Nieuwe hemel en aarde
Ds. M. Pronk | Geen reacties | 14-10-2013| 09:08
Vraag
Wanneer Jezus terugkomt op aarde wordt er een nieuwe hemel en een nieuwe aarde gemaakt. Wat gebeurt er met de huidige schepping? Dus de bomen, bergen, bloemen, dieren etc. Worden deze allemaal weggevaagd en komt er dan een nieuwe natuur ed. voor in de plaats of blijft dit alles staan? God heeft immers met heel veel liefde en zorg alles geschapen en Hij zag dat het goed was. Zal God dan de zonde wegnemen zodat de schepping weer volmaakt is, of komt er een volledig nieuwe hemel en aarde? Als God de schepping volledig zal wegvagen en een nieuwe natuur en dieren zal scheppen (er wordt immers gesproken dat de leeuw weer bij het lam zal liggen dus in de nieuwe wereld zullen er ook dieren zijn), waarom zal Hij dan niet de hele mensheid wegvagen en nieuwe mensen scheppen?
De zorgverzekeringen van Care4Life
De zorgverzekeringen van Care4Life stellen de beschermwaardigheid van het leven voorop. Benieuwd hoe?
Antwoord
Onze HEERE God geeft Zijn eigen schepping niet over aan de totale vernietiging. Hij bewerkt zowel verlossing als vernieuwing. Je kent de bekende woorden van Johannes 3:16. “Want alzo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat een iegelijk die in Hem gelooft niet verderve,maar het eeuwige leven hebbe.” God kan onmogelijk Zijn eigen schepping haten. Hij heeft de mensenwereld geschapen naar Zijn beeld en gelijkenis. Ondanks dat de zonde de mensenwereld meesleurt totaal van God af en naar het verderf, laat de HEERE deze wereld niet los. Hij gaf Zijn eigen Zoon. Geen mens heeft daar om gevraagd. Maar God gaf Zijn Zoon vanuit Zijn eenzijdige liefde. Opdat een iegelijk, wie dan ook, die in Hem gelooft niet ten onder zal gaan, maar eeuwig zal leven. Eeuwig leven op de nieuwe aarde, onder een nieuwe hemel.
Want Hij schept nieuwe hemelen en een nieuwe aarde. We lezen daarover al in het Oude Testament en wel bij de profeet Jesaja. “Want zie, Ik schep nieuwe hemelen en een nieuwe aarde; en de vorige dingen zullen niet meer gedacht worden en zij zullen in het hart niet opkomen“ (Jesaja 65:17). Deze heerlijke belofte wijst terug naar het begin van de Bijbel. ”In den beginne schiep God de hemel en de aarde” (Gen. 1:1). Onder de hemel en de aarde verstaan we heel het bestaande, de kosmos, het universum. Ik zeg het nu maar direct. Bij nieuwe hemel en nieuwe aarde moet je niet denken aan een totaal nieuwe hemel en aarde. Maar aan een vernieuwing. Een herschepping. God is de Schepper en de Herschepper.
Tussen schepping en herschepping ligt de zondeval met al haar desastreuze gevolgen. Ook voor heel de schepping. We lezen daarover in Romeinen 8. “Want het schepsel is der ijdelheid onderworpen, niet gewillig, maar om diens wil die het der ijdelheid onderworpen heeft” (vers 20). Heel de schepping is aan de ijdelheid, aan de zinloosheid overgeven vanwege de zonden van de mensheid en vanwege Gods rechtvaardig oordeel. Niet gewillig, maar vanwege de zonde van jou en van mij en van alle mensen. Bij schepsel valt te denken aan heel de schepping zonder de mens. Heel de schepping is dienstbaar aan de verderfenis, aan de vergankelijkheid. Paulus schrijft dat het ganse schepsel zucht en te samen als in barensnood is tot nu toe. Heel de schepping zucht en lijdt en kraakt aan alle kanten vanwege onze zonden. In barensnood staat er. Dat wil ook zegen dat er uiteindelijk leven op komst is. Nu zucht de schepping als met opgestoken hoofd en verwacht de openbaring van de kinderen Gods.
Intussen is het wel zo dat alles onder de vloek ligt en moeten mens en schepping ten ondergaan. Doch, midden in deze gebroken wereld heeft het kruis gestaan. Christus is de Overwinnaar van alle doodsmachten. Hij is de opstanding en het leven. Nu Hij zit aan de rechterhand des Vaders, vergadert Hij Zijn kerk. De gelovigen hebben door de Geest reeds nu al in beginsel deel aan het eeuwige leven. Na de dood geeft de HEERE het eeuwige leven. Ons lichaam wordt begraven. Eens komt Christus terug op de wolken des hemels. In grote heerlijkheid, omringd door de engelen. Op die dag zullen de doden ontwaken, dezen ten eeuwige leven en genen tot versmaadheden en tot eeuwige afgrijzing (Daniel 12:2).
Paulus schrijft in 1 Kor. 15 wat er op die dag met de gelovigen zal gebeuren. Het lichaam wordt gezaaid in verderfelijkheid, het wordt opgewekt in onverderfelijkheid. Het wordt gezaaid in oneer, het wordt opgewekt in heerlijkheid, het wordt gezaaid in zwakheid, het wordt opgewekt in kracht. Het dode lichaam wordt begraven, als het ware gezaaid in de aarde, om op de dag van de wederkomst door het machtswoord van Christus op te staan. Want de bazuin zal slaan en de doden zullen onverderfelijk opgewekt worden en wij zullen veranderd worden. Alle gelovigen die dan leven, zullen veranderd worden in een punt des tijds, in een ogenblik. Dit sterfelijke neemt onsterfelijkheid aan. Dan is de dood verslonden tot overwinning. Op die dag gaat het in vervulling: Zie, Ik schep een nieuwe hemel en een nieuwe aarde.
De oude wereld gaat wel door het vuur heen. Het vuur van Gods oordeel over alle goddeloosheid. Petrus schrijft daarover. ”Maar de dag des HEEREN zal komen als een dief in de nacht, in welke de hemelen met een gedruis zullen voorbijgaan en vergaan en de elementen branden zullen en vergaan en de aarde en de werken die daarin zijn zullen verbranden” ( 2 Petrus 3:10). Dit is Gods rechtvaardig oordeel over de zondige oude wereld. Die dag des HEEREN komt als een dief in de nacht. Plotseling breekt de Heere in deze wereld in. Voor de wereld onverwachts en hoogst ongelegen. Alle ongelovigen kunnen voor de majesteit en heerlijkheid van Christus niet bestaan. Zij staan weliswaar op uit de dood, maar tot het eeuwige verderf. De grond onder hen staat in brand en het dak boven hen staat ook in brand. Alles wordt hen ontnomen. Met groot lawaai worden de hemelen als een doek opgerold en vergaan. De elementen, zon en maan en sterren, zullen brandend vergaan. De lichten doven en alom is er duisternis. De aarde en al de werken der mensen zullen eveneens verbranden. Heel de goddeloze wereld gaat door het vuur van Gods oordeel ten onder. De goddeloosheid is dan totaal ten onder.
De Heere schept een nieuwe hemel en een nieuwe aarde. Versta dit goed. Déze schepping, geen andere, zal dan geheel zonder goddeloosheid, nieuw zijn door Gods scheppende macht. Welk een heerlijke belofte. Op die nieuwe aarde is geen dood meer. God zal alle tranen uit de ogen afwissen. Alle gelovigen zullen eeuwig leven met en in gemeenschap des Heeren.
We vragen ons af hoe de aarde er zal uitzien. Ik wijs op Openbaring 21:22 en 23. “En ik zag geen tempel in dezelve, want de Heere, de almachtige God is haar tempel en het Lam. De stad behoeft de zon en de maan niet dat deze in dezelve zouden schijnen, want de heerlijkheid Gods heeft haar verlicht en het Lam is haar kaars.” Op de nieuwe aarde daalt het nieuwe Jeruzalem neer. De lichtstad. Dat is de Gods kerk uit Joden en heidenen. Maar een stad zonder tempel. Die is niet meer nodig. Alles is immers vervuld in Christus. Zonder de bemiddeling van de tempel is de aarde en de kerk vervuld met en overstraald van de heerlijkheid van God en het Lam. Het Lam is het stralend middelpunt. Zon, maan en sterren zijn niet meer nodig, zoveel Licht is er.
Om nog iets meer te weten van de heerlijkheid van de nieuwe aarde luisteren we nog eens naar Jesaja in hoofdstuk 65 vanaf vers 17. Het is profetische taal. Vergeet dat niet. Om de heerlijkheid te tekenen gebruikt Jesaja profetische taal. Hij gebruikt beelden van een zeer gezegend Kanaän. De werkelijkheid breekt dus door de beelden heen en stijgt boven deze beelden uit. Laat ik enkele zaken mogen noemen.
a. De vorige dingen zullen niet meer gedacht worden en komen niet in het hart op. Er is geen leed, moeite, ellende, ziekte meer en ook geen over de zonde. Immers is het lijden van deze tegenwoordige wereld niet te waarderen tegen de heerlijkheid die aan ons zal geopenbaard worden.
b. Er zal blijdschap zijn. Want zie, zegt de HEERE, Ik schep Jeruzalem een verheuging. Er zal niet meer een stem van wening gehoord worden.
c. Er zal geen dood meer zijn, maar eeuwig even. Jesaja tekent dit in vers 20 met beelden. 1. Er zal geen begrafenis van een baby zijn. 2. Oude mensen komen tot een volle leeftijd. In onze zondige wereld wordt men oud, dat is 70 of 80 jaar, zonder de volle leeftijd te bereiken. 3. Straks zal er een jongeling zijn die wel sterft maar toch nog honderd jaar wordt. Het is immers aangrijpend als een jongeling in de bloei van zijn leven wordt weggerukt. Straks toch nog 100 jaar. De mensen zullen weer de leeftijd bereiken als in het begin van de Schrift. 4. Een zondaar ligt onder de vloek, maar zal ook nog 100 jaar worden. Het zijn allemaal beelden die willen zeggen dat op de nieuwe aarde geen dood, maar alleen leven, eeuwig leven zal zijn.
d. De nieuwe aarde wordt niet geteisterd door oorlog en vijandschap. Vanwege een oorlog kan het gebeuren dat men een huis bouwt en niet bewoont, een wijngaard aanlegt en de vrucht niet eet. Dat zal op de nieuwe aarde niet gebeuren.
e. Er zal zo’n gemeenschap zijn met de HEERE dat eer ze roepen de HEERE zal antwoorden.
f. Jesaja sluit dit gedeelte af met de tekening van vrede in het dierenrijk. Ook dat is een beeld. Zie ook Jesaja 11: 6–9. Er zal volle vrede zijn. Er zal gerechtigheid wonen. De verhouding tussen de Heere en de mens, tussen de mensen onderling en tussen de mens en de schepping zal volkomen recht zijn. Alles zal door de vrede bloeien. Lees er Openbaring 21 en 22 maar op na. Daar wordt de heerlijkheid van die lichtstad getekend. Maar blij vooruitzicht dat mij streelt.
Hoe de nieuwe aarde er precies zal uitzien zegt de Schrift ons niet. Behoeven we nu niet te weten. Dit staat vast dat hij uitermate heerlijk zal zijn omdat Christus, het Lam, het middelpunt zal zijn. We kunnen ons er geen voorstelling van maken. Alles op de nieuwe aarde is verdienste van Christus. De vraag is of we deze dag met groot verlangen verwachten. Deze verwachting rust op Gods belofte. En wordt gekend in het geloof. De vraag is of je door het geloof één bent met Christus. Wie de Zoon gelooft heeft het eeuwige leven. Doch wie de Zoon van God niet kent, de toorn Gods blijft op hem. “Gij dan zijn ook bereid, want ik welke ure gij het niet meent, zal de Zoon des mensen komen” (Lukas 12:40). Bereid zijn is voortreffelijker dan nu te willen weten hoe de nieuwe aarde er precies uit zal zien.
Ds. M. Pronk
Dit artikel is beantwoord door
Ds. M. Pronk
- Geboortedatum:10-03-1940
- Kerkelijke gezindte:Hersteld Hervormd
- Woon/standplaats:KralingseVeer
- Status:Inactief
Bijzonderheden:
Ds. Pronk is 19 juni 2016 overleden.
Beluister hier de rouwdienst.
Website: www.uithetoverjordaanse.nl