Er staat in de Bijbel: Komt allen tot Mij en Ik zal u rust geven. Maar ergens an...
Ds. P. van de Voorde | Geen reacties | 28-07-2007| 00:00
Vraag
Antwoord
Strijd en rust gaan inderdaad op het eerste gezicht niet zo goed samen. Maar als we de Bijbel lezen, dan blijkt in het leven van de gelovige sprake te zijn van rust én van strijd. Als we de tekst die jij aanreikt (Matth. 11:28) leggen naast bijvoorbeeld Éfeze 6: 10-18, dan wordt dit bevestigd.
Dit lijkt een tegenstrijdigheid, maar die is eenvoudig op te lossen. Om jouw vraag te beantwoorden is het belangrijk om goed te kijken naar de tekst. Over wat voor soort rust gaat het in Matth.11 en over wat voor soort strijd gaat het in Éf. 6.
In Matth.11 nodigt de Heere Jezus mensen uit, die op welke manier dan ook vermoeid en belast zijn. In de context van Matth.11 moeten we daarbij vooral denken aan mensen die gebukt gaan onder bepalingen die de Farizeeën meenden te zien in het Oude Testament. Onder dit wetticisme, waarin de mens zich zelf moet inspannen om een goed mens te worden voor God, gaan mensen gebukt. Jij en ik krijgen dit nooit voor elkaar. We blijven steken in een leven waarin God niet verheerlijkt en geëerd wordt. Daarnaast blijven wij onderworpen aan de gevolgen van de zonde. Jezus nodigt mensen om tot Hem te komen. Hij biedt ware rust aan. Die rust bestaat uit het ontvangen van vergeving van zonden en het dragen van een licht juk: het navolgen van Christus in gehoorzaamheid. Maar daar geeft hij dan ook de kracht voor door de Geest, zo kunnen we vanuit andere schriftplaatsen leren (Rom.8:2; Fil.1:6; 2:13). Kortom, in het algemeen gezegd; in het evangelie belooft de Heere Jezus volkomen verlossing en de eeuwige rust in Zijn Koninkrijk voor een ieder die in Hem gelooft en zich hecht aan Zijn woord. Door het geloof mogen we ons hiervan verzekeren vanuit Zijn woord, en het is de Heilige Geest die dit bevestigt in ons hart. In vergelijking met de wettische godsdienst van de Farizeeën, waarin we blijven steken in onszelf, is de navolging van Jezus dus een licht juk en verschaft ons een eeuwige rust, hier al in ons hart en volmaakt in de eeuwigheid.
Maar als gelovigen leven we in een wereld, waar de machten van het kwaad nog reëel aanwezig zijn. Maar als gelovige vallen we niet meer onder die machten; wij volgen immers de Jezus Christus als onze Heer en Heiland. Maar we hebben in deze wereld nog wel te strijden tegen die machten van het kwaad, die ook nog gevaarlijk veel vat kunnen hebben op de gelovigen. Dit blijkt uit de vele verzoekingen en verleidingen die we moeten weerstaan, van binnenuit (ons zondige vlees) en van buitenaf (de wereld en de duivel). Verzoekingen tot de zonde en tot ongeloof, enz. Paulus maakt dit duidelijk in Éf. 6.
Toch staat deze strijd niet tegenover de rust van bijvoorbeeld Matth.11. Beiden zijn een feit. Juist vanwege onze band met Christus krijgen we te doen met de duivel en de wereld en de macht van de zonde in ons. Wij moeten deze strijd strijden, maar niet in eigen kracht. Paulus zegt in Éf. 6:10: “Wordt krachtig in de Heere en in de sterkte van Zijn macht”. Zo zie je dat we de kracht van Jezus in ons hart ontvangen door de Heilige Geest. De Heere belooft de kracht om staande te blijven (1Kor.10:13). Het blijft een strijd, maar die wordt wel gestreden in de wetenschap, dat de overwinning is behaald in het sterven én de opstanding van Jezus Christus, mijn Heere en Heiland. Vanuit zijn volbrachte werk en vanuit Zijn kracht mag je leven én strijden tot de eeuwige rust aanbreekt.
De boodschap van Jezus blijft dan wél jouw leven lang van belang: Komt tot Mij en Ik zal u rust geven. Komen tot Hem én blijven in Hem. Dat leren we dagelijks op de leerschool van vrije genade.
Ik hoop dat het duidelijker is geworden voor jou.
Kand. P. van de Voorde
Dit artikel is beantwoord door
Ds. P. van de Voorde
- Geboortedatum:18-08-1975
- Kerkelijke gezindte:PKN (Hervormd)
- Woon/standplaats:Wijngaarden
- Status:Inactief