Ziel, geest en lichaam
Ds. C. den Boer | Geen reacties | 03-12-2005| 00:00
Vraag
Als u ziel en lichaam van elkaar scheidt, hoe moet ik dan Gen. 2:7 (SV), 1 Kor. 15:45, Ezech. 18:4 verstaan? De ziel is voor mij hetzelfde als het lichaam. U bent een levende ziel, ik ben een levende ziel en Jezus is een levende ziel, voor en na Zijn opstanding, natuurlijk wel met dit verschil dat Hij na Zijn opstanding een verheerlijkte ziel was. Ook het Griekse woord dat de apostel Paulus in 1 Kor.15:45 gebruikt, leert mij dat ik, net als Adam, een levende ziel ben.
Verwart u "ziel" niet met "geest"? Want Prediker 12:7 leert mij duidelijk dat het lichaam (ziel) weer stof wordt en de levensadem (de geest) terugkeert naar God, die hem (de levensadem, geest) gegeven heeft.
De zorgverzekeringen van Care4Life
De zorgverzekeringen van Care4Life stellen de beschermwaardigheid van het leven voorop. Benieuwd hoe?
Antwoord
Beste vraagsteller/-ster,
In Gen. 2 vers 7 lezen we, dat de Heere God de mens gemaakt heeft uit het stof der aarde en dat Hij in zijn neusgaten de adem des levens heeft geblazen; zo werd de mens tot een levende ziel (Hebreeuws: nèfèsj; Grieks: psuchè); zo ook 1 Kor. 15 vers 45. Door de inblazing van de adem des levens werd de stoffelijke mens dus: levende ziel , dat is levend wezen. Zo spreken wij nog steeds over de mens als over een ziel. Zoveel zielen = zoveel personen. Vgl. Ezech.18 vers 4 o.a. Inderdaad mag je dus zeggen: ik ben een levende ziel. Daarmee duidt je dan jezelf aan als een levend wezen (met een 'bezield' lichaam).
Maar je mag niet zeggen dat de ziel hetzelfde is als het lichaam. Er wordt in de Bijbel juist heel grondig onderscheid tussen gemaakt. Het woord "ziel" is in de Bijbel vaak ook een aanduiding van de mens als persoon naar zijn innerlijke kant. Ziel en lichaam in de Bijbel zijn in principe een eenheid, maar zijn toch ook te onderscheiden. Zie bijv. Matth. 10: 28 : Vreest niet voor degenen die het lichaam doden en de ziel niet kunnen doden (dat is de mens in zijn relatie met God). Denk ook aan de zielen van de martelaren onder het altaar (Openb. 6: 9vv). Als de mens sterft, keert dan ook het stof weer tot de aarde, waaruit die mens genomen is (Gen. 3: 19). Maar zijn "geest" (Hebreeuws: ruach = dat is dat wat die mens tot levend wezen maakte; je kunt ook zeggen "zijn ziel") keert weder tot God. Zie Pred. 12:7. Op grond van een tekst als 1 Thess.5: 23 mag men niet concluderen, dat de Bijbel de mens in drieën deelt (trichotomie): lichaam, ziel en geest. De laatste twee woorden duiden de mens aan in zijn verborgen innerlijke leven.
Ik keer me nu tot wat ik in mijn vorige antwoord op je vraag gezegd heb over de verheerlijking (opstanding en hemelvaart) van de Heere Jezus. In Korinthe vond men de lichamelijke opstanding (kern van Paulus' prediking) van weinig of geen belang. Men vond het genoeg dat de ziel gered werd. Maar de apostel Paulus gaat tekeer tegen zulke opvattingen. Hij legt heel sterk de nadruk op het geloof in de opstanding van het lichaam. Van Jezus en van allen die in Hem geloven. Zo heel het opstandingshoofdstuk, 1 Korinthe 15. Jezus Christus, de laatste Adam, is lichamelijk (met een lichaam uit het stof geformeerd) opgestaan uit de doden. God maakte hem tot een levendmakende Geest (1 Kor.15:45). De overeenkomst met Gen. 2:7 valt op. Dat wil zeggen: God blies in deze laatste Adam de "ruach" (Geest) in, zoals Hij in de eerste Adam de geest des levens inblies en hem maakte tot een levende ziel.
Samengevat: de opgestane herschapen Jezus (laatste Adam) is mens als Adam I: met een stoffelijk lichaam, maar nu niet meer met dat "ziel-ige" lichaam (stof der aarde, vergankelijk en bros en zwak, met een door God ingeblazen "psuchè"), maar met een verheerlijkt, "geestelijk" (pneumatisch) lichaam, dat is met een lichaam waarin Gods levendmakende Geest werkt (onvergankelijk, niet onderworpen aan zwakheid, dood en verderf). Zo is Hij ten hemel gevaren. En zo verwachten wij Hem in Zijn wederkomst. Maranatha. En aan deze "verheerlijkte" Christus hoop ik eenmaal ook voor eeuwig gelijkvormig te zijn. "Ik geloof de opstanding der doden."
Ds. C. den Boer
Dit artikel is beantwoord door
Ds. C. den Boer
- Geboortedatum:20-04-1931
- Kerkelijke gezindte:PKN (Hervormd)
- Woon/standplaats:Barneveld
- Status:Inactief
Bijzonderheden:
Dominee den Boer is op 11 juni 2019 overleden.
Website: dsdenboer.refoweb.nl
Lees ook: 'Digitale levenswerk ds. C. den Boer afgerond' & 'Ds. C. den Boer overleden'