Bijbeltekst voor Jehovah's Getuigen
Ds. M. M. van Campen | 2 reacties | 11-01-2013| 17:26
Vraag
Aan ds. Van Campen. Toen ik laatst een preek van u naluisterde, haalde u een tekst aan en zei toen het volgende: "Als er een tekst is waarmee je je kunt verdedigen tegenover Jehovah's Getuigen, dan is het deze." Zou u nog weten welke tekst(en) dit zijn? De laatste tijd wordt ik steeds vaker geconfronteerd met Jehovah's Getuigen en wil deze mensen graag vriendelijk te woord staan, maar dan wel met Gods Woord voorop.
De zorgverzekeringen van Care4Life
Waarom overstappen naar de Care4Life zorgverzekering? Lees hier over onze principiële uitsluitingen.
U bent al verzekerd vanaf € 149,10 per maand.
Antwoord
Dat is 1 Johannes 5:20: "En wij zijn in de Waarachtige, in Zijn Zoon Jezus Christus. Deze is de waarachtige God en het eeuwige leven."
De dienaren van de antichrist loochenen de leer van Christus. Ze loochenen dat Jezus de Christus is en ze loochenen de Vader en de Zoon, zie 1 Johannes 2:22 e.v. Zij ontkennen dus dat Jezus met de Heilige Geest gezalfd is en ze ontkennen dat Jezus de eeuwige Zoon van de eeuwige Vader is. Dat laatste is de dwaalleer van de Jehova’s Getuigen. Zij geloven niet dat Jezus van eeuwigheid af bestaan heeft en wel als Zoon in de schoot van de Vader, Johannes 1:18. Dat is de geest van de antichrist.
Jehovah's Getuigen zeggen nog wel aan de deur dat Jezus zoon van God is. Dat lijkt hetzelfde, maar dat is het niet. Zij geloven dat Jezus slechts een geschapen wezen is, die zoon van God werd door Zijn doop. Nee, de Schrift leert dat Hij de eeuwige Zoon van God is, God de Zoon van alle eeuwigheid af en dat wordt in 1 Johannes 5:20 zo kernachtig gezegd.
Lees dan wel voor uit jouw eigen vertaling, want de Jehovah's Getuigen hebben een eigen vertaling (de nieuwe wereldvertaling) waar ze juist die plaatsen die over de Godheid van Christus gaan, verdraaid hebben. Wij geloven met het hart en belijden met de mond dat God één is en in Drie Personen bestaat. De Zoon is niet ondergeschikt aan God, maar gelijk aan God.
Geef je eenvoudig getuigenis over de Heere Jezus, als jouw Goddelijke Verlosser, tegen de JG, maar ga niet in discussie, die verlies je toch, want ze zijn zeer getraind in gesprekstechnieken. Laat ze niet binnen en houd ze niet langer dan hooguit tien minuten aan de deur. En richt je getuigenis tot de tweede man/vrouw aan de deur, die achter de eerste staat en niet het woord voert.
Ds. M. M. van Campen
Dit artikel is beantwoord door
Ds. M. M. van Campen
- Geboortedatum:02-03-1965
- Kerkelijke gezindte:PKN (Hervormd)
- Woon/standplaats:Rotterdam-Zuid
- Status:Inactief
Dit panellid heeft meerdere artikelen geschreven
Hoewel ik absoluut geloof dat Jezus Gods zoon is, twijfel ik over uw exegese betreffende 1 Joh. 5:20. Er staat niet dat Hij eeuwig leeft, maar dat hij het eeuwige leven is. Moeten wij het niet opvatten als ‘Ik ben de deur’? Daarmee bedoelt hij dat in Hem de toegang voor het eeuwige leven is. Deze tekst kan dus ook anders opgevat worden, en is dus geen bewijs, toch?
Maar tot den Zoon zegt Hij: Uw troon, o God, is in alle eeuwigheid; de schepter Uws koninkrijks is een rechte schepter. Gij hebt rechtvaardigheid liefgehad, en ongerechtigheid gehaat; daarom heeft U, o God! Uw God gezalfd met olie der vreugde boven Uw medegenoten. (Hebreeën 1:8,9)
Want een Kind is ons geboren, een Zoon is ons gegeven, en de heerschappij is op Zijn schouder; en men noemt Zijn naam Wonderlijk, Raad, Sterke God, Vader der eeuwigheid, Vredevorst; (Jesaja 9:5) En gij, Bethlehem Efratha! zijt gij klein om te wezen onder de duizenden van Juda? Uit u zal Mij voortkomen, Die een Heerser zal zijn in Israel, en Wiens uitgangen zijn van ouds, van de dagen der eeuwigheid. (Micha 5:1)
Enz.