Onderdompeling of besprenkeling bij de doop
Ds. W. Pieters | Geen reacties | 14-10-2015| 15:02
Vraag
Wanneer we lezen over de onderdompeling bij de doop, zoals Jezus Zelf het heeft ondergaan en zoals later de Kamerling in Handelingen 8, dan vraag ik mij af: is de manier van dopen door besprenkeling wel Bijbels? Daar komt bij, dat Romeinen 6 de doop vergelijkt bij begraven worden en weer opstaan. Dat is toch veel beter afgebeeld door onderdompeling dan door besprenkeling?
Antwoord
Hoewel de manier van dopen niet meteen het hart van de doop raakt, is het toch niet onbelangrijk om te weten wat de Schrift daarover zegt.
In de Bijbel lezen we nergens over onderdompeling. Wel dat Johannes de Doper mensen doopte in de Jordaan. Maar er staat niet bij hóe. Wel staat er dat mensen in de Jordaan kwamen en dat zij bij Johannes in het (ondiepe) water van de Jordaan stonden toen ze gedoopt werden. Maar die doop kan op twee manieren zijn gebeurd: dat de dopeling door de doper helemaal onder water werd gehouden, ondergedompeld; dat de dopeling met water uit de Jordaan overgoten werd over zijn hoofd.
Er is nergens bewijs dat de doop door onderdompeling gebeurde. Het wordt door voorstanders van het onderdompelen gemakshalve verondersteld. En wij laten dat ons ondoordacht aanpraten.
Ik zeg niet dat de doop niet door onderdompeling is bediend, maar ik zeg dat het niet in de Bijbel staat.
Er staat in Handelingen 8 vers 38: beiden daalden af in het water, zowel Filippus als de Kamerling. En hij doopte hem. Wat staat hier? Dat twee mensen in het water afdalen om te dopen en om gedoopt te worden. Velen denken dat er staat: de Kamerling daalde af in het water (‘kopje onder’). Of ze denken dat er staat: Filippus doopte de Moorman door hem in het water onder te dompelen. Maar dat staat er allemaal niet. Zowel de Kamerling als Filippus is in het water afgedaald. Van beiden staat het er op precies dezelfde manier. Als we uit het afdalen van Filippus in het water niet kunnen concluderen dat hij in het water onderging, dan kunnen we ook niet concluderen dat de Kamerling ondergedompeld werd.
Wat betreft de beeldspraak van Paulus in Romeinen 6: Hij vergelijkt de doop met het begraven worden met Christus en met het opstaan met Christus. In de eerste plaats is Christus bij Zijn begrafenis niet neergelaten in de aarde (ondergedompeld), maar neergelegd in een rotsgraf, waarin je kon staan.
In de tweede plaats gebruikt Paulus met betrekking tot de doop meer beelden. Hij schrijft niet alleen over begraven worden met Christus, maar ook in vers 5 over één plant worden met Hem en in vers 6 over gekruisigd worden met Hem. Zouden deze zaken beter worden afgebeeld door onderdompeling dan door besprenkeling? En in Galaten 3 vers 27 schrijft hij, dat de doop afbeeldt het aandoen van Christus, dat is: zoals je een jas aantrekt. De kanttekening luidt: als een geestelijk kleed.
De onderdompeling nu beeldt van dit alles niets méér af dan de besprenkeling. Daarom is het bezwaarlijk wanneer de begrafenis van Jezus als bewijs moet dienen dat de doop beter door onderdompeling gebeurt. De andere omschrijvingen van Paulus moeten ook meetellen.
Laten we echter ons haasten naar de kern van de zaak. Hoe wij gedoopt zijn is niet zo belangrijk, maar of wij de bedoeling van de doop beseffen: teken en zegel van Gods vergevingsgezindheid. Als we alleen maar dit teken en zegel van het verbond ontvingen, zijn we niet verder dan de rijke man in de pijn van de vlam (Lukas 16 vers 23), of de oudste zoon in de gelijkenis van Lukas 15 (vers 28), die buiten bleef. We moeten ons afvragen of we de inhoud van het teken en zegel ook hebben ontvangen. Zijn onze zonden vergeven? De doop spreekt over reiniging, en dus over vuilheid. Beseffen wij geestelijk vuil te zijn en begeren wij door Christus gereinigd te worden?
De inhoud van de doop blijft voor een kind van God alle dagen van groot belang: hij is vuil en moet dagelijks gereinigd worden. Hij is door het geloof in Christus volkomen rein, maar toch bevuilt hij zich dagelijks. Zo spreekt Jezus erover in Johannes 13, bij de voetwassing. Wanneer Petrus zegt: “U moet mijn voeten maar niet wassen”, zegt Jezus: “Dan heb je geen deel aan Mij.” Als Petrus dan zegt: “Heere, was mij dan maar helemaal”, zegt Jezus: “Jullie zijn al gewassen en jullie zijn al rein, behalve Judas.”
Hoe is het? Treurt uw ziel over de dagelijks bevuiling? Verblijdt uw ziel zich over de dagelijkse reiniging?
Ds. W. Pieters
Dit artikel is beantwoord door
Ds. W. Pieters
- Geboortedatum:27-06-1957
- Kerkelijke gezindte:Hersteld Hervormd
- Woon/standplaats:Elspeet
- Status:Actief
Bijzonderheden:
website: dspieters.refoweb.nl