Tolk bij tongentaal
Ds. W. Pieters | Geen reacties | 01-10-2001| 00:00
Vraag
In de bijbel staat dat er altijd een tolk aanwezig moet zijn als er sprake is van tongentaal. Hoe kan het dan dat de discipelen zonder tolk in tongen konden spreken tegen het volk op de Pinksterdag en dat de mensen het ieder in hun eigen taal konden verstaan. Hoe moeten we trouwens omgaan met tongentaal? Vooral in Pinkstergemeenten krijgt dit veel aandacht.
De zorgverzekeringen van Care4Life
De zorgverzekeringen van Care4Life stellen de beschermwaardigheid van het leven voorop. Benieuwd hoe?
Antwoord
Er is een belangrijk verschil tussen het spreken in andere talen, zoals op de dag van de uitstorting van de Heilige Geest, én het spreken in tongen. Dit blijkt ook in de tekst van de Bijbel zelf, omdat in Handelingen twee het woordje 'andere' erbij staat, wat er in Korinthe niet bij staat (alleen ten onrechte tussengevoegd door de statenvertalers). Tongentaal is voor een 'buitenstaander' onverstaanbaar. Het spreken van de apostelen in Handelingen 2 was heel goed verstaanbaar.
Wat is dan tongentaal, zoals in Korinthe? Het is een bijzondere gave van de Heilige Geest, waarover we na korte tijd amper meer iets lezen in de kerkgeschiedenis en ook niet in andere plaatsen dan in Korinthe. Het wordt dan ook door velen voor tijdelijk en uitzonderlijk gehouden. Niet bedoeld om in de eeuwen van de geschiedenis der kerk mee te gaan. Hoewel we moeten erkennen dat nergens wordt vermeld dat het tijdelijk is.
Van belang is dat Paulus er heel anders over denkt dan de mensen in Korinthe en, misschien, ook in de pinksterkringen. Hoewel Paulus namelijk wel dankbaar is dat hij in tongen kan spreken, toch hecht hij er veel minder waarde aan dan aan het spreken in verstaanbare taal (en de Korinthiërs net andersom). Tongentaal is namelijk tot stichting van de gelovige zelf. Het spreken in verstaanbare taal daarentegen is tot stichting van de naaste (in en buiten de gemeente); en daarom van veel meer waarde.
Kortom: het gebeuren op de Pinksterdag is níet wat plaats vond in Korinthe. Het was min of meer eenmalig (nog een enkele keer herhaald in de allereerste tijd van de verspreiding van het Evangelie). Het gebeuren in Korinthe is weliswaar niet te versmaden of te verachten, maar het mag ook niet overwaardeerd worden. Kan iemand in tongen spreken, laat hij er in de prive-sfeer gebruik van maken tot eer van God en nut van zijn eigen ziel. Maar drijf het niet, word niet mismoedig als je het niet kunt, en verplicht er niemand toe.
ds. W. Pieters
Dit artikel is beantwoord door
Ds. W. Pieters
- Geboortedatum:27-06-1957
- Kerkelijke gezindte:Hersteld Hervormd
- Woon/standplaats:Elspeet
- Status:Actief
Bijzonderheden:
website: dspieters.refoweb.nl