Orgelgebruik in de lijdenstijd
Ds. J. van Rossem | Geen reacties | 21-04-2006| 00:00
Vraag
Met interesse las ik het antwoord dat ds. Van Rossem gaf ten aanzien van het orgelgebruik in de lijdenstijd. Hij propageert een algemene matiging in deze periode. Ik zou graag het volgende in overweging willen geven. Het beste richt de organist zich naar de tekstinhouden per psalm of het te zingen lied, de tekst van de prediking en de plaats van het orgelspel in de liturgie van dat specifieke moment. Bij het opstellen van algemeen geldende regels voor een langere periode bestaat het gevaar dat men onvoldoende recht doet aan individuele tekstinhouden en/of de gemeente te weinig ondersteunt en daardoor dient. Een zachte grondstemcombinatie kan formeel misschien heel devoot gekozen zijn, maar als er niet bij te zingen valt... Bij een al te zachte registratie horen de zangers zichzelf nadrukkelijk zingen en daardoor daalt vaak het volume. Overigens zal elke stijlbewuste organist voor en na de dienst passende muziek ten gehore brengen. En ja, daar kan ook wel eens een trompet aan te pas komen.
Antwoord
Enige tijd geleden ontvingen we over dit onderwerp een vraag. We hebben toen willen betogen, althans vriendelijk adviseren, naar onze bescheiden mening (onevenredig gelijk aan onze lengte, maar dat komt meer voor!) om in de lijdenstijd in orgelspel, maar ook in onze registerkeuze matiging te gebruiken. We spraken in het bijzonder om het niet, althans zo min mogelijk gebruiken van de uitbundige trompet, en de nog uitbundiger bazuin (orgelregisters). Daarover kregen we de organistenvraag: “Moet deze zich niet richten naar de tekstinhoud van de psalm of het te zingen lied, de tekst van de prediking en de plaats van het orgelspel in de liturgie van dat specifieke moment?” Daar zeg ik volmondig ja op, als we hierbij niet vergeten de dienende en daarom schone taak van het orgel in de eredienst.
Ook begrijp ik dat men met name bij een klein orgel, met weinig registers, en ook in grote kerkgebouwen er niet aan om komt om, ter begeleiding van de gemeentezang de tongwerken te gebruiken. Soms kan een zachte grondstemcombinatie daarvoor te zwak zijn. Inderdaad gaat daar de gemeente daardoor zachter zingen, maar dat kan ook brengen tot ingetogenheid. Toch moeten de registraties (hard of zacht) ook weer zo zijn dat het de gemeente niet opgelegd en geforceerd voorkomt. Een goede organist zal hierbij aanvoelen hoe ver hij hier kan gaan.
Jan Zwart heeft eens een gemeente van 1500 mensen begeleid met de cornet als uitkomende stem. En het ging. Als het maar eerbiedig en muzikaal blijft. Dat er ook wel eens een trompet gebruikt wordt begrijpen we. Maar we kunnen dit felle, en op zich mooie register (het lievelingsregister van Piet van Egmond, naar we menen, gezien het vele voorkomen van de trompet als soloregister in zijn improvisaties; Psalm 150!), ook te onpas gebruiken. Als het maar niet gebruikt wordt om de gemeentezang op te jagen, maar eerbiedig en koesterend te dragen.
Het mooiste zingen vinden we nog steeds de gemeentezang. Ik besef ook hierbij dat het om de smaak en de instelling van de organist(e) gaat. Toch vinden we het wel te veel als in elke psalm dit register de tong roert (over tongentaal gesproken!). En we hebben er ook mee te rekenen dat bij het ene orgel dit trompet agressiever klinkt dan bij het andere. Als het maar zo gebruikt wordt dat bij de gemeentezang , ook in de registratie van het orgel, de aandacht, mocht het zijn het hart, niet gericht wordt op organist en het orgel, maar op de Heere. Dan zal het orgel niet overheersend klinken, maar dienend. Met of zonder trompet.
Ik wens je veel geestelijke vreugde toe bij het orgelspel, maar bovenal de zegen van de Heere. Ook organisten moeten bekeerd worden.
Ds. J. van Rossem
Dit artikel is beantwoord door
Ds. J. van Rossem
- Geboortedatum:04-03-1945
- Kerkelijke gezindte:Hersteld Hervormd
- Status:Inactief