Vrouw als ezel van Bileam
| 11 reacties | 01-07-2017 | 09:00
Ik heb me nooit door de aanwezigheid van vrouwelijke ambtsdragers weerhouden om op een classisvergadering te komen. Op het seminarie heb ik destijds met ze op moeten trekken in discussiegroepen, bij preekbesprekingen tot zelfs corvee toe. Echter in dat laatste geval is het voorgekomen dat ik er alleen voorstond en de dames -die letterlijk en figuurlijk de broek aan hadden- gevlogen waren. Een vaat met meer dan honderd borden en evenzoveel soepkommen, kopjes en schotels en bestek alleen afdrogen...
De zorgverzekeringen van Care4Life
Waarom overstappen naar de Care4Life zorgverzekering? Lees hier over onze principiële uitsluitingen.
U bent al verzekerd vanaf € 149,10 per maand.
Het kookte van binnen in me en de ene zwijgtekst over de vrouw na de andere bruiste op in mijn binnenste zoals deze uit 1 Korinthe 15:34-35: “Dat de vrouwen in de gemeente zwijgen; want het is haar niet toegelaten te spreken maar bevolen onderworpen te zijn, gelijk ook de Wet zegt. En zo zij iets willen leren, laat haar te huis haar eigen mannen vragen, want het staat lelijk voor de vrouwen dat zij in de gemeente spreken.” Maar ook een tekst als: “Vrouwkens die altijd leren en nimmermeer tot kennis der waarheid kunnen komen” (2 Tim. 3:7).
Volgens Bart Jan Spruyt moet ene Samuel Johnson eens beweerd hebben dat een prekende vrouw gelijk is aan een hond die op zijn achterpoten loopt. Ds. J. T. Doornenbal moet eens gezegd hebben: “Een vrouwelijke ambtsdraagster heeft twee fouten. Zij vermeerdert het aantal preken, en vermindert het aantal vrouwen.” Hij schreef toen de vrouw in het ambt toegelaten werd: “Ik ben er van overtuigd dat het besluit tot toelating van de vrouw tot het ambt één van de noodlottigste is geweest die het synodale bedrijf ooit heeft kunnen nemen. In enkele tientallen jaren is het er door gejaagd. Een zaak, die de Kerk van alle eeuwen nooit aanvaard heeft. Een beetje man wordt ‘hels’ als hij door een vrouw tot de orde en tot bekering wordt geroepen.”
William Huntington zei eens dat je beter een bekeerde vrouw kunt laten preken dan een onbekeerde dominee. De godzalige Huntington had wel meer van die eigenzinnige uitspraken. Ik dacht niet dat een vrouw die van God geleerd en bekeerd is staat naar het predikambt. Ondertussen kunnen ze wel van grote betekenis zijn voor de gemeente. We denken dan aan de moeders in Israël als Deborah, Anna, Dorcas, Priscilla, Maria Magdalena en noem ze maar op. Ook in de kerkgeschiedenis zijn er heel wat vrouwen geweest die op de achtergrond van grote betekenis zijn geweest voor de dienst des Heeren, waarvan hun versiersel was een zachtmoedige en stille geest, die kostelijk is voor God (1 Petr. 3:4).
In de dagen der Reformatie was er in Straatsburg ene Katharina Zell die graag wilde preken. Calvijn wees haar op grond van de Schrift er op dat dit voor de vrouw niet toegestaan was. Ze schreef hem terug: “U wijst mij er op dat de apostel Paulus heeft gezegd dat vrouwen in de kerk moeten zwijgen. Ik zou u wel willen wijzen op het woord van dezelfde apostel, dat er in Christus niet langer mannelijk of vrouwelijk bestaat, en op de profeet Joël: Ik zal Mijn Geest uitstorten over alle vlees en uw zonen en uw dochters zullen profeteren. Ik pretendeer niet Johannes de Doper te zijn die de farizeeërs de les leest. Ik beweer niet Nathan te zijn die David de waarheid zegt. Ik wil alleen de ezel van Bileam zijn die zijn meester verwijten maakt.”
Ds. M. van Kooten
In Spreuken 31 wordt in ieder Joods gezin deze bij het aanbreken van de Sjabbat gelezen. En iedere keer staan de mannen er weer bij stil hoe groot de invloed is van de vrouw en dat haar invloed ook uitstraalt op haar man.
Er is een duidelijk aanwijsbare reden waarom onze apostel Paulus het onordelijk spreken verbiedt. Als leerling van Gamaliël heeft hij geleerd om nooit voor je beurt te spreken. Je geeft een teken aan de gespreksleider door je hand op te steken. Pas als de ander is uitgesproken en zijn antwoord heeft gehad wordt degene die de hand opsteekt aan het woord gelaten. Dit komt voort uit het gebod om respect voor elkaar te hebben. Je praat nooit voor je beurt en snoert zeker niet de ander de mond om daar luidkeels over heen te gaan roepen.
Dan moet u ook weten hoe de synagoge in elkaar steekt. Beneden zijn de mannen, en boven soms achter een gordijn zitten de vrouwen. Je ziet dan geen hand omhoog gaan als gespreksleider. Het afkeurend of goedkeurend roepen vanaf de "tribune" de vrouwenplaats is een storend element. Dat heeft echter niets te maken dat de vrouw niet mag spreken maar meer met fatsoensnormen.
Paulus corrigeert in die zin: laten de vrouwen thuis hun man vragen om rad in een bepaald geval. Hij is immers de eindverantwoordelijke voor zijn vrouw. Dus via de man spreekt de vrouw terdege in de synagoge. Heel dankbaar maakt Paulus gebruik van vrouwen die hem dienstbaar zijn in het verspreiden van het Evangelie. Waar het om gaat is dat tijdens de synagogale diensten er orde en regelmaat is en het respect voor de spreker. Daarmee sluit Paulus geen spreekster uit, integendeel ook hij weet van wat er door de profeet Joël wordt gezegd over de vrouwen.
Het is in mijn ogen niet juist om de vrouw zonder meer uit te schakelen en haar het zwijgen op te leggen als zij een boodschap heeft. Wel dient er orde te heersen opdat de bijeenkomst waardig verloopt. Besef dat het juist de moeder is die haar kinderen leert praten en opvoed. Haar kinderen leert bidden en verzorgt. Dat is primair de taak van de vrouw die wanneer we haar uit zouden sluiten in dat belangrijke werk niet erkent wordt.
Ik citeer niet "kerkvaders", maar let meer op de cultuur en de gebruiken die er bestaan vanuit de context in de dagen van Paulus. Uiteraard zal de hedendaagse Orthodoxe Jood zijn heerschappij over de vrouw willen handhaven. Zij handelen dan niet volgens de schriften maar meer vanuit de machtspositie die men niet wil prijsgeven. De positie van de vrouw is niet neerbuigend. Onze wijze koning Salomo schreef niet voor niets Spreuken 31.
Vele wijze vrouwen zijn er geweest onder de kinderen van Israël die het land dienden met hun kennis en inzicht. Zij zochten niet naar macht of eer. Het ging hun om de heil van ons volk. De (ambtelijke) priesterlijke taken waren voorbehouden aan de stam van Levi. De kerk had behoefte aan leiderschap. Al spoedig werden die "verheven tot ambten" met een hiërarchie die op haar beurt sacramenten ging toevoegen. De oorsprong van de Bijbelse feesten werden al snel omgezet naar eigen inzicht en believen. Zo ging men om met het Woord van G'd.
Mijn moeder leeft niet meer en tot op de dag van vandaag ben ik dankbaar voor wat zij mij heeft leren bidden. Dat was haar taak. De taak van mijn vader was om richting te geven in mijn geloof en het leren doorzien. Dat was zijn verantwoordelijkheid. In de dagen van de reformatie heerste in de kerken nog steeds de mannenmaatschappij. Het getuigd niet van wijsheid van Calvijn om een vrouw de toegang tot de kansel te ontzeggen. Beter zou zijn geweest om haar te toetsten op de inhoud van de prediking. We spreken over de tijd van de Reformatie en de Bijbel was lang niet voor iedereen toegankelijk. Katharina Zell zal ongetwijfeld een zeer ontwikkelde vrouw zijn geweest. Zij klimt niet zelf op de kansel maar gaat de koninklijke weg bewandelen door het verzoek te richten aan Calvijn. Zijn ongefundeerde afwijzing doet haar de tekst van Joël aanhalen als tegen antwoord op het "nee" van Calvijn.
Soms staat het "ambt" ons in de weg en dat bedoel ik niet badinerend. Ik analyseer liever vanuit het Joodse gedachtegoed en de strekking waarop onze hooggeleerde Paulus zijn licht laat schijnen op een bepaald onderwerp zoals hier de positie van de vrouw.
In de loop van de eeuwen is gebleken dat Calvijn ook een kind van zijn tijd was en de hebbelijkheden en onhebbelijkheden met zich mee droeg. Toch is hij terecht een groot reformator geworden in de kerken. Het Roomse dwalen werd zichtbaar gemaakt en de Bijbel ging weer open.
Echter Calvijn ging niet terug naar de eerste eeuw van de gangbare jaartelling. Het goed om te herdenken dat de Bijbel 500 jaar geleden weer toegankelijk is gemaakt voor het gewone volk. De Bijbel was er wel maar ging slechts selectief open wanneer het Rome behaagde en het prettig uit kwam. Leken was het zelfs verboden om een Bijbel in bezit te hebben. Stel je voor dat iemand er iets in leest wat er niet in staat. Ook Calvijn had nog een hele vertaalslag te maken vanuit de Roomse visie en interpretatie van vele eeuwen.
De vraag van Katharina Zell doorkruiste Calvijn's dagelijkse studie van de Bijbel en het uitwerken daarvan. Is er plaats voor de vrouw in de kerk? De synagoge was zodanig ingericht dat het haast onmogelijk was dat de vrouw zichtbaar haar hand kom opsteken om een vraag te stellen. Er is dus geen verbod. Sorry dames, u schrikt hier misschien van als u dit leest. Ik moet toch onderdanig zijn aan mijn man. Ja, u bent een hulp voor en naast uw man! Bespreek samen maar eens wat Salomo daarover schrijft.
En anders moet je even doorlezen tot Jesaja 42:20...
Vanuit mijn Joods onderwijs van Messias belijdende Joden lees ik de Bijbel vanuit een heel ander perspectief. Dat heb ik hier neergezet en uitgelegd.
Paulus is voor de goyiem zeer moeilijk te begrijpen. Dat blijkt uit zijn paradoxale voorbeelden. Die brieven waren mede gericht aan de Joodse gelovigen in de gemeente die deze schijnbare tegenstellingen. Zij begrepen de hint die hij gaf.
Ik houd mij verre van de uitspraak dat de Bijbel een achterhaald boek zou zijn. Maak daar geen karikatuur van.
Ezels hoor je allen maar balken. (Bewijs hierboven geleverd)
Ds. M. van Kooten
----
Houdt het vooral netjes ook als de auteur een schrijffout maakt. Ook dat is respect hebben voor elkaar.
Zijn jullie wijzer dan God, je gepraat is nog erger en goddelozer dan wat dan ook.
God laat zich niet de wet voorschrijven en al zeker niet door zijn schepselen. Ik heb die gehele discussie los gelaten. Ik heb er gemengde gevoelens bij dit alles. Ik neem de bijbel mee naar de hei en ga in gebed als er een vrouw komt spreken in mijn gemeente. En dat lijkt mij beter dan dit geleuter en onzinnigheid.
Vele voorgangers hebben er ook veel moeite mee, en moeten wij in alles mee gaan in onze tijd, en dat er straks een transgender op de kansel staat, of een homo stel ook welkom zijn, of dat samen wonen ook geen probleem is, en men de schouder ophaalt en zegt, het hoort er allemaal bij , het is gewoon de tijd waarin wij leven. Zijn wij als christenen vergeten dat er nog altijd een Heilige God bestaat en wij Hem dienen te gehoorzamen en te volgen en zijn schrift als de waarheid volgen.
Hmmm krijg alweer koppijn van dit alles. Laat los en breng het in gebed bij God en klaar er mee
Is het de weg om, wanneer een vrouw zou spreken, weg te blijven uit de kerkdiensten?
Verder vraag ik mij af waar al die mannen zijn als er een beroep op hen gedaan wordt om te dienen in de kerken.
Ik denk dat ik liever ervoor kies om weg te blijven en de stilte wil opzoeken inplaats mij te ergeren dat lijkt mij erger dan weg blijven.
Mijn kerk heb ik het heel erg naar mijn zin, en blijf er ook, en blijf ook bidden dat die kerken en instituten die dit hebben besloten met hun menselijke wijsheid tot inkeer komen.
Maar ga niet hoppen en shoppen want dat lijkt mij ook niet goed