Spanningsveld in formulier Avondmaal
Ds. P.D.J. Buijs | 1 reactie | 25-09-2013| 15:20
Vraag
Ik weet dat het onderwerp Heilig Avondmaal al vaak is behandeld, maar voor mijn gevoel loop ik vast in het geloof. Een aantal jaren terug (ik was toen 20) mocht ik belijdenis van het geloof afleggen (CGK). Het was voor mij persoonlijk een heel bemoedigende dienst met een beloftevolle belijdenistekst (Filippensen 2:12b en 13). Nu is er zondag dus Heilig Avondmaal in onze kerk. Maar ik strijd zo met wat het formulier hier over zegt: “Zo zullen wij gewis en zeker zijn, dat geen zonde, noch zwakheid, die nog (tegen onze wil) in ons overgebleven is, ons kan hinderen, dat ons God niet in genade zou aannemen, en alzo dezer hemelse spijze en drank waardig en deelachtig maken.” Ik persoonlijk versta hier dus onder dat je ondanks je fouten en zonden die je nog elke dag weer doet, wel aan het Heilig Avondmaal aan mag gaan. Maar dat kan toch niet, want je moet toch juist strijden tegen de zonden?! En dan wel aan het Heilig Avondmaal gaan als je doordeweeks amper met het geloof bezig bent?! Hier loop ik laatste tijd erg mee te tobben. Hopelijk kunt u mij helpen.
De zorgverzekeringen van Care4Life
De zorgverzekeringen van Care4Life stellen de beschermwaardigheid van het leven voorop. Benieuwd hoe?
Antwoord
Beste lezer,
Het spanningsveld dat je in de vraag tekent, is heel herkenbaar. Hoe zit het nu toch met de zonde die in ons leeft aan de ene kant en de uitnodiging van de Heere aan de andere kant? Vooropgesteld: de Heere nodigt aan Zijn tafel niet zonder meer iedereen, gelovig of ongelovig. Hij heeft, zo zegt het formulier terecht, het Avondmaal alleen voor Zijn gelovigen ingesteld. Maar wie zijn die gelovigen? Mensen die het elke keer weer verknoeien; die dagelijks met de zwakheid van hun geloof en de boze lusten van hun vlees te strijden hebben.
Wat is nu het verschil met een ongelovige? Die heeft daar helemaal geen last van. Hoogstens spreekt af en toe het geweten, zeker als het gevormd is in een omgeving waar de Bijbel centraal staat. Maar er is geen hartelijk berouw, geen vluchten tot Christus, geen verlangen om de Heere te dienen.
Mag ik eens vragen: herken jij deze dingen juist wel? Vertel je de Heere over je zonden? Ken je de strijd ertegen, uit liefde tot Hem? Vlucht je als een mens die steeds weer de plank mis slaat naar Christus toe? Kijk, als deze dingen ontbreken - nee, dan kun je niet aan de tafel van de Heere gaan. Dan moet er blijkbaar nog een eerste geestelijke ommekeer komen in je leven. Of... was het er wel, maar is het weggezakt, ingezonken? Ben je “achterop gekomen in de genade” (Hebreeën 12:15)? Dan is opnieuw bekering nodig. Dan is het van belang bij het licht van Gods Woord en Geest de oorzaak op te sporen; het punt waar “de trein uit de rails is gaan lopen.” Is het slordigheid, traagheid in het bezig zijn met Gods Woord en in het gebed? Hoe komt het dat het je blijkbaar lukt om doordeweeks amper met het geloof bezig te zijn? Beleef je de band aan de Heere dan wel? Liggen er onderlinge verhoudingen scheef? Houd je aan een bepaalde zonde vast?
Ik vraag maar...
Erken de dingen waar het op vast zit tegenover de Heere, met naam en toenaam. Er is bij Hem vergeving en veel verlossing. Pleit op het bloed van de Heere Jezus en bid dagelijks om Zijn Geest. HIj zal je die niet onthouden (Lukas 11:5-13).
Overigens wijs ik je graag op een prachtig boek waarin op allerlei vragen rond het Avondmaal (aan de hand van het formulier) op een bijbelse, pastorale manier wordt ingegaan. De titel is: “Doet dat tot Mijn gedachtenis, en het is geschreven door ds. J. Westerink. Een aanrader!
De zegen van de Heere in alle opzichten toegewenst, ook in het nadenken over deze dingen.
Met een hartelijke groet,
Ds. P. D. J. Buijs
Dit artikel is beantwoord door
Ds. P.D.J. Buijs
- Geboortedatum:02-11-1961
- Kerkelijke gezindte:Christelijk Gereformeerd
- Woon/standplaats:Nunspeet
- Status:Actief
Bijzonderheden:
Bekijk ook: