De gave van het geloof
Ds. D.W. Tuinier | Geen reacties | 26-06-2015| 10:13
Vraag
Aan een dominee van Ger. Gem. In de Bijbel worden er verschillende gaven genoemd. Maar wat moet ik verstaan onder de gave van het geloof? Ik heb het dan over een kind van God en hoe moet ik dat dan zien? Heeft het ene kind van God de gave van het geloof en de andere niet? Iedere gelovige heeft toch een mate van geloof. Maar wat betekent het dan als je de gave van het geloof hebt? Heb je dan meer geloof ontvangen?
Antwoord
Beste vraagsteller/ster,
Bedankt voor je vraag. Je moet onderscheid maken tussen de gave van het geloof en de vrucht van het geloof. De Heilige Geest werkt het geloof in je hart. Dat gebeurt in de wedergeboorte: Je wordt verenigd met de Middelaar, de Persoon van de Heere Jezus Christus. Je bent dan een deel van Zijn lichaam. Zoals je armen en benen bij je lichaam horen, zo ben jij één met Hem. Daar komt niets van jou bij. Het is Gods werk (Efeze 2:8).
1. Het levende geloof komt openbaar in de daden van het geloof. Het geloof wordt geoefend. Anders gezegd: het geloof gaat geloven. De gave van het geloof is bij elk van Gods kinderen dezelfde. De oefeningen = vruchten zijn verschillend, al naar gelang de Heilige Geest dit in het hart schenkt. Een ding is hetzelfde: zoals de bloem zich richt op de zon zal elk kind van God zich richten op Jezus Christus. Hij is de Zon der gerechtigheid. Ik geef dit aan met een bijbels voorbeeld. Je kent de geschiedenis van de discipelen in de storm op zee (Matth. 14:27- 31). De wind is hen tegen. Het is nacht, heel donker en de golven slaan over het schip. De ervaren vissers zijn bang. Midden in de nacht, in hun grote nood zoekt hun Meester hen op. Zijn jongeren schreeuwen van angst. Ze denken dat het een spook is. Moet je eens indenken: twaalf grote mannen, ervaren vissers, gelovigen, kinderen van God (behalve Judas) roepen omdat ze bang zijn. Van hun geloof is niets te merken. Tot hun Meester roept: “Heb goede moed, wees niet bang, Ik ben het.” Op Zijn Woord stapt Petrus overboord en wandelt, over het water, naar Hem toe. Wat een groot geloof. Ja, Petrus heeft en houdt zijn Meester in het oog. Een poosje geleden roeide hij nog voor zijn leven. En zojuist schreeuwde hij nog van angst. Nu wandelt hij door het geloof over de golven, de Heere Jezus tegemoet. Hij vertrouwt zich helemaal aan Hem toe. Even later ziet Petrus op de wind en wordt hij weer bang. Hij wankelt en verliest zijn Meester uit het oog. Daarom zakt hij weg in de golven. Hij roept om hulp. Daar is de uitgestoken hand van zijn Meester, die hem redt. Hij hoort Zijn stem: “Petrus, wat heb je een klein geloof. Je moet meer op Mij zien. Je moet op Mij leren vertrouwen, op Mij alleen.”
2. Geloof als vrucht van de Geest van Jezus Christus: geloofsvertrouwen. Paulus schrijft in Galaten 5:22: “Maar de vrucht des Geestes is... geloof...” Geloof en vertrouwen horen bij elkaar. Het is een en dezelfde vrucht van de Geest van Christus. Je kunt het omschrijven als: trouw, vertrouwen, betrouwbaar zijn, oprechtheid. Het gaat erom dat anderen van je op aan kunnen; dat je doet wat je belooft. Je moet in alle dingen trouw zijn, geloofwaardig. Je wordt allereerst eerlijk tegenover God. Daarnaast ben je oprecht tegenover je naaste. Je bent betrouwbaar in woord en daad. Van jezelf ben je niet trouw en niet te vertrouwen. Waarom niet? Omdat je geluisterd hebt naar de leugenaar “van den beginne”, die altijd liegt en onbetrouwbaar is. Nodig is het herscheppende werk van Gods Geest. Zodat je door Gods genade betrouwbaar bent, als is het altijd onvolkomen.
Hopelijk is het je duidelijker geworden.
Pastorale groet,
Ds. D. W. Tuinier
Dit artikel is beantwoord door
Ds. D.W. Tuinier
- Geboortedatum:28-04-1964
- Kerkelijke gezindte:Gereformeerde Gemeenten
- Woon/standplaats:Kampen
- Status:Inactief