Vervloekt, die aan het hout hangt
Ds. W. Arkeraats | Geen reacties | 15-05-2014| 10:35
Vraag
In Galaten 3:13 staat: “Christus heeft ons verlost van den vloek der wet, een vloek geworden zijnde voor ons; want er is geschreven: Vervloekt is een iegelijk, die aan het hout hangt.” Petrus is toch ook gekruisigd en misschien nog wel meer kinderen van God. Zijn deze dan ook vervloekt?
Antwoord
Beste vragensteller,
Je vraag brengt ons bij het hart van het evangelie. Paulus spreekt in Galaten 3 over de verzoening met God door de Heere Jezus. Dit verzoenend werk van de Heiland kwam openbaar aan het kruis op Golgotha. Daar trof de vloek, de vervloeking Hem in volle kracht.
Paulus citeert in dit verband Deuteronomium 21:23. In dit gedeelte van de Bijbel wordt gesproken over de terechtstelling van een misdadiger. Nadat deze ter dood werd gebracht, werd zijn dode lichaam soms aan een boom of aan een eerder opgerichte paal gehangen. Daardoor werd de ernst van de misdaad nog eens te meer onderstreept. Zou dat lichaam echter blijven hangen, dan zou het ten prooi worden voor aasdieren. De aarde erom heen zou dan verontreinigd worden. Daarom moest die misdadiger altijd dezelfde dag begraven worden, waarin we iets mogen zien van de barmhartigheid van God in die aangrijpende omstandigheden. De gehangene was een vervloekte, maar de barre werkelijkheid daarvan mocht door de aarde bedekt worden.
Dat gebod van de Heere past Paulus toe op de kruisiging van de Heere Jezus. Natuurlijk ging het in de tijd van Mozes niet om een kruis; het gebruik daarvan zien we voor het eerst bij de Romeinen. Maar het beeld, dat gebruikt wordt, is hetzelfde. Jezus hing aan het kruis als Iemand, op wie de vloek van God rustte. Maar ook Zijn lichaam werd nog dezelfde dag begraven!
Maar nu de vrucht hiervan! De Heere Jezus hing aan het kruis, niet alleen als een vervloekte, maar ook als de Middelaar. Dat wil zeggen: doordat Hij ónschuldig aan het kruis hing, kon Hij andere mensen die óók ‘aan dat kruis moesten sterven’ van die vloek bevrijden. Daarvoor behoeven we natuurlijk niet letterlijk gekruisigd te worden; door onze zonde verkeren we allen onder die vloek. We horen dat ook doorklinken in de eerste, aangrijpende, woorden van het Doopformulier.
Als we echter leven door het geloof in de Heere Jezus, worden we van die vloek bevrijd. Dat wordt ons duidelijk, als we In Galaten 3 vérder lezen. Als Paulus de woorden schrijft, die je hierboven weergeeft, gaat hij namelijk verder: “...opdat de zegening van Abraham tot de heidenen zou komen in Christus Jezus, opdat wij de belofte van de Geest zouden verkrijgen door het geloof.” Dat houdt een dringend appèl in om de Heere te zoeken, want het is óók duidelijk: als iemand zich niet bekeert en niet leeft uit het geloof, dat blijft de vloek op hem.
Het zal nu duidelijk zijn dat iemand die ook ‘letterlijk’ gekruisigd werd niet onder de vloek kwam, maar daarvan juist bevrijd werd! Volgens de legende is Petrus gekruisigd, al weten we dat niet zeker. Wat we wel weten, is dat vele christenen in de arena’s van Rome aan een kruis de marteldood stierven. En die ene moordenaar aan zijn kruis? Voor hem was er geen vloek, maar vréde.
Tenslotte denk ik aan Paulus zelf, die even te voren schreef: “Ik ben mét Christus gekruisigd” (Galaten 2:20). Zo werd hij van de vloek bevrijd en geleid tot het eeuwige leven.
Ds. W. Arkeraats
Dit artikel is beantwoord door
Ds. W. Arkeraats
- Geboortedatum:09-08-1946
- Kerkelijke gezindte:PKN (Hervormd)
- Woon/standplaats:Hardinxveld Giessendam
- Status:Actief
Bijzonderheden:
Emeritus