Voor jou is het niet
Ds. R.H. Kieskamp | 2 reacties | 01-03-2013| 16:16
Vraag
Ik word soms zo moedeloos. Werkt de Heere wel in mij of niet? Ben zo blij als het zondag is en ik weer naar de kerk kan, omdat ik bid en hoop dat de Heere door de Heilige Geest mijn hart zal openen voor het evangelie. Maar dan begint de maandag en moet ik weer aan het werk en lijkt alles weer weg te zakken, alsof het nooit zondag is geweest. Alsof de wereld weer volledig beslag op me legt. Overal verleiding en begeerte van het vlees om me heen en van binnen fluistert een stem: Zie je wel, voor jou is het niet, je hebt al zoveel begerig gekeken naar een vrouw, er is niks voor jou bij, geef maar toe aan je begeerte. Hoe moet ik hier mee omgaan?
De zorgverzekeringen van Care4Life
Waarom overstappen naar de Care4Life zorgverzekering? Lees hier over onze principiële uitsluitingen.
U bent al verzekerd vanaf € 149,10 per maand.
Antwoord
De vraagsteller ervaart een tweespalt tussen de zondagse kerkdienst en verleidingen in het dagelijks leven door de week. Wat de zondagse kerkdienst betreft verlangt de vraagsteller al hopend en biddend dat de Heere door de Heilige Geest zijn hart zal openen voor het evangelie. Dat is een goed verlangen. Doch is er ook vertrouwen op God dat Hij het doen zal? In Hebr. 11: 6 lezen we dat wie tot God komt moet geloven dat Hij is en een beloner van hen die Hem zoeken. Want zonder geloof is het onmogelijk God te behagen.
Wie in ongeloof blijft voortleven onteert God en doet Hem veel verdriet. Ongeloof is vreselijk, is God een slag in het gezicht geven. Er wordt dus geloof van ons gevraagd. En dat is geloof dat we van ons zelf niet hebben, doch dat God absoluut wil geven. Want wie zoekt die vindt, wie klopt die wordt opengedaan, wie bidt die ontvangt. Dat betekent dat God van ons vraagt dat we het buiten onszelf, buiten ons gevoelsleven, buiten onze ik-gerichtheid, zullen zoeken. Dus dat we het bij Hem gaan zoeken, dus dat we op de beloften van het evangelie gaan vertrouwen.
Dat zal in het begin met vallen en opstaan gebeuren, zoals bij die man die sprak: "Ik geloof Heere kom mijn ongelovigheid te hulp." En ook verder op de geloofsweg blijft het vallen en opstaan. Al is er, als het goed is, wel sprake van groei, namelijk dat we steeds meer en steeds eerder alles van de Heere alleen gaan verwachten. Geloven is vooral overgave, ons aan Hem overgeven met al onze vragen en zorgen, zonden en schulden. De vraagsteller mag dan ook altijd weer met al zijn wereldsgezindheid die hij door de week bij zichzelf vindt naar Christus vluchten voor genade en vergeving. De vraagsteller wil graag dat de Heere zijn hart zal openen. Fijn. We lezen bij Lydia dat de Heere het deed. In Openbaring 3: 20 staat echter dat God vraagt dat wij zelf de deur van ons hart zullen openen. De bedoeling is daar dat de stem van God in het evangelie zo gaat doorklinken in ons hart en leven, dat we de deur van ons hart niet langer gesloten durven en willen houden.
Kort gezegd bestaat het geloofsleven uit twee hoofdmomenten. 1. Dat we door het geloof met heel ons verloren leven schuilen bij het bloed van Christus tot verzoening van onze zonden. We noemen dat de rechtvaardiging door het geloof. 2. Dat we in de dagelijkse strijd van het geloof tegen de zonde strijden en uit liefde tot eer van de Heere gaan leven. Dit noemen we de heiliging. Bij de vraagsteller proef ik een verlangen naar zekerheid een kind van God te mogen zijn. Die zekerheid zullen we nauwelijks vinden als we letten op onze heiliging, want we blijven tobben met allerlei zonden en gebreken. Daarentegen leren we die zekerheid des te eerder verstaan vanuit de rechtvaardiging d.w.z. door steeds weer als een vloekwaardig zondaar op de genade van Christus te vertrouwen. Dat betekent ook dat we geen geheimen voor de Heere hebben. Elke dag zullen we al onze foute begeerten en wat er verder aan zonde zal zijn, niet voor onszelf houden, maar berouwvol aan Hem belijden en smeken of Hij het wil afwassen met zijn bloed op Golgotha gestort. Tegelijk zullen we dan ook vertrouwen dat Hij het niet alleen doen wil, maar ook doen zal, uit enkel genade.
Ten slotte: de vraagsteller gaat graag naar de kerk. Ontvangt hij daar wel eens steun uit het Woord? Indien ja, ga dan woekeren met dat geestelijk talent om er meer bij te winnen. Vertrouwen dus.
Ds. R. H. Kieskamp
Dit artikel is beantwoord door
Ds. R.H. Kieskamp
- Geboortedatum:11-11-1935
- Kerkelijke gezindte:PKN (Hervormd)
- Woon/standplaats:Lienden
- Status:Inactief
Bijzonderheden:
Dominee Kieskamp is op 29 april 2021 overleden.
Dit panellid heeft meerdere artikelen geschreven
Laat je niet verleiden door de stem die bij jou vanbinnen fluistert maar toe te geven aan de zonde. Dat het toch niet voor jou is. Want de Heere is juist voor zondaren gekomen.
Als je het moeilijk hebt, ga dan in gebed, en begin de dag met stille tijd, als dat mogelijk is. Dan kan je om bescherming vragen tegen de verleidingen die dagelijks op je pad komen. Het is zo fijn om de dag met de Heere te beginnen. En ook te eindigen.
De Heere wil dat zegenen, dat beloofd Hij in Zijn Woord. En je moet Hem op Zijn Woord geloven.