Op sommige momenten, als ik een probleem heb of me iets afvraag, voel ik een ste...
Ds. M.A. Kuyt | Geen reacties | 26-08-2006| 00:00
Vraag
Op sommige momenten, als ik een probleem heb of me iets afvraag, voel ik een sterke drang om uit mijn Bijbel te gaan lezen. Vaak is het dan een gedeelte wat antwoord geeft op mijn gedachten of een gedeelte wat mij troost geeft... Is dat echt Gods werk of is het gewoon mijn werk, omdat ik naar een bijbelgedeelte loop te zoeken?
De zorgverzekeringen van Care4Life
De zorgverzekeringen van Care4Life stellen de beschermwaardigheid van het leven voorop. Benieuwd hoe?
Antwoord
Hier wordt iets aangesneden wat bij meerdere mensen zal leven. Wat is Gods werk en wat is mensenwerk als het gaat over het lezen van de Bijbel? In het verleden werd meer dan in onze dagen aandacht besteed aan het “krijgen van teksten”. We kunnen in allerlei levensbeschrijvingen van Gods kinderen horen, dat precies op het juiste moment een tekst uit de Bijbel kwam, waaruit de ontvanger concludeerde dat deze tekst hem of haar van God geschonken was.
Wanneer we de drang voelen om de Bijbel te lezen, dan wil ik dat bij voorbaat heel positief duiden. Van nature zoeken we immers niet de dingen die van God zijn. Of dit ook betekent dat “ieder” zoeken naar een woord uit de Bijbel van de Heilige Geest is (zaligmakend wel te verstaan!) gaat mij te ver. Er is bij ieder mens een natuurlijke neiging om in moeilijke omstandigheden naar houvast en stabiliteit te zoeken. Zij die bij de Bijbel opgevoed zijn zullen waarschijnlijk in dergelijke gevallen naar de Bijbel grijpen, omdat ze dat geleerd hebben, maar dat wil nog niet zeggen, dat zulke zoekers ook werkelijk de Heere kennen en dienen.
Het is daarom vermoeiend en onvruchtbaar om de drang tot bijbellezen als uitgangspunt te nemen voor de vraag: is deze drang uit God of uit de mens? Zo snel verzanden we in allerlei vormen van zelfbeschouwing en het uiteenrafelen van onze gemoedsgesteldheid. Dan zijn we meer psychologisch dan bijbels bezig. Om niet in psychologische beschouwingen te verzanden is het beter om een andere insteek te nemen, namelijk: is het lezen van de bijbel op zichzelf genomen ons door God voorgeschreven of niet? Is dit van de Heilige Geest of van de duivel? Op die vraag is slechts één antwoord mogelijk: het is ons door de Heere geboden! Dus is het goed. En als er de aandrang is om te lezen, dan is dat goed. Niet om de aandrang (het subject), maar vanwege het object waar zich die drang op richt, namelijk de Bijbel. De Heilige Geest zal ons altijd dringen tot Christus en Zijn Woord. Want Hij (=de Geest) , zo zegt Jezus, zal het uit het Mijne nemen en u verkondigen.
Ik kan me echter wel voorstellen dat het soms voor ons gevoel te 'mooi’ en te 'gemakkelijk' is dat net op het moment dat we troost nodig hebben een troostwoord naar ons toekomt. Is dat wel te vertrouwen? We weten immers dat het hart arglistig is, meer dan enig ding. En we mogen ons niet bedriegen voor de eeuwigheid. Op dit punt moeten we onszelf toetsen door ons af te vragen: zijn er alleen troostwoorden in mijn leven of komen er ook wel eens woorden naar mij toe, die mij beschaamd maken? Die mij beschuldigen? Die mijn zonden mij voor ogen stellen, die mij vermanen? Kortom: zijn het altijd troostwoorden, die naar ons toekomen of zijn er ook vermanende woorden?
In het eerste geval zullen we onszelf moeten onderzoeken of de wens niet de vader van de gedachten is en dat we onwillekeurig zelf de bijbelwoorden selecteren: we willen immers graag getroost worden! Vermaningen liggen ons niet, die 'trekken' we niet naar ons toe. Een natuurlijk mens buigt niet snel voor Gods oordeel over zijn of haar leven. Maar de geestelijke mens is eerlijk. Die loopt voor de vermaningen niet weg. Die weet ook van woorden die naar hem of haar toekomen, die hij of zij het liefst zo snel mogelijk weer zou willen vergeten, maar die hij niet meer kan vergeten. Wie eerlijk met Gods Woord omgaat en dus ook met zichzelf, die zal zowel de troostende als ook de vermanende kant van bijbelwoorden ter harte nemen. En die op zichzelf toepassen. Dit is van de Heilige Geest. Want het zwaard des Geestes is Gods Woord. De Geest ontdekt en vertroost. De Geest vermaant en onderwijst, enz. Gods handen doden en zij maken levend. Allebei!
Het kan ook gebeuren dat er lange tijd geen woorden komen.. Dat de Heere zwijgt. Dat Hij ons loutert. Dat Hij ons beproeft. Laten we dan niet in paniek raken, maar volhouden. Volhouden, om toch te blijven bidden en te lezen ook al antwoordt de Heere niet. Hij zal op Zijn tijd komen.
Kortom: ga niet de drang tot bidden analyseren of deze wel of niet van de Heilige Geest is, want dan blijf je om jezelf heen draaien. En verzanden we in het subject(ieve). Het gaat om het object van ons zoeken: de Heere in Zijn Woord. Zoekt dagelijks Zijn aangezicht, gedenkt aan hetgeen Hij verricht, aan Zijn doorluchte wonderdaan, maar: wil ook Zijn straffen gadeslaan! Ook dat laatste!
En als je het toch niet vertrouwt, bid dan maar telkens wanneer je iets uit het Woord mocht ontvangen: "Doorgrond mij o God en ken mjin hart; beproef mij en ken mijn gedachten en zie of bij mij een schadelijke weg zij en leid mij op de eeuwige weg (Ps.139). Dat het mij om U begonnen zal zijn! Hij zal leiden op de eeuwige weg. Want wie Hem need'rig valt te voet, zal van Hem Zijn wegen leren.
Met vriendelijke groet en heilbede,
Ds. M. A. Kuyt
Wanneer we de drang voelen om de Bijbel te lezen, dan wil ik dat bij voorbaat heel positief duiden. Van nature zoeken we immers niet de dingen die van God zijn. Of dit ook betekent dat “ieder” zoeken naar een woord uit de Bijbel van de Heilige Geest is (zaligmakend wel te verstaan!) gaat mij te ver. Er is bij ieder mens een natuurlijke neiging om in moeilijke omstandigheden naar houvast en stabiliteit te zoeken. Zij die bij de Bijbel opgevoed zijn zullen waarschijnlijk in dergelijke gevallen naar de Bijbel grijpen, omdat ze dat geleerd hebben, maar dat wil nog niet zeggen, dat zulke zoekers ook werkelijk de Heere kennen en dienen.
Het is daarom vermoeiend en onvruchtbaar om de drang tot bijbellezen als uitgangspunt te nemen voor de vraag: is deze drang uit God of uit de mens? Zo snel verzanden we in allerlei vormen van zelfbeschouwing en het uiteenrafelen van onze gemoedsgesteldheid. Dan zijn we meer psychologisch dan bijbels bezig. Om niet in psychologische beschouwingen te verzanden is het beter om een andere insteek te nemen, namelijk: is het lezen van de bijbel op zichzelf genomen ons door God voorgeschreven of niet? Is dit van de Heilige Geest of van de duivel? Op die vraag is slechts één antwoord mogelijk: het is ons door de Heere geboden! Dus is het goed. En als er de aandrang is om te lezen, dan is dat goed. Niet om de aandrang (het subject), maar vanwege het object waar zich die drang op richt, namelijk de Bijbel. De Heilige Geest zal ons altijd dringen tot Christus en Zijn Woord. Want Hij (=de Geest) , zo zegt Jezus, zal het uit het Mijne nemen en u verkondigen.
Ik kan me echter wel voorstellen dat het soms voor ons gevoel te 'mooi’ en te 'gemakkelijk' is dat net op het moment dat we troost nodig hebben een troostwoord naar ons toekomt. Is dat wel te vertrouwen? We weten immers dat het hart arglistig is, meer dan enig ding. En we mogen ons niet bedriegen voor de eeuwigheid. Op dit punt moeten we onszelf toetsen door ons af te vragen: zijn er alleen troostwoorden in mijn leven of komen er ook wel eens woorden naar mij toe, die mij beschaamd maken? Die mij beschuldigen? Die mijn zonden mij voor ogen stellen, die mij vermanen? Kortom: zijn het altijd troostwoorden, die naar ons toekomen of zijn er ook vermanende woorden?
In het eerste geval zullen we onszelf moeten onderzoeken of de wens niet de vader van de gedachten is en dat we onwillekeurig zelf de bijbelwoorden selecteren: we willen immers graag getroost worden! Vermaningen liggen ons niet, die 'trekken' we niet naar ons toe. Een natuurlijk mens buigt niet snel voor Gods oordeel over zijn of haar leven. Maar de geestelijke mens is eerlijk. Die loopt voor de vermaningen niet weg. Die weet ook van woorden die naar hem of haar toekomen, die hij of zij het liefst zo snel mogelijk weer zou willen vergeten, maar die hij niet meer kan vergeten. Wie eerlijk met Gods Woord omgaat en dus ook met zichzelf, die zal zowel de troostende als ook de vermanende kant van bijbelwoorden ter harte nemen. En die op zichzelf toepassen. Dit is van de Heilige Geest. Want het zwaard des Geestes is Gods Woord. De Geest ontdekt en vertroost. De Geest vermaant en onderwijst, enz. Gods handen doden en zij maken levend. Allebei!
Het kan ook gebeuren dat er lange tijd geen woorden komen.. Dat de Heere zwijgt. Dat Hij ons loutert. Dat Hij ons beproeft. Laten we dan niet in paniek raken, maar volhouden. Volhouden, om toch te blijven bidden en te lezen ook al antwoordt de Heere niet. Hij zal op Zijn tijd komen.
Kortom: ga niet de drang tot bidden analyseren of deze wel of niet van de Heilige Geest is, want dan blijf je om jezelf heen draaien. En verzanden we in het subject(ieve). Het gaat om het object van ons zoeken: de Heere in Zijn Woord. Zoekt dagelijks Zijn aangezicht, gedenkt aan hetgeen Hij verricht, aan Zijn doorluchte wonderdaan, maar: wil ook Zijn straffen gadeslaan! Ook dat laatste!
En als je het toch niet vertrouwt, bid dan maar telkens wanneer je iets uit het Woord mocht ontvangen: "Doorgrond mij o God en ken mjin hart; beproef mij en ken mijn gedachten en zie of bij mij een schadelijke weg zij en leid mij op de eeuwige weg (Ps.139). Dat het mij om U begonnen zal zijn! Hij zal leiden op de eeuwige weg. Want wie Hem need'rig valt te voet, zal van Hem Zijn wegen leren.
Met vriendelijke groet en heilbede,
Ds. M. A. Kuyt
Dit artikel is beantwoord door
Ds. M.A. Kuyt
- Geboortedatum:17-04-1957
- Kerkelijke gezindte:PKN (Hervormd)
- Woon/standplaats:Wijk en Aalburg
- Status:Inactief
48 artikelen
Dit panellid heeft meerdere artikelen geschreven
Geen reacties