ons. Wij hebben geen geboden die ons de weg wijzen, maar Jezus doet dat. Niet voor niets wil Hij onze Man zijn. Hij geeft ons volkomen vrijheid in Hem. Als je de (tien) geboden nodig blijft hebben, ben je niet vrij. Dan blijf je slaaf in het Oude verbond wat niet voor ons geld. Ons geld het Nieuwe verbond. Dat veroorzaakt geen losbandig leven, zolang we maar gericht blijven op Hem.
Verder hoef je de geboden natuurlijk niet weg te gooien als waardeloos. Er staan prachtige adviezen in, die we zeker kunnen gebruiken. Echter zal het ons niet dichter brengen bij Jezus.
Ps. Helaas merk ik juist bij o.a. familie dat de tien geboden die in het stuk van de dankbaarheid worden gezet een onuitgesproken angst. Als ik die wet niet houd, dan... Dat is nu juist hetgeen wij van verlost zijn in het Nieuwe verbond.
Als het vlees opspeelt moet je niet terug naar de wet, die wekt de begeerten alleen maar op. (Romeinen) Iets wat 'niet mag' wordt alleen maar aantrekkelijk, iets wat 'moet' staat ons doorgaans tegen. Mensen die zich onder de wet stellen hoor je ook altijd over Romeinen 7. "Ik ellendig mens ..."
Paulus wijst een andere weg: door de Geest de werkingen van het vlees doden, en wie zich door de Geest laat leiden, is niet onder de wet. Gal. 5:18.
Dat is natuurlijk helemaal niet passief, maar juist heel intensief. 24/7.
De Geest is geen theorie 'we weten dat we Hem ontvangen hebben omdat het in de Bijbel staat, máárrr in de praktijk doen we het alléén met de Bijbel'.
Het is Woord én Geest, en Jezus is het Woord!
Ook wel aardig om te weten is dat het gebod 'gij zult niet stelen' oorspronkelijk vooral betrekking had op de vrijheid van de naaste.
Dat is niet alleen toe te passen op de fysieke vrijheid (mensenroof), maar evengoed op iemands geestelijke vrijheid.
De ouders van de vraagsteller tasten de geestelijke vrijheid van hun kind aan.
Om met dat laatst te beginnen, dat leiden is iets actiefs. Dat leiden gebeurd zowel door Zijn Geest, als door de woorden (Woorden) die Hij tot ons spreekt. Zoals Hij sprak tot Abraham, zo spreekt Hij tot ons. Dat is niet iets vaags, dat is concreet. Geen vertrouwen op eigen intuïtie, maar wel een voorbeeld nemen aan wat onze oudste Broer gedaan heeft. Een belangrijke vraag is denk ik of wij ons bewust dat er een levende God is die een persoonlijke relatie met ons aangaat. Als je dat uit het oog verliest, wordt God iets abstracts, een object. Dat is het nu juist niet. Hij laat Zich met ons in.
Nu iets over de wet. De wet wordt bij ons de tien geboden mee bedoeld. Er is geen logisch aanwijsbare reden om alleen die eruit te lichten. Of je neemt de hele Thora of niets. Overigens hoef je 'm niet ongelezen te laten (er staan prachtige handreikingen in voor het dagelijks leven), maar we kunnen niet zomaar enkel de tien geboden eruit lichten. Hiermee zeg ik dus niet dat deze nog geld. Integendeel, als dat het geval zou zijn, dan zouden we bijv. nog moeten offeren. Daar zijn we nu juist van losgemaakt, in Hem onze Heere Jezus Christus. Hij, die de wet volkomen heeft gehouden, heeft ons in de vrijheid gezet.
Terugkomend op dat gericht zijn op Hem en die vrijheid. Als het goed is ontstaat er een persoonlijke relatie met God. Dat betekend dat je naar elkaar toegroeit en een wordt in wat je wilt en steeds meer gaat lijken op Zijn Zoon. (Ik geloof dat dr. v/d Sluijs hier in een antwoord dat onderscheid een keer haarscherp heeft gemaakt - daar sluit ik me graag bij aan).
De vrijheid die je krijgt is denk ik het beste te vergelijken zoals Adam die in het Paradijs heeft gehad. Dat was ook geen losbandige vrijheid, maar een vrijheid die voortkwam uit een intieme omgang met God. Wat Hij wil, wil ik ook. Niet uit angst voor straf. Dat is iets wat gebeurd als je de wet blijft koesteren. Wij overtreden de wet niet, omdat we bang zijn voor straf. God wil ons echter niet in angst laten leven, integendeel. Hij wil die angst wegnemen. We worden een met Hem.
Tot slot nog een preek van dr. P.J. Visser over Hand. 14:5-18: https://www.dropbox.com/s/ri7yt4hcty3icdw/2015-11-08-1045%20%28Sliedrecht%20Grote%20Kerk%29-s.mp3?dl=0 Daar komt wat mij betreft heel duidelijk in naar voren als je God als een object gaat zien, in plaats van de Levende. Het was voor mezelf een geestelijke draai om m'n oren...
Opvallend is dat 9 van de 10 geboden in het NT voorkomen als richtlijn, terwijl het gebruik van de sabbat alleen voorkomt als niet noodzakelijk om die te houden.
Ik denk dat je het zo kan zien: in een goed huwelijk heb je een overeenkomst dat je trouw blijft en voor elkaar zorgt. Maar hoe vaak wijs je elkaar daar op? Ik nooit. De liefde zorgt ervoor dat je het beste voor elkaar zoekt en de ander een betere positie geeft dan jezelf. En dat doe je graag. Als dat een opgave is, is er iets mis met de liefde.
Dat is ook zo in onze relatie met God. Deze relatie is een liefdesrelatie, geen strenge overeenkomst. En dan zoek je God te 'behagen', uit liefde. Dát is leven uit de Geest. En daar speelt de sabbat geen rol, omdat we rust vinden in Jezus.
Dus als je leeft volgens de richtlijnen van het NT, dan doe je dat uit liede tot God. En dat geeft een enorme vrijheid en vreugde!
Overigens staat het NT vol van het ('moeten') houden van de geboden. Om nog maar eens een paar andere voorbeelden te noemen: "Zalig zijn zij, die Zijn geboden doen, opdat hun macht zij aan den boom des levens, en zij door de poorten mogen ingaan in de stad" (Openb. 22:14). "Hier is de lijdzaamheid der heiligen; hier zijn zij, die de geboden Gods bewaren en het geloof van Jezus" (Openb. 14:12). "En de draak vergrimde op de vrouw, en ging heen om krijg te voeren tegen de overigen van haar zaad, die de geboden Gods bewaren, en de getuigenis van Jezus Christus hebben" (Openb. 12:17). "En dit is de liefde, dat wij wandelen naar Zijn geboden. Dit is het gebod, gelijk gijlieden van den beginne gehoord hebt, dat gij in hetzelve zoudt wandelen" (2 Joh. 1:6). "Hieraan kennen wij, dat wij de kinderen Gods liefhebben, wanneer wij God liefhebben, en Zijn geboden bewaren. Want dit is de liefde Gods, dat wij Zijn geboden bewaren; en Zijn geboden zijn niet zwaar" (1 Joh. 5:2-3). En zo vele, vele teksten meer. Kortom, je hebt het Woord in alle opzichten tegen.
Probleem is bovendien dat jij de wet ziet als een beperking van je vrijheid. De wet geeft echter heldere grenzen aan, waaraan wij mensen altijd -ook na ontvangen genade- geen enkele behoefte hebben. Paulus constateert dat bij zichzelf nota bene: "Want het goede dat ik wil, doe ik niet, maar het kwade, dat ik niet wil, dat doe ik" (Rom. 7:19). En ik heb op grond van Gods Woord geen enkele reden om te geloven dat er op deze wereld een mens rondloopt die in heiligheid boven Paulus uitsteekt. De wet is geen voorwaarde (daar gaat het niet om in deze discussie @Evantorisch), maar een vrucht van dankbaarheid.
Daarnaast, in het NT staan tal van richtlijnen voor de christelijke gemeente, grotendeels ontleend aan de wet. Maar als je niks meer hebt met de wet, waarom dan wel met die richtlijnen?
En op mijn belangrijkste vraag heb ik nog geen antwoord gekregen. Waarom wil je niets (meer) weten van de wetten van de Allerhoogste, maar leef je wel naar de regelving van lagere overheden? In jouw optiek zouden die dan helemaal genegeerd moeten worden.
En eerlijk gezegd koop ik niet zo veel voor opmerkingen als "geleid door de Heilige Geest." Die Geest wordt nogal eens misbruikt in christelijk Nederland voor het uitleven van allerlei werken van het vlees. Volkomen oncontroleerbaar ook. Want wie kan aantonen dat jij met de muziek van Lady GaGa (om maar eens een extreem voorbeeld te noemen) niet door de Geest geleid wordt. Ik er helaas genoeg in mijn omgeving die zo leven. Zo kunnen ze nog lekker genieten van wat de wereld te bieden heeft, zonder dat ze aan 'banden' worden gelegd door bijbelse richtlijnen.
@evantorisch Het is jammer dat je een deel van de discissie gemist hebt, anders had je kunnen lezen dat het hier niet gaat over het aantasten van de geestelijke vrijheid van anderen, maar om (uit liefde) de ander door je gedrag niet tot ergernis wekken. En al helemaal niet als er voldoende alternatieven zijn.
Bij u zijn de geboden richtlijnen geworden dan bent u verder dan Jezus
die zegt het grote gebod is u zult den Heere uw God lief hebben met geheel
uw hart en verstand en het 2 de gebod uw naaste als u zelf aan deze
2 geboden hangt heel de wet en de profeten deze geboden staan nog steeds
recht overeind en zijn nog steeds de tucht meester naar Christus
ook na ontvangen genade zullen we nog steeds onze schuld moeten belijden
Daarom zegt ook Paulus ik ellendig mens terwijl hij zeker wist dat hij verlost was U moet er niet van uit gaan dat u na ont vangen genade op gelijke voet
staat met God de vader want alleen door Christus mogen wij hem aan spreken
Ik denk toch echt dat je mij verkeerd begrijpt. Heb jij het document gelezen waar ik eerder naar heb gelinkt? Dat vind je hier, beter kan ik het niet verwoorden (is een beetje te lang om te plakken hier):
http://www.verhoevenmarc.be/PDF/10Geboden-geldigheid.pdf
De teksten over geboden die jij citeert moet je dus in dit licht zien. Je moet niet het één los zien van het ander waarover is geschreven.
Ik zie de wet niet als beperking van vrijheid, waar lees je dat? Lees mijn voorgaande reactie, dan zie je dat het in het NT heel helder is wat de richtlijnen zijn. Ik lees in de bijbel dat de OT wetten niet meer gelden en zelfs voor de heidenen nooit zijn bedoeld (Rom. 2:12, 14, 17; 3:19; 1 Kor. 9:20, 21).
Lees ook eens wat er staat over waar Paulus van 'beschuldigt' wordt in Hand. 21 (vs. 21) en wat er gezegd wordt over wat er dan geldt voor de heidenen die geloven (vs. 25):
21 Men heeft hun over u verteld dat u alle Joden die onder de heidenen wonen, leert afvallig te worden van Mozes, doordat u zegt dat zij de kinderen niet moeten besnijden en ook niet moeten wandelen overeenkomstig de gebruiken van de wet.
22 Wat staat ons nu te doen? Het is beslist noodzakelijk dat heel de menigte samenkomt, want zij zullen horen dat u gekomen bent.
23 Doe daarom wat wij u zeggen. Wij hebben vier mannen die een gelofte gedaan hebben.
24 Neem die bij u, reinig u samen met hen en betaal voor hen de kosten van de offers, zodat zij zich het hoofd kunnen laten scheren en allen kunnen weten dat er niets waar is van wat hun over u verteld is, maar dat u zo wandelt dat u ook zelf de wet in acht neemt.
25 Maar wat de heidenen betreft die geloven, hebben wij geschreven en goedgevonden dat zij niets dergelijks in acht hoeven te nemen, behalve dat zij zich moeten wachten voor afgodenoffers, voor bloed, voor het verstikte en voor ontucht.
"En op mijn belangrijkste vraag heb ik nog geen antwoord gekregen. Waarom wil je niets (meer) weten van de wetten van de Allerhoogste, maar leef je wel naar de regelgeving van lagere overheden? In jouw optiek zouden die dan helemaal genegeerd moeten worden."
Hoe kom je er bij dat ik niets (meer) wil weten van Gods wetten? Natuurlijk wil ik die weten, want we kunnen er veel van leren. mluther noemt dat hiervoor terecht "prachtige handreikingen voor het dagelijks leven".
Het ontgaat mij helemaal waarom je een verband legt met de regelgeving van de lagere overheden. Daar staan namelijk ook een richtlijn voor: Titus 3:1 Herinner hen eraan dat zij de overheden en machten onderdanig behoren te zijn, dat zij hun gehoorzaam zijn en dat zij tot elk goed werk bereid zijn
Je moet me geen dingen in de mond leggen die ik nooit heb gezegd, ik heb geen zin om me daartegen te 'verdedigen'.
Wat mij zorgelijk over komt is je opmerking "En eerlijk gezegd koop ik niet zo veel voor opmerkingen als 'geleid door de Heilige Geest'."
Lees jij Romeinen 8 niet? Daar staat dat heel duidelijk in. Dan ga je ook Romeinen 7 verstaan. Dan snap je dat Romeinen 7:19 NIET het normale leven van een gelovige is, maar dat Paulus dit als waarschuwing heeft neergezet. Zeer onterecht wordt dit gedeelte uit Rom. 7 misbruikt als zijnde de praktijk van Gods kinderen. Als dat zo zou zijn, zou het er zeer droevig voorstaan met de Kerk, want dat zou betekenen dat geen één gelovige ooit iets goeds doet. Is dat bij jou de praktijk? Als dat zo is, volg dan spoedig op waartoe je in Rom. 8 ben opgeroepen, anders wacht er dit: 13 Want als u naar het vlees leeft, zult u sterven. (dit is dus Paulus' advies:) Als u echter door de Geest de daden van het lichaam doodt, zult u leven.
Maar ik begrijp jouw gedachten wel. Ik heb jaren zo gedacht, met weinig of geen geestelijke groei tot gevolg. Maar ook een steeds weer terugvallen in allerlei zonden en twijfels. Door Gods genade heb ik geleerd om naar de Geest te wandelen. Nog nooit heb ik zoveel liefde en vrijheid ervaren als sinds ik dat heb geleerd. De verleidingen en verzoekingen van de satan, die mij jaren hebben geplaagd en waardoor ik vaak viel, plagen me niet meer. De satan probeert het wel, maar ik schuil achter Jezus' bloed, waarna de satan afdruipt. Heerlijk leven! Dit is mijn lofzang, Rom 11:33 O, diepte van rijkdom, zowel van wijsheid als van kennis van God, hoe ondoorgrondelijk zijn Zijn oordelen en onnaspeurlijk Zijn wegen!
34 Want wie heeft de gedachten van de Heere gekend? Of wie is Zijn raadsman geweest?
35 Of wie heeft Hem eerst iets gegeven en het zal hem vergolden worden?
36 Want uit Hem en door Hem en tot Hem zijn alle dingen. Hem zij de heerlijkheid, tot in eeuwigheid. Amen.
En citeer aub de teksten goed: Er staat niet tuchtmeester NAAR Christus, maar dit (SV):
24 Zo dan, de wet is onze tuchtmeester geweest TOT Christus, opdat wij uit het geloof zouden gerechtvaardigd worden.
25 Maar als het geloof gekomen is, ZO ZIJN WIJ NIET MEER onder den tuchtmeester.
TOT is heeft betrekking op TIJD, niet als richtinggevend. Toen Christus kwam heeft de wet afgedaan als tuchtmeester VOOR DE JODEN (zie mijn voorgaande reactie).
Als men jou iets anders wijsmaakt, is dat een afwijking in de leer. Daar is Paulus heel duidelijk over,
Gal. 5:19 Het is bekend wat de werken van het vlees zijn, namelijk overspel, hoererij, onreinheid, losbandigheid,
20 afgoderij, toverij, vijandschappen, ruzie, afgunst, woede-uitbarstingen, egoïsme, onenigheid, afwijkingen in de leer,
21 jaloersheid, moord, dronkenschap, zwelgpartijen, en dergelijke; waarvan ik u voorzeg, zoals ik ook al eerder gezegd heb, dat wie zulke dingen doen, het Koninkrijk van God niet zullen beërven.
Best tricky dus....
Dat is precies wat ik duidelijk probeer te maken en waar Verhoeven het blijkbaar mee eens is. De wet heeft nog niet afgedaan voor een gelovige (en al helemaal niet voor degenen die Jezus nog niet hebben aangenomen als hun Zaligmaker) maar is een richtsnoer geworden. Geen tuchmeester meer, maar vrucht van dankbaarheid.
Je ziet dat in de NT-teksten die ik heb aangehaald ook overal terugkomen. Leven uit dankbaarheid. Dat is al leven in vrijheid. Daarom is de HC ook zo'n geweldig mooi boek. Daar is de wet geplaatst in het stuk van de dankbaarheid, oftewel onze oudvaders hebben dat prima begrepen. De Puriteinen idem.
Je zegt: "Zeer onterecht wordt dit gedeelte uit Rom. 7 misbruikt als zijnde de praktijk van Gods kinderen."
Dat zeg ik niet. Ik zeg dat dit in christelijk Nederland nogal eens wordt misbruikt voor het eigen vlees. Hoewel ik kinderen van God daar ook niet te goed voor acht (vraag maar aan Paulus), trek ik het wat breder. Er roepen nogal wat christenen dat ze geleid worden door de Heilige Geest en vervolgens zich niets door diezelfde Geest laten gezeggen. Onlangs had ik nog een gesprek met iemand die beweerde geen enkele zonde meer te doen en door de Heilige Geest geroepen was als profeet. Opmerkelijk (of in dit geval juist niet) dat de hem geopenbaarde waarheid nogal botste met die van de Bijbel.
Natuurlijk is er leiding van Gods Geest, anders zouden we onmiddellijk terugvallen in louter werken van het vlees. Maar Gods Geest wijst ons altijd op Christus en laat ons geen dingen doen die in strijd zijn met Zijn Eigen Woord. Juist daaraan kun je weten geleid te worden door de Geest.
We komen steeds meer tot elkaar, fijn!
Ik kan me helemaal vinden in je eerste alinea. Maar dat lees ik ook terug in andere stukken van Marc Verhoeven. Dat zit dus wel goed. Marc gooit de wet niet weg, hij leert er ook van.
De wet verdoemt ons niet meer, zie Rome 8:1. Wat een heerlijk Woord!
Ik heb niet gezegd dat jij Rom. 7 misbruikt hoor, ik zeg dat het veel wordt misbruikt.
Er is veel verwarring, ter rechter en ter linker zijde. Ik moet ook nog heel veel leren en leer iedere dag en weet dat er nog zoveel te ontdekken is. Daar geeft God ons openbaringskennis voor en verlichte ogen van het verstand, maar niet alles in één keer (Ef. 1:17 opdat de God van onze Heere Jezus Christus, de Vader van de heerlijkheid, u de Geest van wijsheid en van openbaring geeft in het kennen van Hem, 18 namelijk verlichte ogen van uw verstand, om te weten wat de hoop van Zijn roeping is, en wat de rijkdom is van de heerlijkheid van Zijn erfenis in de heiligen)
Alles moet je toetsen aan het Woord van God. Daarom wil ik ook alles aantonen uit het Woord. Dat is mijn bede dat God mij bewaart voor eigen gedachten. Ik bid Hem om wijsheid en openbaring. En Hij geeft dat steeds meer. Wellicht dat ik over een jaar weer dingen net wat anders zal schrijven.
Eén ding is zeker belangrijk: Dat we het Licht van Jezus laten schijnen in deze donkere wereld, zodat velen, allen! de Vader gaan zien en verheerlijken, zowel binnen als buiten de kerk. Laten we de straten op gaan om te zoeken wat verloren is en ze tot Jezus brengen. Laten we de gevangen bezoeken, de hongerigen eten geven, de armen kleding geven zodat ze Jezus gaan zien. Het onderzoeken van Gods Woord en het gesprek daarover is erg belangrijk, maar als we de hulpbehoevenden vergeten, dan is alles voor niks geweest (Matth. 25:31-46)
Daarom is er in alle ware echte bekering een element, dat vraagt naar de wil Gods. Zo heeft de Heere het ook beloofd. Als in Ezech. 20:37 de Heere zegt: ‘Ik zal u onder de roede doen doorgaan en Ik zal u brengen onder de band des Verbonds’, dan belooft God hier twee zaken met name. Hij zal onder de roede doen doorgaan; d.i. de roede der vertiening, waarbij de tiende der kudde telkens met de roede werd aangetikt, om afgezonderd te worden.
En van deze, voor het heiligdom afgezonderden, betuigt de Heere dan ten tweede, dat Hij ze zal brengen onder de band des verbonds. Deze zullen niet kunnen en mogen leven naar eigen goeddunken, maar naar de orde en tucht van de inzettingen. Kortom, onder de band des verbonds.
Het eigenaardige daarbij nu is, dat de gelovigen niet meer vrijelijk zonder wet en ordinantie mogen voortleven; maar naar de wil, naar de geopenbaarde wil, naar de wetten Gods moeten en willen leven. Men heeft nl. het wel eens aldus voorgesteld: zie, zo redeneerde men dan, als iemand nu tot God bekeerd is, dan kunt ge hem vrij laten begaan; want gelijk de zonnebloem
zich keert naar de zon, zo keert vanzelf de ziel zich tot God; en laat dus alle wet maar wegblijven. Evenwel gaat dit beeld niet op. De gelovige is, wat zijn inwendige staat, zijn inwendige hebbelijkheid aangaat, wel naar God gekeerd, dat is zo; en in dit opzicht kan men zeggen: hij zal willen goed te leven, dus laat hem maar begaan. Maar vooreerst moet dat beginsel, die levenswortel, die genegenheid der ziel toch telkens worden geprikkeld, die wortel moet besproeid. Daarom laat de Heere aan Zijn volk telkens horen: ‘Ik wil; en gij zult, en gij zult niet’. Juist is dat de schoonheid van de wet: ‘Ik ben de Heere uw God’, en daarom: gij zult en gij zult niet.
Daarom zeggen veel christenen, de wet heeft afgedaan, het gaat om de liefde. En dan zeggen ze dat ze echt hun naaste wel willen liefhebben, niet zullen stelen ed. Maar hebben ze God lief boven alles? Willen ze in hun leven wat Hij wil? Een voorbeeld:
Seks voor het huwelijk, samenwonen... één van de zonden die onder christenjongeren normaal is geworden. 'Voor God zijn we toch al getrouwd daarvoor hoeven we niet naar de burgerlijke stand." Dat God het allemaal anders in Zijn Woord heeft laten opschrijven wordt zo aan de kant gezet. Het gebod: 'Gij zult niet echtbreken.' wordt met voeten getreden en ze denken dat God het allemaal wel goed vindt, want het offer is gebracht en ik mag zijn wie ik ben.
Christenen die zeggen dat de wet heeft afgedaan, willen in mijn ogen alleen maar doorleven in het leven wat ze zelf gekozen hebben. Niet nadenken of hun leven in overeenstemming is met wat God wil in je leven. Geen radicale keuzes, geen wet die je week in week uit aanklaagt (want dan word het wel benauwd)... Met als gevolg dat er geen berouw meer is, geen heiliging en dat God niet aan Zijn eer komt. Ze willen blijven wie ze zijn!
Aan de andere kant zijn er ook christenen die hun hele leven volgebouwd hebben met wetjes. Ze willen die anderen ook nog wel opleggen. "Nou als je een kind van God bent, dan doe je dat niet hoor!" En daarmee voelen zich een goed mens tov God. Of ze de Heere Jezus lief hebben dat is nog maar de vraag. Ze hebben de buitenkant mooi opgepoetst, gelukkig kan niemand de binnenkant zien, want daar is het niet fraai. Een dode godsdienst, waar ze zich lekker in voelen.
Kortom of we nou de wet liever niet horen of dat we m gebruiken om onszelf op te poetsen, we doen er God tekort mee. Laten we eens in ons hart blikken en ons afvragen of we Hem lief hebben. Vraag Hem maar of Hij je duidelijk wil maken wat er moet veranderen in je leven. En geloof me: als je daarom vraagt, maakt God je duidelijk waar er wat moet veranderen. Dan geeft Hij beproevingen om je datgene te leren wat Hij je wil leren.
Met jou stukje ben ik het zo mee eens. Want een mens na ontvangen genade blijft altijd een zondaar die ook steeds weer verlangt naar zonde. Als we denken dat we na ontvangen genade altijd het goede zouden kiezen en dan de wet niet meer nodig zouden hebben, dan hebben we het wel mis. Kijk maar David, een man naar Gods hart, maar een groot zondaar.
Het is maar goed dat God ons elke week de wet nog wil laten horen, laten we er ons alle dagen aan blijven spiegelen. We kunnen niet zomaar bedenken dat de Heilige Geest ons leven wel zal heiligen en dat het ons komt aanwaaien. We zijn het aan Jezus verplicht om alles in ons vermogen ligt te doen om onze zonde niet groter te maken. Hij heeft zoveel geleden! Het koste Hem Zijn leven.
We vertrappen het bloed van Christus door een rommeltje te maken van ons leven. En doen we daar niet allemaal aan mee?
Wat hebben we een groot en heerlijke Zaligmaker dat Hij nog steeds roept en zoekt!
Van harte mee eens!
Als een mens na ontvangen genade altijd een 'naar zonde verlangende zondaar blijft' vraag ik me af waarom Paulus geen andere aanhef kiest in zijn brieven aan de gelovigen, zoiets als: "aan de zondaars die in xxx zijn. Wetten en regels zij u, van de Heer onze God".
In plaats daarvan spreekt hij hen altijd aan met heiligen, geliefden, broeders ect. Inderdaad struikelen en vallen de heiligen regelmatig, de Bijbel leert hoe we daar mee om moeten gaan: je zonden belijden en laten.
(Als Paulus zichzelf de grootste der zondaren noemt [jaja, ik voel em al aankomen] dan spreekt hij zichzelf niet tegen. Hij heeft het dan over zijn (vergeven) verleden toen hij nog een vervolger was)
Verder is het natuurlijk gewoon eigen invulling om te beweren, dat zij die geloven dat we niet onder de wet zijn, gewoon lekker hun eigen leven willen doorleven zonder levensheiliging.
Ga je dan niet bij jezelf te rade hoe je leven zou als er geen wet was? En intussen kan het mooi op de mede broeder of zuster, die sommige dingen net even anders zien, geprojecteerd worden.
Dat er mensen zijn die de Geest voor hun eigen karretje spannen om hun eigen wil te blijven doen, dat zal best.
Dat is echter geen reden om Bijbelse waarheden te cancelen.
Wie zich laat leiden door de Geest hoeft niet bang te zijn dat hij buiten Gods wil leeft, want dat is niet wat de Geest doet.
U stelt de wet heeft voor de joden af gedaan als tucht meester naar Christus
ik weet niet op welke leer u dat baseert .Jezus zegt tegen de rijke jongeling
u kent de geboden Abraham tegen de rijke man in de gelijkenis ze hebben
Mozes dat is wet en de profeten ,Jezus zegt tegen de schrift geleerden
Mozes is uw aan klager dat is de wet. zo is mozes nog steeds de aanklager
ook voor ons, alleen voor hen die in Christus zijn komt de borg naar voren
en zegt ik heb voor hen betaald en zijn dan vrij van de vloek van de wet
en mogen ingaan in de vreugde van zijn rijk
maar de eis van de wet daar komen wij niet vrij van, want we mogen niet
stelen, wij mogen niet echtbreken wij mogen niet dood slaan hoe weten
wij dat?wel door de wet.In een vorige reactie van u lees ik dat u in het diepe
bent geweest dan moet zeker van deze dingen weten
met vr gr
@evantorisch schrijft: "Als een mens na ontvangen genade altijd een 'naar zonde verlangende zondaar blijft' vraag ik me af waarom Paulus geen andere aanhef kiest in zijn brieven aan de gelovigen, zoiets als: "aan de zondaars die in xxx zijn. Wetten en regels zij u, van de Heer onze God".
Dat antwoord is wel heel eenvoudig. Het gaat hier om geredde zondaren, dus heilig. Bovendien is er een verschil tussen een lichamelijk en een geestelijk verlangen. Paulus legt dat heel helder uit: "Want ik weet, dat in mij, dat is, in mijn vlees, geen goed woont; want het willen is [wel] bij mij, maar het goede te doen, dat vind ik niet. Want het goede dat ik wil, doe ik niet, maar het kwade, dat ik niet wil, dat doe ik" (Rom. 7:18-19). Oftewel de geest is gewillig, maar het vlees is zwak.
Je schrijft: "(Als Paulus zichzelf de grootste der zondaren noemt [jaja, ik voel em al aankomen] dan spreekt hij zichzelf niet tegen. Hij heeft het dan over zijn (vergeven) verleden toen hij nog een vervolger was)"
Zeker, maar je vergeet Rom. 7:20, waar Paulus zegt: "Indien ik hetgene doe, dat ik niet wil, zo doe ik nu hetzelve niet meer, maar de zonde, die in mij woont." De bekeerde Paulus zegt dus dat de zonde in hem woont. Johannes zegt exact hetzelfde: "Indien wij zeggen, dat wij geen zonde hebben, zo verleiden wij ons zelven, en de waarheid is in ons niet" (1 Joh. 1:8). Ik geloof niet dat een kind van God zegt dat hij geen zonde meer doet. Ik ben die tenminste nog nooit tegengekomen (behoudens dan die zelfbenoemde profeet waar ik het eerder over had). Dat is wat anders dan de zonde niet meer willen doen.
Degenen die werkelijk door de Geest geleid worden lopen daar meestal niet mee te koop, maar hebben inmiddels een boel zelfkennis opgedaan.
Dat is helemaal geen antwoord, lees nog maar eens rustig opnieuw.
@Omega: " Zeker, maar je vergeet Rom. 7:20 ..."
Nee dat vergeet ik niet. Echter had Paulus het daar in 1 Timotheüs totaal niet over. Hij refereerde aan zijn christenvervolgingen toen hij nog onbekeerd was. (verder, niemand hier beweert dat gelovigen geen zonden meer doen)
@Omega: " Degenen die werkelijk door de Geest geleid worden lopen daar meestal niet mee te koop, maar hebben inmiddels een boel zelfkennis opgedaan."
Dat is een open deur waar het hier helemaal niet over gaat.
1. Je vroeg: "Als een mens na ontvangen genade altijd een 'naar zonde verlangende zondaar blijft' vraag ik me af waarom Paulus geen andere aanhef kiest in zijn brieven aan de gelovigen, zoiets als: "aan de zondaars die in xxx zijn. Wetten en regels zij u, van de Heer onze God". Ik zei daarop: "Dat antwoord is wel heel eenvoudig. Het gaat hier om geredde zondaren, dus heilig."
Het lijkt me daarom volslagen logisch dat Paulus ze aanspreekt met "heiligen" of "uitverkorenen". Dat is hun nieuwe aanspreektitel. In het vervolg van de brief/brieven maakt Paulus wel duidelijk wie ze vroeger waren en uit welke ellende ze gered zijn. Evenzo als het gaat om de richtlijnen t.a.v. de wet. In mijn reactie aan Lecram heb ik flink wat voorbeelden genoemd, maar ik wil ze best nog even voor je herhalen als je daar prijs op stelt en ze aanvullen met nieuwe teksten aangaande het bewaren/houden van de geboden. Zeg het maar. Daarnaast: als jij een brief schrijft aan je gemeente, spreek je ze dan ook aan met zondaars of met broeders en zusters?
2. Zoals je hebt kunnen lezen was ik 1. Tim. niet vergeten. Maar om de indruk te voorkomen dat dat Paulus zich geen zondaar meer zou voelen heb ik ook gerefereerd aan Rom. 7. De andere kant... de visie die in sommige kringen wordt gewekt dat een wedergeboren mens zich de grootste der zondaren moeten voelen, is m.i. onjuist. Ik kan daar geen bijbelse grond voor vinden. Paulus legt dat ook nergens op.
3. Je zegt: "Dat is een open deur waar het hier helemaal niet over gaat." Mooi, dan zijn we het daar over eens. Hoewel je er overigens zelf over begon. Citaat "Wie zich laat leiden door de Geest hoeft niet bang te zijn dat hij buiten Gods wil leeft, want dat is niet wat de Geest doet."