De kerk: een kudde in de winter...
Ds. H. Peet | 2 reacties | 07-02-2017 | 22:50
Op dit moment is het buiten echt winterweer. Het doet me terugdenken aan een winters tafereel dat ik vorig jaar bekeek in het Teylersmuseum in Haarlem, geschilderd door Anton Mauve, die veel schilderijen gemaakt heeft van schaapskudden. Het kunstwerk dat ik bekeek, beeldt een kudde uit onder een grijze hemel die met zijn herder over de hei trekt, terwijl een dik pak sneeuw de aarde bedekt. Bij het zien van het schilderij ben je geneigd om wat dieper in je jas te duiken. Vanaf dat schilderij komt de kou je haast tegemoet. Het zijn echt barre omstandigheden waarin de kudde zich bevindt...
De schilder heeft het natuurlijk niet bedoeld, maar ik dacht: het lijkt de christelijke gemeente in onze tijd wel. Het is voor haar in het rijke westen op moment ook bar winterweer. Tegen het wit van de sneeuw zijn de schapen nauwelijks waarneembaar. En gaat het daar in onze tijd niet steeds meer op lijken? In onze wereld is de kerk ook steeds minder zichtbaar. Ze is een minderheid geworden die zichzelf steeds moeilijker op de kaart kan zetten. Zelfs op zondagmorgen blijft de kerk -zeker buiten de Biblebelt- in menige plaats vrijwel onzichtbaar. Het ziet in de straten bepaald niet meer zwart van de kerkgangers. Slechts hier en daar beweegt zich nog een eenzame ziel richting een kerkgebouw.
Nog iets anders viel me op: de schapen lopen heel dicht bij elkaar. Het lijkt wel alsof ze in de barre kou wat warmte bij elkaar zoeken. Hebben we elkaar niet heel hard nodig in deze gure tijd die we met elkaar doormaken? Moeten we juist nu niet heel dicht bij elkaar blijven? Helaas lijkt dit besef nog maar mondjesmaat bij ons door te dringen. Al gauw zijn we geneigd ons weer in te graven in onze eigen stellingen en hebben we meer oog voor wat ons scheidt dan voor wat ons bindt. Lineaaltjes om andermans kerkelijke zuiverheid te meten, hebben we voor het grijpen liggen. Zouden we het daarom soms zo koud hebben en nog maar zo weinig de warmte van het Evangelie beleven? Alleen samen met alle heiligen kun je toch zicht krijgen op Gods onbegrijpelijke zondaarsliefde? Schapen mogen dan domme en eigenwijze dieren zijn, ze zijn toch verstandiger dan menig kerkmens die zich met de naam ‘gereformeerd’ tooit.
Nog een opvallend detail: de manier waarop de herder is afgebeeld. Hij gaat voor de kudde uit, maar staat half omgedraaid. Het is net alsof hij kijkt of alle schapen wel mee komen, of ze het allemaal wel trekken de gang van de kudde te volgen. Er blijft er toch niet één achter...? En juist in dat aspect zie ik een grote troost. In de meest barre tijden, in de koudste winter, blijft de kudde onder de hoede van de grote Herder der schapen. En die Herder staat ervoor in dat er niet één achterblijft. Onder de hoede van die Herder is de kudde veilig; hoe bar de omstandigheden ook zijn!
En zo reed ik na afloop van het museumbezoek bemoedigd terug naar mijn woonplaats Bunschoten om daar weer de taak van onderherder op te pakken. De grote Herder van de schapen, Die zelfs de dood overwon, blijft erbij! Hij staat niet toe dat een schaap achterblijft. Dankzij de Herder is kerk-zijn zelfs in bar winterweer geen onmogelijke opgave! Als wij die Herder dan maar niet voor de voeten lopen en gehoorzaam volgen...
Ja dat is erg zorgwekkend!
Ik deel uw mening.
Maar de Bijbel bestuderend, kan ik mij niet aan de indruk onttrekken dat die leegloop is voorzegd in het boek Openbaring.
Symbolisch wordt gesproken over 'water' dat vele mensen voorstelt.
Openbaring 17:15 ... En hij (de engel) zeide tot mij: De wateren, die gij gezien hebt, ........., zijn volken, en scharen, en natiën, en talen.
Deze 'wateren' waren in vroegere tijden altijd een natuurlijke verdediging voor een stad dat werd omringd door die wateren.
Maar als de wateren op een of andere manier opdrogen, weg verdediging/bescherming!
Zo wie zo is echt geloof in God tanende, mensen doen er niet zo veel meer aan in hun dagelijkse leven, God leeft niet onder hen.
Maar de ware God is spring levend en dat geldt ook voor de velen die "hun knie niet hebben gebogen" voor afgoden zoals Mammon, carriére, ontspanning, etc. Hun lust is in de ware Heer Jahweh,
halleluJAH!