(...) Hoeren en tollenaars krijgen van Jezus een mildere benadering en daarom wo...
Ds. E. Gouda | Geen reacties | 07-10-2006| 00:00
Vraag
Beste ds. Gouda, hartelijk dank voor uw reactie. Ik wilde echter toch nog wat verder doorgaan op de materie. Daarvoor is het noodzakelijk dat mijn achtergrond meer duidelijk wordt. Ik ben een jongeman van 32 jaar, afkomstig uit de buurt van Schiphol, opgegroeid in een gereformeerd gezin en na het Chr. Lyceum heb ik mijn ingenieursdiploma gehaald. Een aantal jaar heb ik in het Midden-Oosten gewoond en gewerkt. Voor mijn leeftijd ben ik redelijk bereisd en ben daardoor wars van Nederlandse hokjes. Zelf heb ik belijdenis gedaan toen ik 19 jaar oud was, de geloofsbelijdenis wordt nog iedere zondagmiddag gelezen of gezongen en daar is niets mis mee inderdaad. Ik ben er ook niet tegen, net zo min als tegen de HC en de Dordtse Leerregels overigens. Echter, geschreven in de Middeleeuwen en overigens nog steeds actueel. Stilstand is echter achteruitgang, ook bij de Heere zelf. Hij ging en gaat ook verder en is de God van alle plaatsen en alle eeuwen, dus ook van deze eeuw met alle moderne technieken. De reformatie had 400 jaar geleden een antwoord op prangende vragen en wordt nu weer uitgedaagd. Er wordt een antwoord verwacht en dat antwoord is trouwens ook gekomen: sinds de evangelische beweging zijn intrede heeft gedaan (wat volgens sommige reformatorische dominees, lasteraars en dwaalleraars zijn) komt er beweging. De Heilige Geest is aan het werk: we moeten weer terug naar Gods Woord en dan alleen Gods Woord. Dit Woord is heel duidelijk in het veroordelen van allerlei menselijke wetjes en regeltjes (Paulus tegen de Galaten bijvoorbeeld). Hoeren en tollenaars krijgen van Jezus een mildere benadering en daarom wordt het tijd dat de ogen opengaan bij de refo's.
Geen hypocriete omkleed partijen in het fietsenhok op refoscholen (draag dan allemaal een uniform) of met een rok aan naar de dominee. Geen gezeur over radio, tv en internet op voorhand (terwijl het best goed kan zijn dat ding de deur uit te gooien). Geen farizeese sabbatsregeltjes (Jezus veegt de vloer met ze aan). Ouders en dominees doen hun pubers er veel verdriet mee, voeden ze apart gezet op en denken daarmee heiligheid af te dwingen. Heilig word je doordat je geheel anders bent als je Christus hebt leren kennen, niet dus als je je heel anders gedraagt en je daarmee afzet tegen “de wereld” maar jezelf eigenlijk het liefst buiten deze wereld bevindt. Kortom, het wordt tijd dat het stereotype refo verdwijnt (de verzuiling is bijna ten einde gelukkig) want het doet de Naam van de Heere geen goed. Balans moet er zijn: en zondekennis (Ps. 130) en vreugde (Ps. 150). Dus zowel mineur ingetogen zingen als opgewekte opwekking. Alles heeft zijn tijd (Prediker). Dus evangelische mensen moeten iets meer gereformeerde eerbied krijgen en reformatorische mensen iets meer evangelische vrijmoedigheid en verwachting krijgen. Dan kunnen we samen strijden voor de enige goede zaak want dat is hard nodig in Nederland (en daarbuiten).
Antwoord
Beste...,
Nu ik deze achtergrond erbij in ogenschouw neem, kan ik je vraag van de vorige keer beter plaatsen. In grote lijnen zeg ik hier van harte “ja en amen” op. Ik zal dat illustreren aan de hand van de Bijbelkring die we hier onlangs in Oude Pekela hadden en waarbij een vraag naar ons toekwam of wij net als Nebukadnezar (Dan. 4:1-3) of Ps. 78 zoveel vrijmoedigheid hebben in het getuigen van Gods grote daden. Toen werd het stil... Iedereen voelde hierbij een zekere verlegenheid. Ook de verlegenheid van de opmerking die iemand eens tegen me maakte: “Van jullie reformatorischen gaat weinig uit”. En dat doet pijn als dat van je gezegd wordt. Wij hebben kennelijk een imagoprobleem naar buiten toe, afgezien van de vraag of dat wel helemaal eerlijk is en niet vooringenomen.
In de tijd van de Reformatie had men inderdaad hét juiste antwoord op de daartoe gestelde vraag. Onze belijdenis die wel oud is, maar niet verouderd, dienen we dan ook te (her)ijken aan de tijd waarin we nu leven met de vragen van onze tijd. Daarbij schuiven we dus niets terzijde. Alleen zo kan het heilzaam zijn voor de kerk van alle tijden en eeuwen. En kunnen we het ‘imagoprobleem’ op een goede wijze bijstellen, want de kerk van de Reformatie heeft ook vandaag nog wel wat te zeggen.
Daarbij is het wel goed dat we uitkijken dat we ons niet opsluiten in onze eigen hokjes. We staan in de wereld en laten we op die plaats die God ons elk geeft dan maar getuigen zijn van die Ene heerlijke Naam tot zaligheid; de Naam van Jezus Christus. Het gaat daarbij in de eerste plaats om een innerlijk antwoord, waar het uiterlijk niet los van staat. Echter wanneer het uiterlijk een bastion wordt om het innerlijk maar niet bloot te hoeven geven, dan zijn we verder weg dan we voor waar willen weten. Dan ontgroeien we ook -bewust of onbewust- de kerk van de Reformatie en belanden we uiteindelijk in een vaag christendom dat de deur naar allerlei andere religies openzet. Het komt in onze tijd aan op een innerlijk getuigenis, gewerkt door de Heilige Geest, met bewogenheid voor de naaste om hen te wijzen op Gods grote liefde in Zijn Zoon Jezus Christus. Als we daar iets van mogen doorgeven, dan is er veel gewonnen. En laten we elkaar daarbij met afwijkende nuances niet om af vallen.
De Heere stelle je tot een zegen,
Ds. E. Gouda, Oude Pekela
Dit artikel is beantwoord door
Ds. E. Gouda
- Geboortedatum:25-12-1968
- Kerkelijke gezindte:PKN (Hervormd)
- Woon/standplaats:Nieuw-Lekkerland
- Status:Actief