(...) Sara stierf en een hoofdstuk later hertrouwde Abraham met Ketura. Hoeveel ...
Ds. E. Gouda | Geen reacties | 06-03-2006| 00:00
Vraag
Antwoord
Beste vragensteller,
Je vraag is duidelijk, maar niet eenvoudig te beantwoorden. Dat heeft niet met de moeilijkheidsgraad te maken, maar wel met het (tere) onderwerp. Een moeder verliezen is in de allereerste plaats, zeker als de band goed is geweest, een diep ingrijpend gebeuren voor het hele gezin. Ik spreek uit eigen ervaring. Als een vader alleen achterblijft, die in de meeste gevallen in de gereformeerde gezindte de hoofdkostwinner is, dan komt het ‘plaatje’ er ineens heel anders uit te zien. Zeker als het gaat om een opgroeiend gezin. Ineens komen dan heel veel dingen op je af, naast het verdriet, pijn en rouw, die van praktische aard zijn. Een goede gezonde huisvrouw, zie Spreuken 31, verzet heel veel werk. Dat merk je vaak te laat op. Het ‘beroep’ van huisvrouw is m.i. veel te veel ondergewaardeerd. Een goede huisvrouw is echter niet te vervangen. Zij is goud waard.
Je vader is nu zonder vrouw. Zijn levensgezel. En jij bent zonder moeder. Je zou het graag anders zien, maar de zaken zijn helaas onomkeerbaar. De dood heeft scheiding gemaakt tussen je vader en je moeder. En dat is in de Bijbel een grond om te hertrouwen (vgl. 1 Kor. 7:39). De weg naar een nieuwe vrouw en een tweede huwelijk staat hiermee open. Maar dat brengt me tegelijk bij het volgende. Het is nooit een verplichting om opnieuw te trouwen. De buitenwacht en ook de eigen kinderen mogen een man en vader nooit tot een huwelijk ‘dwingen’, omdat het beter voor hem is... Dat is niet aan ons. Dat is ten diepste een zaak voor en van de Heere. Ook hier geldt: Heere, wat wilt Gij dat ik doen zal? Ook hier zal Gods wil geschieden!
Een moeilijkheid is de termijn die je in je vraagstelling legt. Als een vrouw gestorven is, dan is de man vrij. De Bijbel geeft echter geen voorschriften met betrekking tot een termijn. Hoewel ik me wel kan voorstellen dat je hier niet moet gaan overhaasten. Iemand heeft ooit gezegd dat een rouwproces tweemaal negen maanden duurt; d.i. dus achttien maanden (tweemaal de periode van een zwangerschap). Maar ook dit is geen wet van ‘Meden en Perzen’. Dit verschilt van geval tot geval. Het is dus maar een indicatie. Wat ik er mee zeggen wil is dat je tijd moet nemen voor het verwerken van een verlies. Ga je overhaast te werk dan kan een nieuwe relatie wel eens een vlucht uit de werkelijkheid zijn. Ook hier zeg ik met nadruk ‘kan’. Het is en blijft een zaak voor en van de Heere en daar moeten wij mee klaar komen. Als je vader na een aantal maanden kennis krijgt aan een andere vrouw, dan is het goed om daar van meet af aan open met elkaar over te spreken. Want die nieuwe vrouw wordt misschien wel jouw ‘moeder’. Een nieuwe relatie is dus naar meer dan een kant een hele ommezwaai. Voor alle partijen. Eerlijkheid en openheid is hierbij dus geboden. Communiceer. Steeds weer. Zeg de dingen eerlijk. Sluit niemand uit. Sluit je niet af. Isoleer je niet. Praat met elkaar. Enzovoorts. Misschien loop ik wel te hard van stapel, maar ik wil je toch wat overwegingen aan de hand doen.
In de Bijbel lezen we vaker dat na het sterven van een van beide echtelieden er opnieuw getrouwd wordt. Ook in het geval van Abraham. Toch is het voorbeeld van Ketura niet zo heel eenvoudig, omdat het de vraag is of Abraham na de dood van Sara met Ketura hertrouwd is óf dat Ketura reeds zijn bijvrouw was. Laten we er voor het gemak van uitgaan dat Abraham met haar trouwt na de dood van Sara. Abraham heeft na de dood van Sara nog 38 jaar geleefd. In die tijd moet hij dan gehuwd zijn geweest met Ketura. Wanneer dat echter het geval is geweest, daar zwijgt de Schrift over. De Bijbel doet geen uitspraken over termijnen, wel over het in acht nemen van een rouwperiode. In het Jodendom ken men een treurweek. Met die treurweek is echter de rouwtijd nog niet om. De rouwtijd over vader en moeder duurt een heel jaar, gerekend van de dag van het overlijden. Een jaar is hier: twaalf joodse maanden. En als het jaar om is, wordt de sterfdag herdacht. Echter op de rouwtijd zijn weer tal van uitzonderingen, die laat ik hier rusten.
In de geschiedenis, in het tijdvak van de Reformatie, zien we dat er na een sterfbed soms ook weer heel snel gehuwd wordt. Citaat: “Op haar sterfbed heeft Elisabeth Capito’s vrouw Wibrandis Rosenblatt en Bucer aangespoord na haar dood met elkaar te trouwen.” Bucer was de reformator van Straatsburg en gehuwd met Elisabeth. De weduwe Wibrandis trouwt echter direct na het sterven van Elisabeth met Bucer. Ook andere reformatoren hebben soms zo gehandeld. Als de dood immers daar tussen komt is de man of vrouw vrijgemaakt. Zo is er veel te zeggen en er zou nog meer te noemen zijn, maar in grote grove lijnen heb ik iets door willen geven, in de hoop dat je er iets mee kunt en dat je er zelf ook klaar mee komt voor de Heere. In elk geval geldt wel dit dat wie trouwt dat hij/zij dit doet in de Heere.
Alle goeds en Gods troostende kracht in je verdriet en dubbele gevoelens toegebeden,
Ds. E. Gouda
Dit artikel is beantwoord door
Ds. E. Gouda
- Geboortedatum:25-12-1968
- Kerkelijke gezindte:PKN (Hervormd)
- Woon/standplaats:Nieuw-Lekkerland
- Status:Actief