Gebedsgenezing en bevrijding in onze kerken
drs. I. A. Kole | Geen reacties | 17-10-2006| 00:00
Vraag
Ik ben lid van de Ger. Gem. en ik zit met een vraag. Waarom wordt er in onze kerken niets gedaan met gebedsgenezing en bevrijding? Er zijn zoveel zieke mensen die hun genezing zoeken bij een homeopaat, terwijl de Heere Jezus iets heel anders van ons vraagt in Jakobus 5:14. Ook Marcus 16:17, 18 en Lucas 10 lijken me hier heel duidelijk over. Ook in Marcus 9 en Handelingen vind ik veel terug over het uitwerpen van demonen. Ik heb van heel dichtbij meegemaakt dat iemand bevrijd werd van demonen, waardoor ze van heel veel psychische zorgen genezen is. En dit werd in de naam van de Heere Jezus gedaan. Waarom wordt dit in de Ger. Gem. soms als iets van de satan beschouwd? Terwijl Jezus zo duidelijk zegt: Welke duivel zal een duivel uitwerpen?
Antwoord
Hartelijk dank voor je vraag. De vragen rond de bijzondere geestesgaven komen steeds weer terug. De genezingsbijeenkomsten van o.a. evangelist Zijlstra van de Levensstroom in Leiderdorp en van Nigeriaanse gebedsgenezers, trekken veel belangstelling. Logisch, want wie wil niet van zijn of haar ziekte -lichamelijk en/of psychisch- bevrijd/verlost worden?! Het draait allemaal om de vraag of de bijzondere gaven van de Heilige Geest, de charismata, ook nu nog voorkomen of waren ze alleen voor de kindfase van de kerk? Waren ze er alleen tot op het moment dat de canon van de Bijbel kompleet was (200 n.Chr.)? En over welke gaven spreken we dan?
Enkele aspecten
Het gaat om de persoon en het werk van God de Heilige Geest. De Heilige Geest past toe wat Christus verdiend heeft; dat levendmakende werk gebeurt in de wedergeboorte met de vruchten van geloof en bekering. Aan de vruchten ken je de boom! De Bijbel noemt in Galaten 5:22 de (9-voudige) vrucht van de Geest. Lees maar na! Daarnaast zijn er de gaven van de Geest. Paulus schrijft in 1 Korinthe 12:7 en 11: “Doch deze dingen alle werkt een en dezelfde Geest, delende aan een iegelijk in het bijzonder, gelijkerwijs Hij wil.” Paulus geeft een aantal opsommingen van gaven in Romeinen 12:6-8; 1 Korinthe 12: 8-10 en 28-30 en Efeze 4: 11-12. Er zin o.a. de gaven van leidinggeven, verpleging, onderwijs, maar ook gaven om dienstbaar te zijn in de kerkelijke gemeenten. Een aantal gaven springt eruit, o.a. de gave glossolalie (=tongentaal), profetie. gezondmaking en duiveluitdrijving (exorcisme).
Geen regel van: zo moet het altijd
Uit de opsomming van teksten die gegeven wordt in de vraag, blijkt al de willekeur. In de evangeliën waar het gaat om de totstandkoming van de christelijke gemeente uit de Joden en de heidenen, zie je dat evangelieverkondiging gepaard gaat met bijzondere wonderen. Dat zou de Heere nog kunnen doen in het zendingswerk en daar waar de kerk in het nauw gedreven wordt! De aanhalingen uit het bijbelboek Handelingen zijn willekeurig en terecht; want bij de doorbraak van het evangelie zie je niet hetzelfde patroon. Soms is er sprake van de doop met de Heilige Geest en dan weer niet; soms is er sprake van een spreekwonder en dan weer niet. In Handelingen vinden we een beschrijving, een procesverbaal van wat er gebeurd is, maar geen regel zoals het altijd zou moeten gaan.
Niet altijd gemakkelijk
Paulus geeft in zijn brieven nader onderwijs en constateert dat er verkeerde praktijken zijn in diverse gemeenten. Hij corrigeert en wijst dan op de noodzaak van waarachtige bekering. Het gaat om het beleefde geloof: Om het kennen van Jezus Christus en Die gekruisigd!
Tenslotte zal ik nog enkele gedachten weergeven over de:
a. Tongentaal. In Handelingen is er sprake van bekende talen, terwijl we daar in Korinthe geen zekerheid over hebben. Veder is de functie van de tongentaal anders. In Handelingen is het spreken in tongen een teken van de komst van de Heilige Geest, een aanduiding van de doorbraak van het Koninkrijk van God naar een nieuw gebied. De taal is op God gericht, maar tegelijk ook bedoeld voor de hoorders. Maar het wonder heeft buiten de gemeente plaatsgevonden. In Korinthe functioneert de tongentaal in de persoonlijke sfeer binnen de gemeente. Het is een gave van de Geest die gebruikt wordt om te bidden in een taal die men niet verstaat en primair op God gericht is. Glossolalie is een gebedscharisma. Paulus schrijft in 1 Korinthe 14:40b “en verhindert niet in vreemde talen te spreken.”
b. Profetie. In de beginperiode van de kerk was het: openbaring van God-profeet. Langzamerhand en vooral na de afsluiting van de canon is het geworden: God-Woord van God-profeet. Het accent is verschoven van een directe openbaring van God naar een indirecte openbaring van God door middel van het Woord. Profetie is verklaring van de Schrift. Paulus schrijft in 1 Korinthe 14:40a: “Zo dan, broeders, ijvert om te profeteren.”
c. Gebedsgenezing. Dat gebeurt ook nu nog gelukkig! Maar niet door af te dwingen, maar op Gods tijd en wijze. Daarom is de voorbede van de gemeente van zo'n groot belang. Vaak gebeuren er veranderingen in het leven van een zieke, dat de doktoren zeggen: Hier is een wonder gebeurd! Maar de weg kan ook anders zijn (Jes.55:8-10).
Streeptheologie
Dat is de opvatting dat de bijzondere gaven alleen zouden voorgekomen zijn in de periode toen de canon nog niet kompleet was. M.i. mogen we God niet binden, maar we moeten wel beproeven of de geesten uit God zijn. Lees in dit verband ook de waarschuwing die spreekt uit de woorden van de Heere Jezus Zelf in Matheüs 7: 21-23.
Nog verder
Voor verdere bestudering bevelen we de volgende boeken aan:
a. Dr. L. Floor: De gaven van de Geest in bijbels-theologisch pespectief;
b. Dr. K. Runia: Op zoek naar de Geest;
c. Ds. C.Harinck: De Geestesgaven
Drs. I. A. Kole
Dit artikel is beantwoord door
drs. I. A. Kole
- Geboortedatum:05-07-1940
- Kerkelijke gezindte:Gereformeerde Gemeenten
- Woon/standplaats:Berkenwoude
- Status:Actief