Het lijden van God
Ds. W.G. Hulsman | Geen reacties | 18-04-2024| 09:35
Vraag
“Tijdens het lijden leed God de Vader onder het sterven van Zijn Zoon. Zoals ook Abraham leed omdat hij zijn zoon Izak moest offeren.” Dat hoorde ik in een preek zeggen. Je kunt een mens toch niet gelijk stellen met God? Tast je dan de liefde tussen de Zoon en de Vader niet aan? De Vader had toch waardering voor de liefde van de Zoon? Ook staat het toch nergens in de schrift?
Antwoord
Je vraagt of het terecht is om het lijden van God te illustreren met het de geschiedenis van Abraham die zijn zoon moest offeren.
Over het lijden van God is er heel veel gediscussieerd. Er is de opvatting dat God op geen enkele wijze lijden kent. Hij is volmaakt. Lijden heeft te maken met onvolmaaktheid. Die gedachte is soms dichterbij dan je denkt. In mijn jeugd gaf een predikant de lofzang van Zacharias vers 4 op. Daarin komt de regel voor “Die met ons lot bewogen.” Hij gaf toen aan: God wordt niet bewogen door ons leed, maar Hij is bewogen in Zichzelf.
Een andere opvatting daar recht tegenover is dat God wel lijdt. Tegenwoordig komt die gedachte sterker naar voren dan vroeger. Dat komt mede door de opvatting van Bonhoeffer. Volgens hem kunnen we aan het lijden van Christus zien Wie God is: een God die het lijden op Zich neemt. Die gedachte wordt door velen overgenomen. In die lijn moet je ook de uitspraak zien die je in het begin van je vraag citeert, waarin gesproken wordt over het lijden van God, in verband met de geschiedenis van Abraham.
De vraag is of je het daaruit kunt afleiden. Letterlijk wordt er nergens in de Bijbel gesproken over het lijden van God. De veiligste weg gaan we als we ons daar aan houden. De lijdensbeker is alleen door Jezus leeggedronken. Deze beker was gevuld met de toorn van God.
Wanneer we over het lijden van God spreken kan al snel de volgende gedachte boven komen; een God Die machteloos is en als de lijdende toekijkt. Dan geven we een vertekend beeld van God. Belangrijk is wel dat we voluit de bewogenheid en de liefde van God benoemen; God is niet onbewogen. Jesaja 62:15 spreekt over “het gerommel van Uw ingewand van Uw barmhartigheden.” De Herziene Statenvertaling spreekt over de “innerlijke bewogenheid van Uw barmhartigheden.”
In Jeremia 31:20 lezen we: “Is niet Efraïm Mij een dierbare zoon, is hij Mij niet een troetelkind? Want sinds Ik tegen hem gesproken heb, denk Ik nog ernstig aan hem; daarom rommelt Mijn ingewand over hem; Ik zal Mij zijner zekerlijk ontfermen, spreekt de HEERE.”
God heeft diepe bewogenheid met ons. Daarom zond Hij Zijn Zoon. Het “alzo lief” van Johannes 3:16 moet het volle gewicht hebben en houden.
We zien ook dat God helemaal betrokken is op het werk van Zijn Zoon. Nadat de Heere Jezus over Zijn lijden en sterven heeft gesproken, volgt de geschiedenis van de verheerlijking op de berg. En dan zegt God vanuit de hemel: “Deze is Mijn geliefde Zoon. Hoort Hem” (Markus 9:7).
Ds. W. G. Hulsman
Dit artikel is beantwoord door
Ds. W.G. Hulsman
- Geboortedatum:08-11-1956
- Kerkelijke gezindte:PKN (Hervormd)
- Woon/standplaats:Barneveld
- Status:Actief
Bijzonderheden:
Emeritus