Seksfilmpjes
Ds. H. D. Rietveld | Geen reacties | 26-05-2014| 11:54
Vraag
Ik (volwassen vrouw) heb een periode in m’n leven gehad dat ik bij familie als ik moest oppassen op internet naar filmpjes keek (seksuele filmpjes). Het gaf bij mij een soort van voldoening als ik er naar keek (omdat ik toen en nu nog single ben). Ze zijn er toen achter gekomen en we hebben er toen wel over gesproken. Maar nu voor een aantal weken terug heb ik pas echt om vergeving kunnen vragen bij hen. Dit komt ook omdat het geloof voor mij meer inhoud begint te krijgen. We hebben toen een heel fijn gesprek gehad gelukkig. Maar in die periode had ik wel belijdenis gedaan. Het is nooit naar buiten gekomen, zodat bijv. de ds/kerkenraad het te horen kreeg. Maar ergens knaagt het mij toch dat ik ook bij hen (kerkenraad) om vergeving moet vragen. Ik weet dat God het mij heeft vergeven, alhoewel ik dan weer de strijd met de duivel heb. Doordat ik die strijd heb met de duivel, kan ik ook niet gewoon meer genieten van het leven hier. En wil ik alleen maar God groot maken.
Antwoord
Wat is het mooi om te horen dat er openhartig en oprecht belijdenis van zonden kan worden gedaan. Het is vrucht van de Heilige Geest als we dat doen. Iemand als David ervoer ook blijdschap en opluchting toen hij zijn zonden beleed volgens Psalm 32. Een opgeruimd geweten voelt goed. Het gaat hier immers ook om gevoelens die ons geweten diep beïnvloeden.
Dat het met de oppas-familie is uitgepraat omdat zij achter het stiekeme kijken waren gekomen is goed. Of er ook nog belijdenis ervan bij de kerkenraad of dominee moet gebeuren lijkt me een persoonlijke afweging. Behoort het kijken naar verkeerde filmpjes tot de openlijke of de verborgen zonden? Omdat, zoals gezegd, de familie erachter kwam werd het een openbare zaak, maar verder wist niemand ervan dan de Heere alleen. Ik zou, áls het al aan de kerkenraad moet worden ‘opgebiecht’, het alleen met de predikant als hun vertegenwoordiger bespreken. Bij onze geloofsbelijdenis hebben we immers erkend dat we het voor al onze zonden alleen van de vergeving door Christus’ offer verwachten. Daar vallen ook die zonden onder waar niet over is gesproken, maar die toch wel oprecht wel aan de Heere zijn beleden en dan ook door Hem zijn vergeven. Van verborgen zonden moest David ook steeds verlost worden (zie Ps. 19:12 en 139:23,24).
Ik wil nog benadrukken dat zonden op seksueel vlak niet erger of zwaarder zijn dan op allerlei andere gebieden van het leven. Dat maakt de duivel ons misschien wijs, maar voor de Heere zijn al onze zonden ingaand tegen Zijn bedoeling met ons leven.
Wat de verleiding betreft is het zo dat we die natuurlijk niet moeten opzoeken. Job sloot een verbond met zijn ogen om maar niet begeerlijk te kijken (31:1). Laten we bij onze dagelijkse strijd tegen de zonden nooit vergeten dat de overwinning aan de Heere Jezus is! Vanuit Zijn overwinning op de zonde mogen we strijden tegen onze zonden en de duivel en dus niet wanhopen aan Gods genade of in die zonden blijven liggen. Daar is met het oude doopformulier indertijd al voor ons gebeden...
En vergeten we Paulus’ advies niet wat het genieten van het leven betreft: God verschaft ons alle dingen in rijke mate om ervan te genieten ( 1 Tim. 6:17). Alles dus waar we Hem in Jezus’ naam voor kunnen danken!
Ds. H. D. Rietveld
Dit artikel is beantwoord door
Ds. H. D. Rietveld
- Geboortedatum:06-11-1947
- Kerkelijke gezindte:Christelijk Gereformeerd
- Woon/standplaats:Nijkerk
- Status:Actief
Bijzonderheden:
emeritus