(...) Ik weet niet of ik verder moet gaan met deze relatie omdat we een verkeerd...
Ds. G. van 't Spijker | Geen reacties | 08-04-2009| 00:00
Vraag
Mijn vriend en ik hebben bijna twee jaar verkering. Maar ik weet niet of ik onze relatie moet beëindigen of verder moet gaan. In het begin van onze relatie zijn we op seksueel gebied best ver gegaan. Tot het moment waarop ik met de vraag werd geconfronteerd: En wat als je sterft? Sindsdien ben ik heel erg gaan zoeken naar de Heere. En loop ik rond met de vraag of dit het echte geloof is en of Jezus Christus ook voor mijn zonden is gestorven. In de relatie met mijn vriend is sindsdien heel veel veranderd. Er zijn een heleboel dingen die ik niet meer wil omdat Gods’ Woord dit verbiedt. We hebben nu geen seksueel contact meer en kijken geen dvd’s meer. Mijn vriend respecteert dat ik dingen niet meer wil, maar hij begrijpt het niet en heeft het er heel moeilijk mee. We zitten op het gebied van geloof niet meer op een lijn. Maar ik wil hier niet de indruk wekken dat ik denk wel te geloven. Maar we staan er wel heel anders tegenover. Doordat ik zo veranderd ben hebben we ook meer ruzies gekregen in onze relatie. Dat ik iets niet wil en dat hij dan wel meegaat, maar dat er dan geen prettige sfeer meer is. We praten hier over, maar ik weet niet wat ik moet doen. Ik weet niet wat de Heere wil dat ik doe. Ik weet niet of ik verder moet gaan met deze relatie omdat we een verkeerde start hebben gemaakt en omdat we nu niet op een lijn zitten. Ik moet steeds denken aan de tekst: “Wie zijn vader of moeder niet haat om Mijnentwil is Mijns niet waardig.” Dat vind ik heel moeilijk, omdat ik de Heere nodig heb in mijn leven, maar tegelijkertijd ben ik ook steeds zo hoogmoedig en dwars en denk ik ook weer dat ik daarvoor mijn verkering toch niet uit hoef te maken. Hoe weet ik wat de wil van de Heere is? Kunt u mij misschien advies geven?
Antwoord
Je staat voor een moeilijke keuze. Ik kan me goed voorstellen dat je dit ervaart als een huizenhoog probleem. In de allereerste plaats ben ik blij dat je nu de wil van God wil doen. Je hebt nu ook gemerkt dat breken met het oude leven een prijs kan vragen. Jouw probleem is, als ik je goed heb begrepen, de volgende vraag: is breken met het oude leven ook breken met mijn vriend? Je hoopt dat ik als dominee je een schriftgetrouw antwoord kan geven. Pas hierbij op, ik kan je niet een wet voorschrijven, ik kan de keuze niet maken in jouw plaats, ik kan in feite niet meer dan een aantal overwegingen op tafel leggen aan de hand waarvan je misschien kunt inzien wat jouw verantwoordelijkheid is.
In de afgelopen tijd heb ik geprobeerd tot in detail op jouw opmerkingen in te gaan. Daarin ben ik vast gelopen. Ik ben weer vooraan begonnen en wil me beperken tot een aantal hoofdlijnen. Tevens denk ik bij me: heb ik haar nu goed begrepen of sla ik de plank helemaal mis?
De oorzaak van dit vastlopen, is naar mijn idee, het feit dat ik niet kan raden wat jouw vriend denkt en voelt. Nu is dat altijd een onmogelijke zaak, het is al heel moeilijk om een begrip te krijgen van jóuw ideeën. Aan de hand van wat je me vertelt, kan ik niet eens een aarzelende poging doen me iets van hem voor te stellen. Toch mogen we jouw vriend niet buiten beschouwing laten. Je kunt niet zeggen: “Het is mÃjn probleem, en als ik dat heb opgelost, zal ik hem de uitkomst vertellen.” Ik denk dat je zo tegen de wil van God in gaat.
Je schrijft dat je in het begin van je verkering op seksueel gebied best ver bent gegaan. Mijn gedachte is: hoe ver is dat? Als je letterlijk gemeenschap hebt gehad, ben je tot één vlees geworden ( Gen 2: 24; 1 Kor. 6: 15-17). Misschien ben je zo ver niet gegaan, ik kan dat niet uit je vraag opmaken. Het wijzen op de laatste verzen kan hard op je overkomen. Ik wil je hier niet voor wat dan ook uitschelden, daar gaat het niet om. Ik wil je duidelijk maken dat de Heere zelfs het vleselijke contact tussen een man en een publieke vrouw aanduidt als “één vlees worden”, zodat je niet kunt zeggen dat het één vlees worden pas geldt als je echt getrouwd bent.
Misschien heb je toen je met je vriend begon helemaal niet aan deze dingen gedacht. Jongelui, zeker die in de wereld, denken tegenwoordig op een eigen manier over seks. Het lijkt dan wel of seks hebben iets is dat je maar gewoon consumeert, zonder verdere gevolgen. De Heere leert ons geheel anders. Je kunt niet zeggen dat je dat toen niet wist, zodat je daar nu niets mee te maken hebt. Iemand die onwetend met explosief materiaal omgaat, moet niet denken dat haar of zijn onwetendheid tot gevolg heeft dat de zaak niet ontploft.
Je zegt dat je nu naar de wil van God wilt leven, dan zul je dit ook erkennen. Je kunt dus niet je vriend in je gedachten buitenspel plaatsen om hem straks te vertellen wat je hebt bedacht. Als je geen gemeenschap hebt gehad, ligt de zaak anders, maar je bent kennelijk wel heel intiem met elkaar geweest. Toch denk ik dat je ook dan jouw vriend niet buiten je gedachtegang kunt houden bij het oplossen van dit probleem. Zit je voor altijd aan hem vast? Dat nu ook weer niet. De apostel geeft aan dat een gelovige vrouw haar man niet om het geloof hoeft te verlaten, maar ook dat ze niet hoeft te protesteren als de ongelovige man haar wil verlaten. Toch kun je niet doen alsof je zonder jouw vriend op een goede manier je probleem oplost. Je zult hem erin moeten betrekken, en niet pas op het laatst als je je mening al hebt gevolgd.
Tijdens het lezen van je vraag kreeg ik de indruk dat je de zaken wel aanduidt aan je vriend; je zegt dat jullie er over praten. Maar ik vraag me af of je de dingen wel op de juiste manier met hem bespreekt. Daarom wil ik daar nader op in gaan. Ik heb het oog op twee dingen. De toon waarop je spreekt en intentie waarmee je spreekt.
De toon waarop je spreekt is van groot belang. Je zegt dat het op ruzie uitloopt. Dat is verdrietig, dat zul je zelf ook vinden. Het betekent dat iemand boos wordt. Ben jij dat, is hij dat, of zijn jullie beiden dat. Boos worden is niet verkeerd. We zijn geschapen met het vermogen om boos te worden. Het komt er op aan, dat we het vermogen goed gebruiken. Het hoort een natuurlijke en zuivere reactie te zijn op onrecht en slechtheid. Meestal is het een vleselijke onzuivere reactie op iets waar je het niet mee eens bent. In dat opzicht wordt veel gezondigd, terwijl mensen niet goed begrijpen hoe.
Tijdens jullie gesprek heb je een meningsverschil, dat geef je aan; je begint zelfs al met een meningsverschil. Het gesprek moet bedoeld zijn om dat meningsverschil goed op te lossen (dat is de intentie waarmee je behoort te spreken). Je komt tijdens de bespreking van je meningsverschil tot de conclusie dat er een conflict is. Ik wijk even van de gebruikelijke betekenis van dat woord af, en gebruik het nu strikt filosofisch. Een conflict bestaat als twee verschillende dingen niet tegelijk kunnen en wel moeten of gewenst worden. Een voorbeeld: het ene ding is: we gaan naar de kerk. Het tweede ding is: we blijven thuis; tegelijk gewenst, niet tegelijk uit te voeren. Bij een conflict hoef je geen ruzie te krijgen. Je krijgt pas ruzie als je boos wordt omdat je wens niet vervuld wordt. Meestal is daarbij de boosheid heel onzuiver, bijvoorbeeld omdat je de ander wilt straffen, het zwijgen opleggen, overwinnen, kleineren. Ook omdat je misschien niet goed overdacht heb of je het conflict ook anders kon aanpakken.
Hiermee wil ik zeggen, dat je jullie ruzies niet zomaar moet gebruiken als argumenten om je vriend te verlaten. Beter is het om te kijken of je anders met de situatie kunt omgaan. Liefdevoller. Mag ik er vanuit gaan dat je veel om je vriend geeft? Ben je er voor honderd procent zeker van dat jij gelijk hebt en dat je vriend ongelijk heeft? Misschien vind je vriend het heel goed dat je de Heere wilt gehoorzamen, maar vindt hij ook dat je een beetje doorslaat naar de andere kant. Dit kan ik helemaal niet beoordelen, maar het zou wel een punt van gesprek kunnen worden. Ik kan uit je vraag helemaal niet opmaken hoe je vriend staat tegenover kerk of geloof. Hij zou vreemd kunnen zijn aan beiden, hij zou ook op zijn manier goed kerkelijk willen zijn. Ik kan het niet weten. Misschien heeft hij tijd nodig om net als jij te leren beseffen dat ook hij eens voor God moet verschijnen.
Dat heeft ook alles met de intentie waarmee je spreekt te maken. Wat staat je voor ogen. Is het jouw leven, jouw manier van doen, en mag je vriend mee doen mits hij aan jouw verwachtingen voldoet? In dat geval is jullie verhouding wat jou betreft een cirkel, waarin jij het middelpunt bent en hij op de rand mag zitten, met het risico eraf gewipt te worden. Het goede alternatief is dat je samen een ellips (een ovaal) vormt, met twee brandpunten. Is jouw intentie een cirkel te zijn, of wil je samen een ellips vormen.
Je bent ooit samen begonnen, misschien omdat je verliefd was, misschien omdat je graag een vriendje wilde. Uit beide startposities kan iets goeds komen. Dan komt er liefde. Liefde is een veelzijdige zaak, waarin onder vele andere aspecten het verlangen om de ander met tederheid te omringen een belangrijke rol speelt. Je geliefde wordt ook van grote betekenis voor je, meer dan een ander. Je kunt ook heel bezorgd over hem zijn. De andere aspecten laat ik rusten. Verliefdheid is iets totaal anders dan liefde. Liefde moet groeien. Liefde kan groeien ook als de ander het nog niet met je eens is.
Tot slot dat wat je schrijft over jouw ommekeer. Je werd geconfronteerd met de vraag: “En wat als je sterft?” Een belangrijke vraag en ik ben blij dat die bij je opkwam. Dikwijls begint de Heere daarmee als Hij zondaren tot bekering brengt. Het is van groot belang op welke manier je tegen de zonden aankijkt. Zijn zonden voor ons niet meer dan fouten, of zijn het overtredingen. Fouten zijn alleen maar verkeerd en op zijn best hoop je het niet meer te doen. Overtredingen zijn schendingen van Gods wil, uitermate brutaal, aantasting van Gods eer en majesteit. In het laatste geval wordt de vraag: “En wat als je sterft?” heel heftig en urgent. Misschien kun je dát met je vriend bespreken, wellicht ziet hij zonden alleen maar als fouten en begrijpt hij niet waar je je druk over maakt. Veel mensen die hun zonden alleen maar zien als fouten, denken ook heel luchtig over de vergeving, dikwijls zonder te bedenken dat wij beslist Jezus Christus moeten kennen als Heere en Zaligmaker.
Je schrijft dat je sindsdien bent gaan zoeken naar de Heere. Dat is terecht. We moeten namelijk niet blijven steken bij de angstige vraag die door ons wordt opgevolgd met een krachtige poging om voortaan niets meer tegen de wil van God te doen. Door onze vleselijke natuur zullen we in onszelf altijd de prikkelende gevolgen van de zonde blijven voelen. We hebben een blijvende strijd te voeren. We vinden alleen rust wanneer we mogen weten dat Christus voor ons de schuld van onze zonden heeft weggenomen. Weet dat de Bijbel hier heel ruim is, en dat wij, jij incluis worden uitgenodigd om onze toevlucht bij de Christus te zoeken. Zie hoe ruim Petrus vergeving verkondigde aan de omstanders bij de preek die hij hield naar aanleidig van de uitstorting van de Heilige Geest. Geen condities vooraf. In hun verslagenheid werden ze genodigd om te geloven dat de Heere Jezus de Christus Gods was, om zich vervolgens aan Hem toe te vertrouwen en om voortaan Hem te volgen als Zijn liefhebbende onderdanen.
De echtheid van je geloof wordt niet bepaald door het “succes” waarmee je voortaan je aan Gods wil houdt. Dan zou niemand een echt geloof hebben. Het wordt bepaald door het feit dat je niet in de zonden wilt blijven liggen, om Christus' wil en omwille van de Vader. Om Christus' wil omdat je bent gaan beseffen hoe kostbaar zijn bloed is, omwille van de Vader omdat je ontzag hebt voor Zijn heiligheid en omdat je verwonderd bent over Zijn genade. Er kan nog meer bij gezegd worden, namelijk dat het niet gaat om een gevoel maar om een besef. Ook, dat de beleving van de verschillende aspecten van het geloofsleven niet altijd even sterk is. Ik hoop van harte dat je evenwichtig kunt omgaan met de dingen die je wel en die je niet meer doet.
Wat je met de woorden van je vraag aangeeft, is voor mij eigenlijk te weinig om er wat op te antwoorden. Niet dat ik meer wil weten, maar omdat ik weet dat je in het begin als je de weg van de Heere wilt gaan, vaak al te streng bent uit angst om iets wel te doen wat eigenlijk niet goed is. Misschien vind je het raar, maar ik denk dat je rustig naar DVD's kunt kijken, als in het vertoonde maar niet wordt geofferd aan de werken van het vlees (zie Galaten 5). Een gewoon verhaal is niet verkeerd om te lezen, en ook niet verkeerd om uitgebeeld te worden.
Kun je jouw vriend uitleggen dat voor jou je zonden geen discussiepunten meer zijn, of ze wel of niet mogen, maar dat je om Gods wil niet alleen maar bang bent om te zondigen, maar dat je uit ontzag, eerbied, of dankbaarheid tot Gods eer wilt leven? Ik kan me voorstellen dat hij het moeilijk heeft met deze situatie. Waar ik een beetje bang voor ben, is dat hij denkt dat je grillig bent of zwaar op de hand, dat je het niet zo moet overdrijven. Dan heeft hij misschien nog niet door wat je werkelijk beweegt.
Uit je vraag krijg ik de volgende indruk. Je denkt dat de Heere een offer van je vraagt, en dat het offer is het verbreken van je verkering. Maar ik meen dat de Heere je die opdracht nooit zal geven als je inderdaad echt gemeenschap hebt gehad, want dan zou Hij tegen zijn eigen geboden ingaan. Als je geen gemeenschap hebt gehad, staan de zaken er anders voor. Het kan dan inderdaad een beproeving zijn dat er een bijbeltekst door je gedachten gaat. Overweeg of het ook mogelijk is dat het niet de Heere is die je daarmee bezig houdt. We zouden zèlf met Gods Woord aan de haal kunnen gaan om onszelf zo verlof te kunnen geven.
Ik hoop je met dit antwoord te kunnen dienen en wens je Gods zegen toe in het overdenken van je verhouding tot jouw vriend.
Ds. G. van ‘t Spijker
Dit artikel is beantwoord door
Ds. G. van 't Spijker
- Geboortedatum:17-12-1943
- Kerkelijke gezindte:Christelijk Gereformeerd
- Woon/standplaats:Baarn
- Status:Inactief