Pendelen tussen twee en drie verbonden

Hendrik Sugianto van der Heiden | Geen reacties | 04-11-2019 | 09:27

In het Reformatorisch Dagblad van 31-10-2019 werd door een dominee van de Gereformeerde Gemeenten een recensie gepubliceerd over een publicatie van een predikant uit de Protestantse Kerk in Nederland (Gereformeerde Bond) over “de betekenis van Gods verbond in de Bijbel en op het persoonlijk leven.” Hij zou 'pendelen' tussen twee en drie verbonden. Wellicht verwarrend voor wie niet thuis is in de leer van de verbonden. Daarom legt Hendrik Sugianto van der Heiden uit wat het verschil is tussen de twee-verbondenleer, zoals de Gereformeerde Gemeenten voorstaan en de drie-verbondenleer zoals die in bijvoorbeeld de Christelijke Gereformeerde Kerken gangbaar is. Hij geeft aan hoe je als Gergemmer positief met twee verbonden in de GG om kunt gaan en wat je van de drie-verbondenleer die gangbaar is in de CGK kunt leren.


Bij de twee-verbondenleer zoals de Ger. Gem. leren, ligt het accent zo: het genadeverbond is de uitvoering van het verbond van de verlossing. Het verbond van de verlossing, of de raad van de vrede, was een pact tussen God de Vader en God de Zoon – in Christus, waarbij Christus het Hoofd is van het verbond, die enkel de uitverkorenen (daadwerkelijke gelovigen) representeerde. Daarbij heeft de Ger. Gem. in haar leeruitspraak onderstreept dat het genadeverbond onder ‘beheersing’ van de verkiezing staat. Enkel de uitverkoren –het aantal gelovigen die in het verborgen raadsbesluit enkel bij God bekend zijn- bevinden zich in het genadeverbond waarbij Christus het Hoofd en Borg is. Daarbij zijn geloof en bekering de weldaden van het genadeverbond. Wie dus als uitverkoren gelovige tot het genadeverbond behoort, wordt –heel logisch– zalig en heeft geloofszekerheid. De beloften hebben in deze opvatting meer het karakter van een voorzegging. De Ger. Gem. maken onderscheid tussen wezen (kern) en bediening (kring) van het genadeverbond. Alleen de doop zet je ‘apart’ in/binnen deze kring of op het erf/erve van het genadeverbond. 
 
In die metafoor kun je met het woordje "erve" twee kanten op. Verwarrend kan zijn om te denken aan het erf van de boerderij (je hoort bij de boerderij, maar je woont niet in de boerderij). Beter of eerbiediger is het om met vrijmoedigheid en een lege geloofshand te bedelen als "erfgenaam" binnen het genadeverbond. Hoewel dit niet zo gangbaar is in de Ger. Gem., mag je je naam als bondeling of erfgenaam invullen op grond van het Middelaarswerk van Christus in de ‘kring’ van het genadeverbond. Smeek de Heilige Geest voor de daadwerkelijke toepassing. De bediening (kring) behelst dus de niet-uitverkorenen. De doop wordt bediend aan twee soorten kinderen van het genadeverbond. Twee soorten betekent: uitverkorenen gelovigen en ongelovigen. Het genadeverbond breken gaat over de kring (bediening) en niet over het wezen van het genadeverbond. Anders zou de mens het genadeverbond kunnen verbreken. En dat kan niet. Zeker is dat de Trouwe God juist jou vast houdt aan Zijn genadeverbond, als troost. Het wezen van het genadeverbond kan niet in strijd zijn met het verkiezingswerk van God en het werk van Christus. Bij een stevig accent op rechtvaardigmaking zou je kunnen denken dat de heiliging ondergesneeuwd raakt. Het tegendeel is waar in deze opvatting. Wie zich rechtvaardig weet door en voor God, wil heilig gaan leven, uit dankbaarheid. Heiliging is niet een doen, maar komt uit de rechtvaardiging voort. Breken met het genadeverbond betekent enkel ongeloof of ongehoorzaamheid aan de wil van God. 
 
Kanttekening: Je kunt ook zeggen dat het genadeverbond onder de schaduw van de verkiezing valt. Of nog anders gezegd, de verkiezing ‘domineert’ het genadeverbond. Of nog anders gezegd, doordat er een accent ligt op de verkiezing, kan het genadeverbond onderschat worden. De beloften worden dus enkel aan de uitverkorenen gedaan en is daarmee eigenlijk niet voor de familie van de uitverkorenen bestemd. De consequentie is dat het genadeverbond pas eigenlijk gaat functioneren op het moment dat de mens wedergeboren is – en dat ook zelf ‘ervaart’ en gelooft. Met deze opvatting komt het er ook op neer dat de concrete ‘inlijving in het genadeverbond’ pas plaats vindt op het moment dat de Heilige Geest Zich openbaart of bekend maakt aan de zondaar, dus in het subject uit het verbond. Daarmee kan het grote wonder van het object van het genadeverbond miskent worden. De spanning is voelbaar, juist in de toe-eigening van het geloof. Niemand van ons weet wie uitverkoren is. Alleen God weet dat. Dat betekent ook dat een verborgen raadsbesluit misschien wel te veel invloed heeft op het onbevangen geloven als een kind, vooral in de bediening van het genadeverbond. Overigens wilde de Hervormde ds. J. G. Woelderink, ds. G. H. Kersten (Ger. Gem.) hierin corrigeren: "Christus is niet Hoofd, maar Middelaar van het Genadeverbond." Het genadeverbond is niet opgericht met Christus als hoofd, maar met Adam en de mensheid. Zo kon Christus Middelaar zijn en verzoening aanbrengen aan Zijn verbondspartner, de zondige mens. 
 
Bij de drie-verbondenleer zoals de CGK die leren, ziet de opvatting er zo uit: het genadeverbond is een genadige beschikking van God aan gelovigen en hun kinderen. God vraagt als Verbondspartner dit van ons: geloof en bekering. Christus is niet alleen Hoofd, Borg, maar vooral Middelaar van het genadeverbond met mensen en heel de familie. En op deze manier wil God ons heil/geloof, geven. Het verbond van de verlossing is de overeenkomst tussen de drie Goddelijke Personen. God de Vader, De Zoon en de Heilige Geest. Dit omvat twee zaken: herstel van het rijk van God en verlossing van de gelovigen. In de doop zijn alle kinderen in de kring van het verbond opgenomen. Ook van de bondeling wordt iets heel essentieels vereist: geloof en bekering. Een bondeling is niet automatisch een gelovige. Vooral het heil dat Christus heeft verworven als Middelaar wordt beloofd en daarmee ook de vervulling van de eis van het genadeverbond. Doordat iedereen bondeling is, volgt ook de roeping: geloof. Niet een accent op rechtvaardigmaking en al zeker niet een ‘rechtvaardigmaking van eeuwigheid’ (GG/Kersten/Comrie), maar heiliging – het dagelijks volgen, leren geloven, gelovend leren, heilig leven is essentieel. Heilig leven niet als een doen, maar gelovig ontvangen. In deze weg wordt de zekerheid van het geloof verkregen. Het verbond van de verlossing is van eeuwigheid. Het genadeverbond wordt in de tijd gerealiseerd en daarbij valt het accent op genadige verbintenis tussen God en mens. Christus wordt aan verloren zondaren beloofd. De kring van het genadeverbond omvat alle gedoopte kinderen en volwassenen. De beloften van het verbond gelden ook allen. Onderscheid tussen evangeliebeloften of beloften van het genadeverbond (GG) is er bij de CGK niet. Aanbieding van het verbond gaat samen met gelovig aanvaarden. De drie-verbondenleer heeft een tijdsoverstijgende bijbelse waarde. Omdat er onderscheid is tussen 'schenking' (aanbieding) van de beloften binnen het genadeverbond en ‘deelachtigmaking’ (toe-eigenen van de Zaligmaker) het daadwerkelijk deelhebben aan de beloften. Dit onderscheid is van blijvende betekenis, omdat de Belovende God wel iets van Zijn bondeling vraagt, namelijk het geloof in Christus Jezus, de Zaligmaker. En voor wat, hoort wat. Door het Offer van God de Zoon, horen verloren zondaren Zaligheid in het Evangelie van het Kruis. Een eeuwigheidsvreugde.

Lees meer artikelen over:

verbondsleer
Hendrik Sugianto van der Heiden op 04-11-2019, 09:27
Geen reacties
Je kunt niet (meer) reageren op dit bericht. De reactiemogelijkheid is niet geactiveerd of de uiterste reactietermijn van 1 maand is verstreken.

Lees ook deze columns

Boerderijdag

Afgelopen zomer was ik weer eens op de boerderij. Boeren worden door journo’s, die vrijwel allemaal in de Randstad of Hilversum wonen en een horizon hebben die niet verder reikt dan de overkant van de...
6 reacties
22-10-2019

Sneltrein naar links

Iedereen kent die ervaring wel. Ik weet nog goed dat als ik met mijn vader en moeder met de trein van Goes naar Almelo gingen, we op station Deventer altijd een poosje moesten wachten. Dan drukte ik m...
3 reacties
08-07-2019

Het buskruit van D66

U hebt het allemaal waarschijnlijk al gelezen... minister van Onderwijs, mevrouw Van Engelshoven van de partij uit het jaar 1966, heeft opdracht gegeven om de canon van de Nederlandse geschiedenis te ...
1 reactie
29-06-2019
website-ontwikkeling door webdevelopment by Accendis
design website door design website by Mooimerk
hosting website door hosting website by STH Automatisering