Waarom wordt er in de reformatorische kerken in de prediking vooral de nadruk ge...
Ds. W. van der Wind | Geen reacties | 22-09-2008| 00:00
Vraag
Waarom wordt er in de reformatorische kerken in de prediking vooral de nadruk gelegd op de ellende en zonde van de mens, terwijl dit onderwerp in de catechismus maar het kleinste gedeelte betreft? De verlossing en dankbaarheid worden hierin veel uitgebreider behandeld dan het stuk van de ellende, terwijl de stukken van verlossing en dankbaarheid in de kerken over het algemeen toch minder vaak aan de orde komen dan de ellende? Is dit juist niet ondankbaar omdat we daarmee eigenlijk het grote offer wat Hij gebracht heeft min of meer ontkennen?
Antwoord
Zelden is de beantwoording van een vraag mij gemakkelijker gevallen dan nu, want ik zou kunnen volstaan met een korte opmerking. Namelijk deze: u heeft volkomen gelijk!
Natuurlijk moeten we wel beginnen met de zondekennis, want anders kunnen we niet ten volle begrijpen de rijkdom en de volheid van de verlossing in Christus Jezus, waardoor vervolgens ook de dankbaarheid een magere inhoud zou krijgen. Ik kan dan ook de door u geconstateerde eenzijdigheid in de prediking alleen verklaren als voortkomend uit de zorg van predikanten dat er te oppervlakkig gedacht wordt over de realiteit van de zonde en de diepe ernst van de verlorenheid. Voor deze zorg is ook wel een reden als je, generaliserend, ik weet het, let op de grote kloof die er bij velen prijkt tussen de leer en het leven. Zonde lijkt dan slechts betrekking te hebben op geestelijke zaken en niet op de werkelijkheid van alledag. Maar zondig zijn alle gedachten, woorden en daden die ons weghouden of verder verwijderd brengen van het doel dat God met ons leven heeft, namelijk leven als kind van Hem in Zijn heerlijke nabijheid en tot Zijn eer. Ook het hardnekkig vasthouden aan allerlei zonden die dierbaar en in stilte gekoesterd worden (zoals b.v. ruzies, seksuele onreinheid, omgaan met belastinggeld, enz. enz.) duidt vaak op een ongeestelijke houding waarin nog onvoldoende besef van schuld lijkt te zijn.
Als we nu eens oprecht en zonder terughouding ons zouden oefenen in het schuld belijden over alles wat verkeerd gaat en is gegaan, en dat concreet zouden benoemen en daarmee zouden breken, dan zou er m.i. geen reden meer Zijn om zo uitgebreid stil te staan bij de zonde in de prediking. Maar dit openlijke schuldbelijden, wat naar Gods Woord zeer heilzaam is, wordt nog vaak gemist. De zonde blijft verborgen en niet concreet, waardoor een etterende wond in onze ziel niet wordt gereinigd en het geloofsleven vaak een wankele zaak is. Daardoor komen we telkens weer terug bij af, of, zoals de Schrift het noemt, moeten we vaak nog gevoed worden met melk in plaats van met vast voedsel.
Ik durf de volgende stelling aan: als we eerlijk onze schuld in alle breedte en diepte onder ogen zouden zien en leren te belijden, dan zou er een oprechter verlangen naar verlossing zijn en een diepere dankbaarheid voor het verlossingswerk van Jezus Christus. Dit zou vervolgens tot uiting komen in alle facetten van ons leven, waardoor christenzijn ook meer aantrekkingskracht zou krijgen voor buitenstaanders. Dan zou ook de prediking meer in balans kunnen zijn.
Ds. W. van der Wind
Dit artikel is beantwoord door
Ds. W. van der Wind
- Geboortedatum:28-10-1957
- Kerkelijke gezindte:PKN (Hervormd)
- Woon/standplaats:Siddeburen, Steendam-Tjuchem
- Status:Inactief