Alles opgeven?
Ds. M. Pronk | Geen reacties | 11-12-2004| 00:00
Vraag
Ik heb een vraag over het geloof in het dagelijks leven. Als ik in de 1e brief van Johannes hoofdstuk 2 lees, lees ik dat wij niet mogen liefhebben wat op aarde is. En in de evangeliën lees ik dat wij alles moeten opgeven voor Jezus. Betekent dit niet dat een christen totaal geen hobby's mag hebben en buiten werk en naastenliefde alleen met het geloof bezig moet zijn?
De zorgverzekeringen van Care4Life
Waarom overstappen naar de Care4Life zorgverzekering? Lees hier over onze principiële uitsluitingen.
U bent al verzekerd vanaf € 149,10 per maand.
Antwoord
Een vraag over het geloof in het dagelijkse leven. Laat ik beginnen met de opmerking dat deze vraag gewaagt van een boeiende kwestie. Geloof en de praktijk van het dagelijks leven. Zijn dit twee aparte zaken, zodat het geloofsleven zich afspeelt in een achterkamertje en mijn dagelijks leven in de voortuin? Of houden beide zaken ten nauwste verband met elkaar en is het geloof bepalend voor heel mijn leven van elke dag? Mij dunkt is het zo dat beide zaken elkaar insluiten. Het één is in het ander begrepen. Geloven kan niet los gezien worden van de praktijk van het leven. Het geloof grijpt ons leven geheel aan, verandert het totaal, werkt op alle delen van ons leven in zodat het geloof per definitie de praktijk van ons leven beïnvloedt en dit geheel gaat bepalen. Het geloof is niet slechts iets voor een achterkamertje of op zijn voordeligst voor een onderlinge gedachtewisseling of bespreking. Het geloof laat zich beschrijven als een werkwoord. Het gaat om het geloven, de beoefening van het geloof en dat vindt plaats in de dagelijks praktijk van het leven.
Het groot woordenboek der Nederlandse Taal van Dale omschrijft een christen als een belijder van de christelijke godsdienst in een van zijn vormen. Volgens datzelfde woordenboek is een belijder een openlijke aanhanger van een leer. In ieder geval zeggen deze bepalingen dat het christen-zijn iets is van belijden naar buiten toe, in de praktijk van het leven en dat doe je openlijk.Wanneer we ons wenden naar de Schrift en onze belijdenis dan worden meer wezenlijke dingen van een christen gezegd. Heel kort omschreven is een christen iemand die van Christus is. Je zou ook kunnen zeggen dat hij of zij een discipel van Jezus is. Hier valt te spreken van het geloof. Door het geloof word ik met Christus verenigd en leer ik leven uit Christus om alle heil in Hem te vinden. Christus komt tot ons in het gewaad van de Schrift. Je kunt ook zeggen dat Christus tot ons komt bekleed met zijn beloften. Wat is nu het geloof? Een vaste en zekere kennis van Hem en een vast vertrouwen in Hem. Een vertrouwend kennen en een kennend vertrouwen. Je begrijpt dat dit geloven heel je persoon en heel je leven aangrijpt. Laat ik het zo zeggen. De HEERE vraagt je hart. De Bijbel verstaat onder mijn hart de motor van mijn leven, het centrum van waaruit heel mijn leven bepaald wordt en richting krijgt. We zijn allemaal zondaren die zich van God hebben losgemaakt. Er is geen mens goed. Geen mens vraagt naar God. Door het geloof krijgt mijn hart een totaal andere gezindheid en richting. Het wendt zich naar de Heere toe om uit Christus te leven. Dat is een leven in overeenstemming met Gods Woord. Het Woord van de HEERE wordt je kompas waardoor je leven bepaald wordt. Je kunt nu al enigszins de conclusie trekken dat het je duidelijk gaat worden dat het geloofsleven bepalend is voor de dagelijkse levenspraktijk.
Ik zei dat het geloof Christus aangrijpt. Het gaat om de vereniging met Hem. Maar dan mag ik in Hem zijn weldaden hebben. Laat ik er drie mogen noemen om me dan tot een te beperken. Je vindt in Hem de vergeving van de zonde, de levensvernieuwing en de volle heerlijkheid. Het is heel belangrijk te verstaan dat de vernieuwing van mijn leven een weldaad is in en van Christus. Deze ligt om zo te zeggen in Hem. Door meer en meer te leven uit het Woord, dat is leven uit Christus zullen die werken die in Christus zijn zich in mijn leven openbaren. Noem dat bekering. Noem dat heiliging of wedergeboorte. De Heere vraagt heel mijn leven in alle facetten te laten zijn tot eer van Hem. Midden in deze wereld, op mijn werk, thuis, in de omgang met mijn vrienden, in mijn vrije tijd, op vakantie leven in geloof, in levensheiliging, in gehoorzaamheid aan zijn Woord en tot eer van God Dat zijn geen zaken die ik op rekening kan schrijven van mijn activiteiten, maar die vruchten zijn van een leven uit Christus.
Ja, geloven midden in de levenspraktijk. Wel in de wereld, niet van de wereld. De HEERE vraagt niet van ons de wereld te verlaten, maar midden in deze wereld zijn discipelen te zijn. Een christen gaat naar zijn werk, doet aan ontspanning, heeft zijn hobby’s, geniet van de mooie en schone dingen om hem heen, van een stuk mooie muziek bijvoorbeeld en nog zo veel meer. Wel in de wereld, maar niet van de wereld. En dat laatste bedoelt, denk ik, Johannes in zijn brief in dat stukje waar jij op doelt. “Hebt de wereld niet lief, noch hetgeen in de wereld is. Zo iemand de wereld liefheeft, de liefde des Vaders is niet in hem” (1 Joh.2:15). Je moet goed begrijpen wat Johannes met de wereld op deze plaats bedoelt. Heel de Gode vijandige mensenwereld. De wereld die van God is afgevallen, die leeft in onderworpenheid aan de satan en zich tegen God verzet. De wereld als het domein van de satan. Ik spreek dan wel over de geest van deze tijd. Wie deze wereld liefheeft leeft in de zonde. Deze liefde gaat uit naar de satan en de zondige wereld en haat God. Je zou kunnen zeggen dat liefde tot de wereld en de liefde tot God elkaar uitsluiten.
Johannes gaat iets meer zeggen over deze zondige wereld. Er zijn zaken in deze wereld waar voor je terdege moet oppassen. De begeerlijkheid van het vlees. De begeerlijkheid der ogen. De grootheid des levens.
De begeerten van het vlees zijn de zondige begeerten. Dat is de verleiding van binnen uit de mens. De ogen kunnen naar veel zondige zaken getrokken worden waar door we in de zonden vallen. Oppassen dus. We worden ook gewaarschuwd voor de hoogmoed van het hart waardoor we ons laten voorstaan op wat we zelf zijn of menen te zijn en niet leven in afhankelijkheid van de HEERE. Laten we vooral bedenken dat deze wereld voorbij gaat.
Jezus volgen is een zelfverloochenend leven. Want je burgerschap behoort niet meer tot deze wereld. Je gaat zoeken de dingen die Boven zijn, waar Christus is, zittende aan de rechterhand Gods. Ja, Christus volgen is desnoods alles voor Hem opgeven. Leg alle dingen van je leven waar je zo op bouwt en die je hart zo kunnen innemen eens bij elkaar. Daarnaast plaats je Christus. Heb je dan Hem liever dan al die dingen van de tijd? “Wie achter Mij wil komen verloochenen zichzelf, neme zijn kruis op en volge Mij.”
Ik wil nog wijzen op een woord van Jezus. Je leest het in Mattheus 19:29 “En zo wie zal verlaten hebben huizen of broeders of zusters of vader of moeder of vrouw of kinderen of akkers om Mijns naams wil die zal honderdvoud ontvangen en het eeuwige leven beërven.” Christus vraagt niet dat we al die dingen moeten verlaten, maar wel waar onze prioriteit ligt. Wanneer we voor de keus gesteld zouden worden, kunnen we dan al die dingen loslaten terwille van het koninkrijk Gods? Is toch het geloofsleven je alles waard?
Ds. M. Pronk
Dit artikel is beantwoord door
Ds. M. Pronk
- Geboortedatum:10-03-1940
- Kerkelijke gezindte:Hersteld Hervormd
- Woon/standplaats:KralingseVeer
- Status:Inactief
Bijzonderheden:
Ds. Pronk is 19 juni 2016 overleden.
Beluister hier de rouwdienst.
Website: www.uithetoverjordaanse.nl