Dwalingen in prediking
Ds. A.T. Vergunst | Geen reacties | 31-10-2024| 16:17
Vraag
Aan ds. A. T. Vergunst. In de bundel ”Neem de wacht des Heeren waar” zegt uw vader, ds. A. Vergunst, op bladzijde 92:
“Er wordt geijverd voor ‘verbondsmatig’ spreken en preken, waarbij veelal eenzijdige nadruk op de eis des geloofs gelegd wordt. De onmacht van de natuurlijke mens om te kunnen geloven, wordt in de Heilige Schrift even nadrukkelijk geleerd als de schuld van het ongeloof. Wie echter deze onmacht in prediking en zielszorg verdoezelt, loopt het gevaar over geloof te spreken als een mogelijkheid die de natuurlijke mens nog gelaten is. Al wordt nog wel van het geloof als een gave van Gods genade gesproken, in de praktijk valt de nadruk op de ‘gelovende mens’ en wordt aan de eenzijdigheid van Gods genade geweld gedaan.”
Kunt u aangeven als je dit binnen je eigen gemeente bemerkt en ervaart in pastoraat en Bijbelkring, ook bij ambtsdragers, hoe je hier mee om dient te gaan als gemeentelid?
Geeft u straatarme Egyptische christenen een onvergetelijke Kerst?
In Egypte is het steeds lastiger om rond te komen. Voedselprijzen rijzen de pan uit. U kunt het verschil maken door een voedselpakket voor een christelijke Egyptische familie te doneren. Heel praktisch willen we hiermee handen en voeten geven aan de opdracht van God om de armen te voeden.
Antwoord
Beste vriend(in),
De kern van jouw vraag is van toepassing op allerlei dwalingen in de prediking, met accenten die niet een echo zijn van de Schrift zelf. Dus als de ‘eenzijdigheid’ Arminiaans of Hyper-Calvinistisch is, dan is de weg voor allen hetzelfde. En wat is die weg?
Ten eerste: gebed. Prediken van het Woord, op een Bijbelse en gebalanceerde manier, is niet zo makkelijk als het lijkt. Zeker niet als we echt de Schrift laten spreken. Als de Heilige Geest een dienaar van het Woord bedient, dan zal het Woord recht gesneden worden. Niet naar de maatstaf van het mensenoor, maar naar het Woord van God Zelf. Ik verwacht zeker dat dit gebed gevonden wordt in je leven. Het preken van de soevereiniteit van Gods genade en de verantwoordelijkheid van de mens op de juiste Bijbelse manier, is voor mij na 30 jaar preken nog steeds een spanningsveld.
Ten tweede: persoonlijke Bijbelstudie. Iedereen heeft een mening over een bepaalde prediking. Maar we luisteren wel allemaal met de ‘filter’ die we hebben meegekregen in opvoeding of onderwijs. Wat zo’n filter is kan verschillend zijn. Soms is de ‘naam’ van de prediker al een filter (“Dat is niet een goede en ook niet van onze kerk!”). Of bepaalde uitdrukkingen die vertrouwd zijn fungeren als een filter (als we die niet horen, dan is de prediking al verdacht). Voor sommige is de ‘oproep tot geloof’ al gelijk een brug te ver, want “we kunnen immers niets doen.” Velen lezen of horen de Bijbelse boodschap alleen via een aantal teksten. Voor sommigen staat Johannes 6:44 boven elke preek. Anderen moeten elke keer weer horen dat “het geloof een gave Gods is”, want anders worden we aan het werk gezet. Weer anderen keuren de hele preek af als niet genoeg de naam van Jezus genoemd wordt of dat mensen aangemoedigd worden om nu maar toch te ‘geloven.’ Weer anderen willen alleen maar horen dat alles goed is omdat we nu eenmaal verbondskinderen zijn.
Al deze reacties hebben te maken met de filter waardoor wij luisteren. Soms zeg ik wel eens in mijn preek: “Luister nu eens even alleen naar deze tekst zonder er gelijk dit of dat erbij te halen.” Natuurlijk moet er een balans blijven in het totaal van de prediking, maar misschien niet in elke preek. Dat klinkt heel gevaarlijk. Maar als ik Bergrede nu eens met tot in detail doorneem, merk ik dat de Heere Jezus ook niet alles benoemde in deze overigens perfecte (!) preek. Het is min of meer een preek in de heiligmaking, die tegelijk heel ontdekkend en onderwijzend is. Maar de rechtvaardiging door het geloof, de eeuwige verkiezing, de noodzaak van de wedergeboorte, de roep tot geloof, komen niet zo naar voren of helemaal niet.
De Heere Jezus, als niemand anders, wist dat de wedergeboorte essentieel is voor het geestelijke leven. Maar als je de Bijbel door leest, heeft Hij er nooit in Zijn publieke preken op gehamerd. Hij leerde het aan Nicodemus in een nachtelijk gesprek! Als je dus opgegroeid bent met de uitspraak dat dit in iedere preek genoemd moet worden, dan zul je wel heel teleurgesteld zijn als je al de preken van de Heere Jezus Zelf doorleest.
Daarom mijn advies: bestudeer wat de Bijbel echt spreekt en hoe de profeten, apostelen en de Heere Jezus Zelf het Woord preekten. Waar legden zij de nadruk op en hoe brachten zij de waarheid van Gods soevereinheid en de verantwoordelijkheid van de mens in de oproep van bekering en geloof.
Ten derde: ga in gesprek. Met de Bijbel in je hand, zoek het gesprek met je ambtsdragers tijdens Bijbelkring en pastoraat. Luister eerst, vraag opheldering, zoek vooral Bijbelse onderbouwing in hun antwoorden. En als je die niet krijgt, dan beleefd door blijven vragen waar/hoe dit in de Schrift en de Drie Formulieren geleerd wordt.
In dit gesprek gaat het niet over: ik goed - jij abuis (ik win - jij verliest), maar samen doordenken en doorspreken wat de Schrift hier leert. Natuurlijk mag je daar anderen voor gebruiken (oudvaders/jongvaders), maar dan niet alleen maar jouw favorieten. Balans, vrienden! God heeft niet alleen Jacobus de Bijbel laten schrijven en ook niet alleen Johannes, Salomo of Hosea.
Ten vierde: als je nu een uitdrukking of een aanpak hoort of ziet die je te eenzijdig vindt (maar je moet dat wel Schriftuurlijk kunnen onderbouwen en niet met een motivatie als: zo heb ik het niet geleerd of altijd gehoord), zoek dan een persoonlijk gesprek met deze persoon/ambtsdrager. Spreek je verwarring, vraag of zorg uit over hoe of wat je hoorde. Misschien zei hij het wat krom, maar bedoelde hij het goed. Misschien ook was hij zeker abuis in hoe hij het zei. Onder vier ogen, op een vriendelijke en zachtmoedige manier, kan je veel meer bereiken dan alleen maar kritiek te uiten zonder een gesprek te zoeken.
Ten vijfde: als dit bovenstaande toch niet bevredigend is, dan moet je een gesprek aanvragen met je wijkouderlingen of zelfs de kerkenraad om met hen je bezorgdheid te delen. Je begrijpt dat dit weer met Schriftuurlijke onderbouwing moet gebeuren. Dat is je kracht immers, want wat God spreekt en in evenwicht vanuit het Woord, staat boven alle discussie.
Ten laatste: als dit toch niet leidt tot een verandering die jij Schriftuurlijk nodig acht, dan is het misschien tijd om een andere gemeente te zoeken waar je wel vindt dat er een Schriftuurlijke (!) prediking gebracht wordt. Ik hoop dat het tot zo’n stap niet hoeft te komen, maar dat is wel onze verantwoordelijkheid voor jezelf en, als je vader of moeder bent, voor je kinderen waar je een doopbelofte voor gedaan hebt.
God geve ons allen wijsheid, teerheid, licht in Zijn Woord en veel liefde voor elkaar.
Pastor A. T. Vergunst
Dit artikel is beantwoord door
Ds. A.T. Vergunst
- Geboortedatum:22-09-1961
- Kerkelijke gezindte:Gereformeerde Gemeenten
- Woon/standplaats:Carterton (Nieuw-Zeeland)
- Status:Actief
Bijzonderheden:
Bekijk ook: