Bijbel in de kist
Ds. A. Simons | 1 reactie | 07-03-2012| 08:38
Vraag
Geachte dominee Simons. In een aantal lezingen haalde u een uitspraak van Kohlbrugge aan: "Als ik gestorven ben, stop dan een Bijbel in mijn kist. Dan zeg ik tegen de Heere: daar hebt U het beloofd." Ik hoop dat ik het zo goed citeer. Mijn vraag is eigenlijk: Op welke concrete tekst of teksten werd gedoeld toen hij deze uitspraak deed?
Antwoord
Inderdaad heb ik diversen keren in een preek Kohlbrugge geciteerd. Het zegt ergens: "Als ik straks gestorven ben, leg het woord in mijn kist. Als ik bij de hemelpoort kom zal ik zeggen; Heere arm en naakt ben ik, maar op Uw Woord heb ik gehoopt." Kohlbrugge wilde hier mee duidelijk maken dat Gods kind niets heeft waarop hij zich beroepen kan, als het gaat over de vraag "hoe zal ik rechtvaardig voor God verschijnen", dan op de belofte Gods. Of anders gezegd: ik weet dat in mij - dat is in mijn vlees- gans geen goed woont (Rom. 7:14). Gods kerk heeft na ontvangen genade niets in zichzelf waarop zij kunnen steunen. Hun enige verwachting ligt buiten hen in het Woord, in de belofte, in Christus. Wie we ook zijn, zuigeling of een vader in de genade, maar onze enige hoop en verwachting ligt buiten ons in het werk van Christus alleen.
De kerk is rechtvaardig voor God, alleen om Christus wil. In Christus kan de kerk alleen rechtvaardig voor God zijn. Niet op grond van iets wat in hun veranderd en vernieuwd is. Daarom is het Woord en het leven van Gods kind dierbaar geworden. Als je het Woord weg neemt, dan neem je de belofte weg. Neem je de belofte weg dan neem je Christus in de belofte weg. Daarom zei Kohlbrugge; als ik voor de hemelpoort sta heb ik niets om God te laten zien. Maar Heere, op U Woord heb ik gehoopt (Ps.130:5). Meer niet en minder ook niet.
Gods zegen. Durf jij ook door genade alleen op Christus te hopen?
Uw ds. A. Simons, Vinkeveen
Dit artikel is beantwoord door
Ds. A. Simons
- Geboortedatum:07-05-1958
- Kerkelijke gezindte:PKN (Hervormd)
- Woon/standplaats:Valburg-Homoet
- Status:Actief
Bijzonderheden:
Bekijk ook:
Dit panellid heeft meerdere artikelen geschreven
Hij zegt tegen jou en mij:
"Ik ben het Brood des levens; wie tot Mij komt, zal beslist geen honger hebben, en wie in Mij gelooft, zal nooit meer dorst hebben." (Joh 6:35)
"Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: Wie in Mij gelooft, heeft eeuwig leven" (Joh 6:47)
"Wie in Mij gelooft, zoals de Schrift zegt: Stromen van levend water zullen uit zijn binnenste vloeien." (Joh 7:38)
"Ik ben de Opstanding en het Leven; wie in Mij gelooft, zal leven, ook al was hij gestorven" (Joh 11:25)
Deze beloften staan vast want God is getrouw en kan niet liegen.
Merk op dat 'hoop' in de Bijbel niets onzekers in zich heeft. Het is een verwachten van iets dat eenzijdig van Gods kant komt en waar wij geen enkele verdienste aan hebben of aanspraak op kunnen maken. Maar het is een zekere verwaching omdat God het zegt en omdat Hij getrouw is. Er is niets zekerder in de wereld dan zijn Woord.
Daarom stel je vertrouwen alleen op dat en verder op niets anders.