Samen de Heere dienen
Ds. A.J. van den Herik | Geen reacties | 04-06-2009| 00:00
Vraag
Ik heb verkering met een jongen uit een totaal andere kerk dan ik. We zijn er achter gekomen dat we daardoor over heel veel dingen verschillend denken. Over hoe een bekering verloopt (dat is natuurlijk bij iedereen anders, maar globaal) denken wij al anders! En doordat we daar weer anders over denken, trekt dat door naar bijv. de levenswijze. Soms als we het erover hebben, kwetsen we elkaar vaak met uitspraken. Dat willen we absoluut niet, maar het gebeurt gewoon. Ik weet dat liefde alleen niet genoeg is. Over het allerbelangrijkste moeten we samen één zijn. Maar dat zijn we niet... Hij vindt dat als je gedoopt bent, Christus daarmee zegt dat Hij jouw zonden wil vergeven. En als jij dat gelooft, dan is Christus voor jou gestorven. Hij heeft jou dan lief gehad voor het begin aller dingen. Ik vind dat als je gedoopt bent, God je Zijn Woord in je hand geeft. En je daardoor op het erfgoed des verbond gezet heeft. Hij heeft mij afgezonderd, en dat is een voorrecht. Maar doordat ik gedoopt ben, wil dat niet zeggen dat ik per definitie bekeerd zal worden. Het is alleen om Jezus wil. Ik heb niets aan te nemen. Het gaat er niet om of ik wel of niet wil. Als God je bekeert, is het enkel genade. We komen samen maar niet over dit probleem heen. We komen elkaar geen stap nader. We gaan al in gesprek met zijn dominee. Maar ik ga niet veranderen van mening... En hij ook niet, ben ik bang. Ik weet dat het niet van één kant moet komen. Maar als ik aan zijn mening zou toegeven dan kies ik dezelfde weg als Orpa, voor mijn gevoel. Het is immers makkelijker om te geloven hoe hij denkt dat het gaat? Want dan hoef ik nu maar enkel te geloven dat Christus ook voor mij gestorven is. Maar dan is het toch geen Gods werk meer? Ik zou zo graag de keus van Ruth maken. Samen die keus om samen de Heere te dienen in ons leven. Maar ik kan dat niet als er dan nog zo veel ermee door kan in dit leven.
De zorgverzekeringen van Care4Life
De zorgverzekeringen van Care4Life stellen de beschermwaardigheid van het leven voorop. Benieuwd hoe?
Antwoord
Beste briefschrijfster
Ik ben blij met je brief, want daarin geef je blijk juist in je verkeringstijd goed over de geestelijke dingen na te willen denken en met elkaar te praten. Soms stellen mensen dat uit tot later. Dat is niet goed, want later –als je getrouwd bent– is het soms nog moeilijker over dingen te praten dan nu. Tevens moet je nu een goede basis leggen. Liefde alleen is niet genoeg, zeg je, en dat is waar. Je moet samen één zijn in je overtuigingen. In ieder geval: je moet er goed samen over kunnen praten en kunnen begrijpen wat jullie beiden ten diepste motiveert.
Bij jullie loopt dat praten echter vaak uit op een discussie waarin je elkaar kwetst. Dit betekent dat er iets kan mankeren aan de toon. Willen jullie echt van elkaar leren? Of ben je allebei zo volstrekt overtuigd van je eigen gelijk dat er eigenlijk geen gesprek mogelijk is? Ik weet niet of het zo is, maar soms zijn gesprekken bij voorbaat tot mislukken gedoemd, omdat beide kanten niet echt willen luisteren en zich verplaatsen in de ander. Het kost ook even moeite om je te verplaatsen in de denkwereld van de ander, zeker als het hier om dingen gaat die je erg na aan het hart liggen en als het om overtuigingen gaat waarbij je van jongs af bent opgevoed. Dat zal bij jou en bij je vriend beiden het geval zijn.
Na dit gezegd te hebben, ga ik meer naar het inhoudelijk. Het probleem tussen jullie is het denken over het geloof. Je vriend gaat hierbij uit van een zeker verbondsautomatisme (zo beschrijf jij dat immers). Dit betekent dat er eigenlijk geen noodzaak is van wedergeboorte en bekering. Inderdaad heerst in sommige kringen een dergelijke opvatting. Je bent uit gelovige ouders geboren, je bent een nette christen, dus…
Achter zulke vragen ligt inderdaad vaak een andere geloofsvisie. De één wijst meer op de doop, de ander op de verkiezing. De een zegt: je moet het aannemen; de ander zegt: het moet je geschonken worden; de één zegt: je bent gedoopt en daarmee reikt God je de hand, de ander zegt: gedoopt te zijn wil niet zeggen dat je bekeerd wordt.
Toch moeten we oppassen bij dergelijke dingen in stereotypen te vervallen. Soms liggen de dingen minder ver uit elkaar dan lijkt. Vaak worden dergelijke discussies ook wat afstandelijk gevoerd. Ik bedoel dit: zonder dat je het je altijd bewust ben, ben je vaak in zo’n gesprek eerder bezig je eigen opvoeding en kerkelijke achtergrond te verdedigen dan dat je werkelijk met de ander in gesprek bent. Jij zegt: “Ik ga niet veranderen”. Dat is op zich heel mooi, maar ga je wel goed naar elkaar luisteren? Ga je wel elkaars diepste motieven proeven? Of blijft het toch een beetje “gelijkhebberij”?
In plaats van met elkaar te discussiëren, zou je misschien veel beter elkaar kunnen bevragen naar de vraag wie de Heere nu voor jou persoonlijk is. Je vriend zegt dat voor hem de doop het belangrijkste is en dat het aankomt op het aanvaarden van Gods ja tegen jou. Welnu: vraag daarop –voorzicht en invoelend, teer!- door. Wie is de Heere Jezus dan voor hem? Wat betekent het gebed voor hem? Wat het kerkgaan en Bijbellezen? Als je bij het tere gesprek over deze heel persoonlijke dingen een stuk warmte en diepgang voelt, is het goed. Iemand kan zich immers anders uitdrukken dan jij gewend bent, maar als je merkt dat er eerbied voor de Heere en Zijn Woord is en liefde voor Zijn Naam en dienst, kom je samen wel verder.
Jullie verschillen in je visie op de doop. Praat daar met elkaar over. Vertel hem eerlijk en invoelend wat jij mist in zijn visie en laat hij vertellen wat hij bij jou mist. Doe dat aan de hand van het doopformulier. Want het formulier heeft een evenwichtige visie. Voor het formulier is de doop geen rustgrond: als je gedoopt bent, ben je er. Maar de doop is evenmin een zandgrond: alsof het feit dat je gedoopt bent eigenlijk niets zou zeggen. De doop is een pleitgrond: een grond om mee voor God te komen en te pleiten op zijn onverdiende, maar tegelijk toegezegde genade. Juist een open gesprek kan dingen verhelderen en standpunten overbruggen.
Vertel hem dan waarom jij de dingen anders beleef en wat je moeilijk aan geloven vindt en waarom jij niet durft te zeggen dat je een kind van God bent . Doe dit niet op een dogmatische manier, maar op een manier die dicht blijft bij je eigen beleving. Je schrijft op het laatst “er kan zoveel mee door”. Probeer ook over die dingen vanuit je eigen beleving te praten: waarom vind jij bepaalde dingen niet goed. Luister ook goed naar elkaar! Dan kan zegenrijk zijn.
Als zo’n gesprek wat oplevert, mag je hoop hebben voor de toekomst. Juist als je elkaar in het hart mag kijken en als blijkt dat de overtuiging niet maar een uit het hoofd geleerd lesje is, komt er ruimte voor het zoeken naar een weg en een luisteren naar de Bijbel. Vertel hem waar je moeite mee hebt en waarom. En luister dan vervolgens naar zijn verhaal. Als je echt open staat, opent dat wegen om eruit te komen, zeker als je elkaar liefhebt en samen naar de Bijbel luistert. Dan kan het zijn, dat je uiteindelijk dichter bij elkaar ligt dan je op het eerste gezicht zou denken. Om een persoonlijke ervaring te vertellen: Ik had pas een gesprek met een evangelische christen, die zo echt en overtuigd christen was – en die ook voluit beleed dat alles genade was – dat ik me bij hem meer thuis voelde dan soms bij mijn soortgenoten. Juist wanneer het hart opengaat, ervaar je soms openingen.
Het gaat om een echt gesprek. Als dat laatste echter niet gebeurt, dan heb je wel een probleem. Als iemand wel over de Heere spreekt, maar er niet naar leeft en ook niet openstaat voor een diep en intens gesprek daarover, ligt de zaak anders. Dan heb je veel gebed en wijsheid nodig. Dan weet ik ook niet of je op deze basis wel verder moet gaan.
Ik wens je Gods zegen toe en wijsheid en ook een beetje invoelingsvermogen!
Ik hoop dat ik je vraag naar tevredenheid heb beantwoord.
Ds. A. J. van den Herik, Hoevelaken
Dit artikel is beantwoord door
Ds. A.J. van den Herik
- Geboortedatum:20-01-1966
- Kerkelijke gezindte:PKN (Hervormd)
- Woon/standplaats:Moerkapelle
- Status:Inactief