Traditie en bijzaken
J.W.N. van Dooijeweert | Geen reacties | 28-05-2009| 00:00
Vraag
Zijn de brieven in het Nieuwe Testament tijd - en cultuurgebonden of gelden de voorschriften die erin gegeven worden aan de gemeenten nog steeds voor ons in onze Nederlandse cultuur? Ik ga veel om met christenen uit andere denominaties en landen en kom bijna nooit tegen dat men tijdens de erediensten een hoofddeksel draagt. Ook in zaken als de invulling van de zondag en het afknippen van het haar wordt niet de letter van het Nieuwe Testament gehanteerd, zeg maar.
Het gaat hier om bijbelvaste christenen die een dagelijkese intieme omgang met de Heere hebben. Ik heb me al zo vaak afgevraagd hoe dit verschil toch te verklaren is en hoe ik er zelf mee om moet gaan. Ik hoop dat iemand hier zelf wat meer duidelijkheid in heeft! De traditie is voor mij geen overtuigende grond.
Antwoord
Lieve broeder of zuster,
Ik heb op het terrein van je vraag heel wat dingen op hun plaats moeten leren zetten. Toen ik als kind meemaakte dat een groot gezin (onkerkelijk) de kerk uit gestuurd werd omdat ze met een auto gekomen waren... Toen ik meemaakte dat een meisje van zes jaar niet de kerk in mocht omdat ze geen hoed op had.... Toen ik zelf de eerste keer een vrij heftige charismatische dienst meemaakte in Peru, stonden al mijn haren ook stijl overeind. Wat een gedoe!... En zo kan ik je nog heel veel dingen opnoemen. Maar gelukkig: al werkende hebben we mogen ontdekken dat er zaken zijn van de eerste orde en zaken van de tweede orde.
Wat ik daarmee bedoel: Er zijn zaken die de zaligheid van onze zielen aangaan en er zijn ook zaken die alleen de orden, gewoonten en gebruiken betreffen. Die laatsten noem ik voor het gemak zaken van de tweede orde. Veel Christenen verheffen deze zaken van de tweede orde tot zaken van de eerste orde. Voor veel kerkelijke mensen is het heel welkom om eindeloos over al die verkeerde dingen bezig te zijn. Ze kunnen uitweiden over zondagsontheiliging, lengte van de rok, kledingkleur, haarlengte, pantylengte... etc. Maar als je dan rechtuit vraagt of ze de Heere Jezus kennen dan is vaak de reactie: “Ja, maar dat gaat zomaar niet”. Maar ben je toch wel wedergeboren? “ Ik heb er soms een beetje hoop op, het zal straks openbaar komen”.
Waarom ik je dit schrijf? Dit is de denkwereld waarin wij leven. Een wereld van onzekerheid als het gaat over de dingen van de eeuwige bestemming, van onze ziel. Maar tevens is het een wereld van zekerheden als we de fouten van anderen aan kunnen wijzen die allerlei uiterlijkheden betreffen. Daarom ben ik blij dat het jou bezig houd op een andere manier . Nadenkend, vragend, concluderend... en niet direct zo veroordelend.
De Bijbel is wel radicaal, maar in de eerste plaats blijkt uit de Bijbel dat God heel liefdevol omziet naar mensen. Vooral mild en liefdevol en dan naar zondaren toe. Radicaal tot behoud, tot redding. De traditie is in de eerste plaats radicaal om zichzelf te handhaven en ook om anderen hun plaats te wijzen of te veroordelen. Tradities en gebruiken dulden geen tegenspraak en ook geen andere gebruiken naast zich. Ze zijn ook koud en brengen ons niet bij de Heere Jezus.
Op het terrein van jouw vraag komt zeker de cultuur om de hoek kijken. Als wij in Peru in de bergen zijn komen de vrouwen met hun hoeden op naar de kerk... En als ze binnen zijn zetten ze die heel eerbiedig af voor God. Ze willen eerbiedig voor Hem komen.
Gebruiken zijn opgebouwd op traditie en grotere of kleinere Bijbelkennis of verkeerde exegese van de Bijbel. Ik hoorde zeggen: Voor vrouwen is er een duidelijke grens voor aangaan aan het Heilig Avondmaal; kun je met je haar de voeten van de Heere Jezus afdrogen? Net als Maria dat deed? Voor een ander zijn donkere kleren het belangrijkst. Maar het mag duidelijk zijn dat het kennen van de Heere Jezus de noodzaak is om deel te nemen aan Zijn tafel. Op deze manier gaan we een verkeerd spoor op. Dan worden de uiterlijkheden bepalend voor ons geloofsleven.
De Apostelen gaven ons een in Handelingen ander voorbeeld. Aan de heidenen werd door de eerste grote kerkvergadering een heel indringende brief geschreven over deze dingen: “Want het heeft den Heiligen Geest en ons goed gedacht, u geen meerderen last op te leggen dan deze noodzakelijke dingen: Namelijk, dat gij u onthoudt van hetgeen den afgoden geofferd is, en van bloed, en van het verstikte, en van hoererij; van welke dingen, indien gij uzelf wacht, zo zult gij weldoen. Vaart wel”, Handelingen 15:28,29.
Een deel van je vraag: “Zijn de brieven in het Nieuwe Testament, tijd- en cultuurgebonden of gelden de voorschriften die erin gegeven worden aan de gemeenten nog steeds voor ons in onze Nederlandse cultuur?”
Mijn antwoord: De evangeliën en de brieven van het NT zijn binnen een totaal andere cultuur geschreven. Maar omdat ze ingegeven zijn door de Heilige Geest zijn ze ook voor ons de allerbelangrijkste boeken van de gehele aarde. Tevens zijn ze ook volkomen passend voor onze culturen in de eenentwintigste eeuw.
Je schrijft ook: “Ik ga veel om met christenen uit andere denominaties en landen en kom bijna nooit tegen dat men tijdens de erediensten een hoofddeksel draagt. Ook in zaken als de invulling van de zondag en het afknippen van het haar wordt niet de letter van het NT gehanteerd, zeg maar. Het gaat hier om Bijbelvaste christenen die een dagelijkse intieme omgang met de Heere hebben. Ik heb me al zo vaak afgevraagd hoe dit verschil toch te verklaren is en hoe ik er zelf mee om moet gaan. Ik hoop dat iemand hier zelf wat meer duidelijkheid in heeft! De traditie is voor mij geen overtuigende grond”.
Ik ben blij dat je er op deze manier over kunt schrijven! Als toen ik zelf de eerste keer een vrij heftige charismatische dienst meemaakte in Peru, stonden al mijn haren ook stijl overeind. Wat een gedoe! Vaak kan er alleen minachtend gesproken worden over die mensen van tegenwoordig en over die andere kerken of groepen (Ik geef direct toe dat er heel veel mis gaat op dit terrein! Maar toch...). We hadden een presentatieavond over ons werk in Peru. Een van de aanwezigen wist precies hoe het is in dat land: harde muziek en hard roepen in de kerk...e n kinderen van God vind je er niet...
God zoekt de Zijnen in allerlei groepen, culturen, landen, volken en natiën. Dat staat voor mij vast omdat de Bijbel het zegt, en omdat ik het zelf ervaren heb. Hij staat boven de gebruiken en Hij wil dat wij dat ook doen. Niet de gebruiken als onnut weg gooien, maar er boven staan. Zien dat daar de zaligheid niet van afhangt... anderen, die andere gebruiken hebben niet direct veroordelen. Maar zoeken ons eigen leven in te richten naar Gods Woord. Dan worden we mild en liefdevol naar de ander en meer radicaal naar ons zelf.
Dit alles neemt niet weg dat er groot verschil is tussen de gebruiken van de ene kerk en van de andere. Soms zelfs lijnrecht in strijd met elkaar. Daarom is het nodig dat we ons steeds richten naar het Woord van God en Hem vragen om licht in deze dingen. Ik denk dat het verder goed is om je aan te passen aan de gebruiken van de gemeente waartoe je behoort. Kun je (of wil) je dat niet dan moet je geen conflicten gaan scheppen. Je kunt dan rustig met elkaar erover praten en samen tot een antwoord komen. Paulus heeft ook daaraan gedacht als hij schreef aan de gemeente van Korinthe: 1Kor. 3:3: “Want gij zijt nog vleselijk; want dewijl onder u nijd is, en twist, en tweedracht, zijt gij niet vleselijk, en wandelt gij niet naar den mens?”
Hartelijk gegroet in de hoop dat ik je wat heb kunnen helpen in de goede richting te denken. Gods zegen!
Evangelist J. W. N. van Dooijeweert
Dit artikel is beantwoord door
J.W.N. van Dooijeweert
- Geboortedatum:23-01-1938
- Kerkelijke gezindte:Gereformeerde Gemeenten
- Woon/standplaats:Waddinxveen
- Status:Actief
Bijzonderheden:
Bekijk ook: