(...) Als dat het karakter van de prediking is, is in zo'n geval dan de eenzijdi...

Geachte ds. A. van Vuuren, Hartelijk dank voor u beantwoording. Ik begrijp uw antwoord, echter als het karakter van de prediking voornamelijk gericht is op: "Pas op dat je je niet bedriegt" met daarnaast ook nog eens de waarschuwing tegen alle vorm van het "zomaar?" vertrouwen op Christus, omdat dat remonstrants is. Waarbij er dan alleen maar overblijft: "vraag er maar veel om" en voor de rest is het wachten de Heere. Als dat het karakter van de prediking is, is in zo'n geval dan de eenzijdige opmerking: "Pas op dat je je niet bedriegt", niet remonstrants, omdat er ernstig tekort gedaan wordt aan de oproep "kies nu heden wie gij dienen zult"?

Beste vraagsteller, dank voor de reactie. Nu blijkt dat het gaat om een negatieve eenzijdige prediking. Dat was niet op te maken uit de vorige vraagstelling. Als daarin was vermeld dat in genoemde prediking de nadruk ligt op de waarschuwing voor zelfbedrog was de probleemstelling duidelijker geweest. Maar goed, de nieuwe vraag maakt veel duidelijk. Toch meen ik dat de terminologie "remonstrantisme" in deze niet van toepassing is. Bij remonstrantisme moeten we denken aan de vrije wil ten goede. Wij mensen zijn echter van onszelf onbekwaam tot enig geestelijk goed. Maar nooit mag dit er toe leiden om positieve Bijbelse oproepen te vervangen door negatieve. Waarschuwingen hebben hun functie, maar de kern van de Reformatorische prediking is positief gericht. De genadeverkondiging dient centraal te staan.
 
Overigens staat de oproep " kiest nu heden wie gij dienen zult" in Jozua 24 in de context van Gods keuze krachtens het verbond. Van vrije keuze is dus geen sprake. De Heere laat ons niet vrij. God heeft al gekozen. Jozua wil het volk brengen tot het beamen (beantwoorden) van die keus in een weg van geloof en bekering. Het "kiest u heden wie gij dienen zult" slaat in dat tekstverband op het geval dat men de Heere niet wil dienen. Dan zijn er (af)goden te kust en te keur, wil Jozua zeggen.
 
Dat neemt niet weg dat er een hartelijke keuze van ons gevraagd wordt. Zie bijvoorbeeld Deut. 30:19. Comrie heeft over het "kiezen" prachtige dingen gezegd in zijn boek "Het a,b,c, des geloofs". Nog altijd zeer leerzaam. Wel zullen we altijd God de eer geven als het komt tot die keus. Die keuze is in het hart gewerkt door de Heilige Geest. De oproep om op de Heere te vertrouwen mag en moet vrij uit klinken, de Bijbel staat er vol van. Ps. 62 en 131 bijvoorbeeld. Vertrouwen op de Heere want Hij is volledig betrouwbaar, Hij bedriegt ons niet in zijn Woord. We moeten leren onszelf te wantrouwen en te vertrouwen op Hem alleen. Dient God met blijdschap, geeft Hem eer! De Heere werkt in het hart door middel van het bevel. Denk aan de (berijmde) psalmregel: "Uw God o Isrel heeft de kracht, door zijn bevel u toegebracht."

Hopelijk is het nu duidelijker. Zo niet, wellicht is het dan zinvol dat je me even duidelijk maakt wat je onder "remonstrants" verstaat.

Met vriendelijke groet,
Ds. A. van Vuuren