"Of bedde ik mij in de hel, zie, Gij zijt daar"
Ds. H. D. Rietveld | 7 reacties | 06-09-2010| 14:00
Vraag
Hoe moet je het achtste vers uit Psalm 139 (onberijmd) vertalen: "Of bedde ik mij in de hel, zie, Gij zijt daar"?
Antwoord
Het antwoord ligt natuurlijk in de Hebreeuwse tekst van dit psalmvers. Daar staat het woord “sjeool”. Dat betekent: onderwereld, de verblijfplaats van de doden in de oudtestamentische zin (dus niet de hemel). Soms ook in de betekenis van plaats waar de gestorven goddelozen gestraft worden (Zie Deut. 32:22; Psalm 9: 18 en Spreuken 15:11,24 e.a.). Maar wanneer de oude Jakob zegt dat zijn grijze haar in “sjeool” zal dalen (Gen. 44:29, 31) dan voelen we wel aan dat hij niet de hel als strafplaats na de dood bedoelt, maar ‘gewoon’ de plaats waar de doden verblijven (nogmaals: in oudtestamentische zin; in het NT wordt meer zicht gegeven op de hemel).
Ook de oude David zegt dat zijn zoon Salomo de moord op Joab en Abner aan Joab moet wreken, opdat zijn (Joabs) grijze haar niet in vrede in “sjeool” zal dalen (1 Kon.2:6). Zo zullen we ook in Psalm 139 moeten denken aan een diepe, voor mensen onnaspeurbare plaats, zoals ook niemand in het gebied van de dood kan doordringen. Maar God is daar wél. Het is in Psalm 139 in elk geval niet de hel in de zin van: de plaats van de straf van de eeuwige pijniging, waar God niet nabij is.
Wij weten uit het NT dat Christus de macht heeft over het doodsgebied. Hij heeft de sleutel van de hel en de dood (Openb. 1:18). Wat een troost wanneer je kunt zeggen met Zondag 1 dat je in leven en sterven het eigendom mag zijn van Jezus Christus, mijn getrouwe Zaligmaker! Dat is altijd een zaak van je biddend toevertrouwen aan Hem.
Ds. H. D. Rietveld
Dit artikel is beantwoord door
Ds. H. D. Rietveld
- Geboortedatum:06-11-1947
- Kerkelijke gezindte:Christelijk Gereformeerd
- Woon/standplaats:Nijkerk
- Status:Actief
Bijzonderheden:
emeritus
Dit panellid heeft meerdere artikelen geschreven
Opmerkelijk dat de Jehova Getuigen, naast andere zaken, zo vaak met dit onderwerp komen. Voor een gelovige is de hel helemaal niet interessant en de ongelovige haalt er zijn schouders bij op.
Veelal gaat dit onderwerp gepaard met het einde van de wereld. Ik waardeer hun opofferingsgezindheid en bedank ze vaak voor het gesprek, waarna ik soms een artikel lees uit hun blad.
Ze komen nog een keertje terug want hij had het juiste boekje niet bij zich wat ging over de nieuwe hemel en aarde ;-) dit moest je niet letterlijk nemen aldus zijn bijbel, gelukkig leert de mijne dat alles nieuw zal worden!!! Het is soms een zinloos gesprek maar Gods woordt keert NOOIT ledig weder... dus wie weet wat voor zaadjes er blijven liggen in ze hart.
Het zijn mensen die lid zijn van het wachttorengenootschap.
Ze verkondigen een valse religie.
Mijn Jehova is de God van de Bijbel, een Driemaal Heilig God.
Vader, Zoon en Heilige Geest.
Dus een andere God dan die de wachttoren mensen hebben.
Neem geen spullen van ze aan, het is een valse leer.
Houdt je er verre van.
Vertel ze Wie de Here Jezus is, Gods Zoon Die mijn Redder en Zaligmaker is.
Als je niet gelooft dat Jezus Gods Zoon is, Die voor jouw zonden is gestorven, ga je voor eeuwig verloren.
Vertel dat de hel echt bestaat en dat niemand in de Bijbel meer over de hel heeft gesproken dan de Here Jezus Zelf.
Bidt voor ze en zeg het tegen ze dat je voor ze zal bidden.
Maar als je goed kijkt, zie je dat woorden als "sjeool" en "hades" in de SV vertaald worden met "hel" of "graf" (net hoe het uitkomt). Zo blijkt de SV dus dingen weg te vertalen, en niet de Nieuwe vertaling.