Walgen van jezelf
Ds. J. van Rossem | 5 reacties | 04-10-2010| 08:10
Vraag
Aan ds. Van Rossem. U hebt mijn vraag beantwoord. Ik ben het op zich wel met u eens. Toch heb ik nog een vraag. Ik ken veel mensen die een negatief zelfbeeld hebben, waaronder ikzelf. Toch is dat niet bijbels, want je moet je naaste liefhebben als jezelf. En je moet weten hoe geliefd je bij God bent als je Zijn kind bent. Dat is wel moeilijk. Als ik uw antwoord lees, dan komt het op me over dat we onszelf wel walgelijk mogen vinden. Bedoelt u dat echt zo? Dat is toch niet bijbels? We mogen toch zien dat we, als we Gods kind zijn, waardevol voor Hem zijn door het offer van Christus? En als ik mezelf blijf verafschuwen en walg van mezelf zie ik toch niet goed de waarde van Christus' offer in?
Antwoord
Het antwoord kan kort en ktrachtig zijn: ja! Ik haal hier aan de tekst van Ezechiël 20:43 en 44. Daar zegt de Heere: “Daar zult gij dan gedenken aan uw wegen en aan al uw handelingen, waarmede ge u verontreinigd heb, en gij zult van uzelven een walging hebben over al uw boosheden, die gij gedaan hebt. Zo zult gij weten, dat ik de Heere ben, als Ik met u gedaan zal hebben om Mijn Naams wil, niet naar uw boze wegen, noch naar uw verdorven handelingen, o huis Israëls, spreekt de Heere.”
Verder haal ik aan Ezechiël 36:31: “Dan zult gij gedenken aan uw boze wegen en handelingen, die niet goed waren; en gij zult; en gij zult een walging van uzelven hebben, over uw ongerechtigheden en over uw gruwelen.”
Wat zegt Paulus, die toch een kind van de Heere is in Romeinen 7:24: “Ik ellendig mens, wie zal mij verlossen van het lichaan dezes doods.” Maar juist zo mag hij weten (Romeinen 7:25): “Ik dank God door Jezus Christus onze Heere.”
Hebben David en Petrus, kinderen van de Heere, zich goed gevoeld nadat ze gezondigd hadden? Degenen die de Heere mogen kennen heben altijd een negatief beeld van zichzelf. Maar zonder dit negatieve zelfbeeld zullen we nooit een positief geloofsbeeld van de liefde van de Heere kunen krijgen. En wat David zei in Psalm 51. De Belijdenis van een kind van de Heere! Maar hij wist, en dat heeft hij levenslang nooit vergeten, dat hij in zonden en ongerechtigheid was geboren. Maar juist werd hem een al maar groter wonder dat de Heere naar hem had omgezien. Genade maakt geen goede mensen die positief van zichzelf denken, maar genade maakt zondige mensen, die groot van de Heere mogen denken. Geloof geeft nooit mensen die over zichzelf tevreden zijn, integendeel, maar wel tevreden over de Heere. En dat juist als je jezelf blijft verafschuwen komt er plaats voor het offer van Christus en krijgt het juist zo waarde voor je. In een voortdurend proces. Het gaat om een rijke Christus voor een arme zondaar. Dat leert het geloof, steeds opnieuw: Hij moet wassen, ik moet minder worden.
Ik bid je steeds opnieuw de arm makende en de rijk makende genade van de Heere toe. Beide hebben we elke dag nodig.
Ds. J. van Rossem
Dit artikel is beantwoord door
Ds. J. van Rossem
- Geboortedatum:04-03-1945
- Kerkelijke gezindte:Hersteld Hervormd
- Status:Inactief
Bijzonderheden:
Ds. van Rossem is op 7 maart 2013 overleden.Dit panellid heeft meerdere artikelen geschreven
Natuurlijk voelen ook de bijbelheiligen zich verschrikkelijk en afschuwelijk als hun zonden hen voor de ogen gesteld worden.
Maar de Bijbel leert ons niet om een hekel aan onszelf te hebben in die zin dat we bijvoorbeeld onszelf verafschuwen of slecht behandelen/verzorgen, zoals helaas nogal eens gebeurt door mensen met een negatief zelfbeeld.
In Gods ogen ben je zó kostbaar, dat Hij zelfs Zijn eigen Zoon niet gespaard heeft, maar heeft Hem voor ons allen overgegeven. Hoe zal Hij ons ook met Hem niet alle dingen schenken?
Als we tot levend geloof zijn mogen komen, dan zijn we de bruid van Christus.
Hoe dient die bruid dan (in Gods ogen) naar zichzelf te kijken?
Ja, zult u zeggen: Christus heeft een zwarte bruid.
Klopt, maar de bruid zegt: Ik ben zwart, doch lieflijk.
Als je in Jezus gelooft ben je een nieuwe mens en de oude mens is dood.
Helaas zondigen ook gelovigen nog maar bedenk dan: Rom.7:17 Ik dan doe datzelve nu niet meer, maar de zonde, die in mij woont.
En denk daarna aan: 1Joh.2:9 Indien wij onze zonden belijden, Hij is getrouw en rechtvaardig, dat Hij ons de zonden vergeve, en ons reinige van alle ongerechtigheid.
De Christen die de blijdschap en vreugde in Christus (nog) niet smaakt heeft nog een weg van verootmoediging te gaan.
Walgen van jezelf (van datgene wat in het vlees leeft) is naar Gods wil. Ook God haat de zonde en de bron waaruit deze voortkomt: de natuurlijke mens met zijn onbekeerlijk vlees.
Trouwens, zegt Paulus in Rom 8, 7-8, is het vlees vijandschap tegen God. Dat merken wij allen iedere dag, tenminste diegenen die naar de geest willen leven.
Maar als Christus in mij/jou is dan is het lichaam dood vanwege de zonde , maar de (menselijke) geest is levend vanwege de gerechtigheid.
Dit onderscheid moet goed gemaakt worden anders blijven we hangen in de klaagzang over ons vlees en dat er geen goed in ons woont. Dat is weliswaar juist, maar God heeft door het zenden van Zijn Zoon voor ons, die geloven een geheel nieuw en eeuwig perspectief geopenbaard. Dan zijn wij zijn uitverkorenen waarvoor in de hemelse gewesten een onvergankelijke, onbevlekte en onverwelkelijke erfenis is weggelegd. Deze erfenis is er de oorzaak van dat wij ons reeds in dit aardse tranendal uitbundig mogen verheugen voor datgene wat voor ons ia weggelegd. (Zie de eerste Petrus brief hoofdstuk 1)
Paulus wilde niet voor niets al bij de Heere zijn om deze erfenis te ontvangen.
De oprechte en wedergeboren Christen kent dus wel een walging naar het vlees, maar verheugt zich tegelijkertijd met een onuitsprekelijke en verheerlijkte vreugde omdat de zaligheid van zijn ziel, als einddoel van het geloof hem/haar helder voor ogen staat.
Deze hiervoor genoemde vreugde komt van Hem en iedere oprechte Christen jubelt hier ter wille van Gods goedheid over zijn/haar leven.
Het sombere Christendom past de uitverkorenen niet en doet God oneer aan.
De toekomstige opgenomen bruid van Christus is God alles waard geweest ter wille van Zijn Zoon en tot eer van Gods goedheid en gerechtigheid.
Verheugt u zegt Paulus en nogmaals zegt hij verheugd u. Dat heeft een oneindig grote overhand op de momentele walging over de uitwerking van het vlees, wanneer dit vlees opspeelt.
Christus heeft dit vlees, de tussenmuur , in zichzelf weggebroken. Hij is de weg door het vlees gegaan, als voorloper en als eersteling met de bedoeling dat velen Hem zouden volgen. Weest heilig want ik ben heilig.