Hoogmoedige vader
B.S. van Groningen | 5 reacties | 21-12-2012| 11:18
Vraag
Kan hoogmoed samen gaan met een bekering? Mijn vader is volgens hem begin dit jaar stilgezet, maar je hoort bij hem nooit de verwondering dat de Heere dit gedaan heeft. Hij voelt zich beter dan een ander (al zegt hij zelf van niet), maar zo komt hij wel over. Ik heb hem daar ook over aangesproken. Je hoort bij hem alleen over de droefheid van de zonde, maar niets over werk van de Heere. Want als het goed is moet de Heere zijn begonnen en niet hij zelf. Hij houdt nogal van aandacht. Hij dacht eind vorig jaar dat hij een ernstige ziekte had, maar was niets aan de hand (waarschijnlijk ook tekort aan aandacht). Ik ben ontzettend bang dat hij er wat mee wil zijn en dat maakt mij ontzettend verdrietig en de verhoudingen worden er zo niet beter op. Hij schermt zich af met de uitspraak dat de zonden hem tot droefheid zijn geworden. En dat moet ook wel, maar ik mis de verwondering dat de Heere naar hem heeft omgekeken. Mij verwondert het dat de Heere nog naar mij wil omzien. Ik ben geen haar beter dan een ander, want de zonde leeft ook in mijn hart. En ik weet ook wel dat als ik met een vinger naar iemand wijs, er vier andere naar mijzelf wijzen. Ik had altijd een goede band met mijn vader, maar als ik hem zie dan word ik gewoon chagrijnig. En soms ga ik aan mezelf twijfelen of ik het wel bij het goede eind heb.
Antwoord
Beste vriend/vriendin,
Je vraagt nogal wat. Ik begin maar bij het begin. Kan hoogmoed samen gaan met bekering? En je hebt het over je vader, dat is wel teer, tenminste zo zou ik het ervaren.
Allereerst de gelijkenis van de farizeeër en de tollenaar. De een bad ootmoedig, nederig, de ander hoogmoedig. De Heere Jezus geeft zelf het antwoord: deze (de tollenaar) ging af, gerechtvaardigd, meer dan die, want een iegelijk die zichzelf verhoogt, zal vernederd worden. En die zichzelf vernedert, zal verhoogd worden. Als iemand door de Heere is stilgezet en hij vertoont niets anders dan hoogmoed, is het maar de vraag of hij door de Heere is stilgezet.
Jouw opmerkingen volg ik maar op de voet: je merkt niets van verwondering. Dat is toch het allereerste, wat in het hart opkomt: Waarom was het op mij gemunt? Niets beter dan anderen en dan door de Heere opgezocht, dat moet je levenslang een wonder blijven, anders klopt er iets niet.
Toch blijf ik nog wel met een paar vragen zitten: droefheid (ware droefheid) over de zonde is Gods werk. Zo staat het in 2 Korinthe 7: 10: "Want de droefheid die overeenkomstig de wil van God is, brengt een onberouwelijke bekering tot zaligheid teweeg, maar de droefheid van de wereld brengt de dood teweeg." Jij concludeert: de Heere moet beginnen en niet een zondaar zelf. Nu is dat wel eens moeilijk op een rij te krijgen, maar als jij zegt: Vader heeft het altijd over de droefheid van de zonde, maar ik hoor niets over het werk van de Heere, dan zijn er twee mogelijkheden: Of het is niet de ware droefheid, dus hij is zelf begonnen. Of het is van de Heere, want alleen Hij werkt de ware droefheid, maar daar kan een zondaar het niet in uithouden.
Hij heeft een Verlosser nodig, om van die zonden verlost te worden, want de Heere laat ons onze zonden niet zien als doel op zichzelf, maar om uitgedreven te worden tot de Zaligmaker Jezus Christus.
Wat je schrijft over aandacht, dat komt meer voor, niet alleen bij je vader, maar bij meerderen. En…als je denkt met genade iets te worden, dan sla je de plank grondig mis. Hoe kun je nu iets worden, dat je onverdiend ontvangen hebt?
Verder vind ik het moeilijk om nog meer over hem te zeggen, want ik hoor het van jouw kant (al heb ik geen enkele twijfel, dat je de waarheid niet spreekt). De zonde tot droefheid is een werk van God, maar nogmaals met een bepaald doel: Om van zonde en schuld verlost te worden. God werkt op Zijn eer aan en niet op de eer van mensen. Wat merk je op in het paradijs? Hoogmoed komt voor de val. Eerder bij de satan en daarna ook bij de mens.
Wat is het bovendien jammer, dat door iets wat verheugend moet zijn, jij chagrijnig wordt. Dat kan nooit de bedoeling zijn. Beste vriend/vriendin, draag je vader op in het gebed en probeer met een ambtsdrager, c.q. wijkouderling over deze zaak te spreken: open en eerlijk. Want als dit zo door blijft gaan, verwoest je ook je eigen ziel. En dan is er slechts een lachende derde: de vorst der duisternis, de mensenmoordenaar van den beginne.
Ieder mens is van nature hoogmoedig, ik ook, jij ook, maar als de Heere werkt, zal Hij die hoogmoed tot zonde maken en ons vernederen, totdat we Hem alleen overhouden.
Een laatste vraag: hoe is het bij jou? Heeft de Heere naar jou omgezien? Laat dat je tot verwondering zijn. Ik eindig met een tekst uit de Petrusbrief: 1 Petrus 5 : 6:
"Vernedert u dan onder de krachtige hand Gods, opdat Hij u verhoge te zijner tijd."
Als er een behoorlijk hoogmoedig was, dan is het Petrus wel, en door een diepe weg heeft de Heere hem op zijn plaats gebracht. Na Zijn verloochening bleef hij wel zijn karakter houden, maar wel gelouterd, er wel tegen strijdend. Anders hadden zijn brieven een andere toon gehad.
Mag ik het hier bij laten? De Heere zij jou in alles goed en nabij en ik hoop dat je vader op zijn plaats komt en dat de verhoudingen Bijbels zullen zijn/worden. Luister wat Jakobus zegt in het 4e hoofdstuk vers 16: "Maar nu roemt gij in uw hoogmoed; alle zodanige roem is boos."
Met een hartelijke pastorale groet,
Gods Zegen toegebeden en goede kerstdagen en een gezegend 2013.
P.S. De wijzen uit het oosten bewezen hun aanbidding, door te knielen, zij konden niet rechtop (hoogmoedig) blijven staan.
B.S. van Groningen
Dit artikel is beantwoord door
B.S. van Groningen
- Geboortedatum:25-04-1951
- Kerkelijke gezindte:Gereformeerde Gemeenten
- Woon/standplaats:Hendrik-Ido-Ambacht
- Status:Inactief
Bijzonderheden:
Oud-godsdienstleraar Wartburg College, docent Cursus Godsdienst Onderwijs (Bijbelkunde) en ouderling.
Dit panellid heeft meerdere artikelen geschreven
Dus als je vader alleen z'n zonde kent, is hij menselijkerwijs gesproken nog steeds volledig verloren, dat het van Gods kant anders kan zijn is goed mogelijk, maar je weet niet of het van Gods kant is.
Eigen zondekennis en door God gewerkte zondekennis is bijna of eigenlijk helemaal niet van elkaar te onderscheiden, het is dus altijd afwachten op de vrucht of het wel of niet van God geweest is.
Dus zolang de mens in de zonde is en alleen zondekennis heeft, is de mens menselijkerwijs gesproken gezien nog totaal verloren en bezit nog niets, pas bij de aanneming van Jezus als vergeving der zonden kan gesproken worden van een waar geloof.
Ter illustratie:
De wijze en de dwaze bouwer.
De dwaze bouwer las op de veranda vast een oudvader, het zag er goed uit, die man was vast bekeerd!
Wie zag het verschil met de wijze en dwaze bouwer? Toch niemand?
Pas bij de stormen werd het duidelijk.
Ik ben zo vaak mensen tegengekomen die anderen hoogmoed verwijten maar niet vanwege de inhoud, maar omdat ze zich in hun geweten voelen aangesproken, of omdat ze een relativistisch denkbeeld hebben van waarheid. Omdat ze zichzelf en bepaalde dingen die ze graag doen aangeklaagd voelen in hun vleselijk denken.
Bijbelse hoogmoed is in de eerste plaats tegenover God. Lees bijvoorbeeld de psalmen of de spreuken maar over de hoogmoedigen. Zo'n hoogmoed kan uiteraard nooit samengaan met bekering want deze zijn tegengesteld aan elkaar.
Uiteraard weet ik niet in hoeverre dat hier van toepassing is, maar leek me goed toch even te zeggen. Laat alleen de Bijbel je anker zijn.
Jouw vader is volgens hem stilgezet. Je merkt bij hem geen verwondering dat de Heere dat heeft gedaan. Je hoort bij hem alleen over droefheid van de zonde.
Jouw verwonderd het dat de Heere naar je wil omzien. En je ga soms aan jezelf twijfelen of jij het bij het goede eind hebt. Als je je vader zie, wordt je chagerijnig.
Heel herkenbaar. Mag ik je de raad geven die in de bijbel staat? Bij de Heere is raad. Zeg dit alles tegen Hem en vraag of Hij je wil onderwijzen. Hij zegt: al wat u ontbreekt, schenk ik zo gij het smeekt, mild en overvloedig.
De duivel kan je bezig houden met: zou het bij m'n vader echt waar zijn? Heb ik het dan verkeerd? Leg het bij de Heere neer en laat het los. Ik vond dat altijd makkelijk gezegd. Ik hoop dat je mag ervaren dat God te vertrouwen is. En dat je weet dat de duivel elke keer weer probeert onze gedachten te verstoren.
Ik merk bij mezelf dat ik het liefste zelf oordeel over mensen. Is dat een kind van God? Ja dat denk ik wel. En die? nee, van die weet ik het niet zeker. En die dan, nee, die is zo makkelijk, dat kan niet.
En zo gaat dat bij mij van binnen. Ik weet dat alleen God het oordeel toekomt, daarom, ik mag niet oordelen het hoeft ook niet. Maar het zit er zo in en dan wordt ik wel eens zat van mezelf. Wat een wonder dat de Heere alles weet en dat Hij voor mij zorgt. En dat ik al m'n zorgen (bekommernis) op Hem mag werpen. En dan merk ik dat ik de strijd niet alleen hoef te strijden, maar in Christus!
Zijn er mensen die het herkennen, het oordelen over anderen?