Verlangen naar de zending
Ds. J. IJsselstein | Geen reacties | 11-03-2024| 15:49
Vraag
Beste dominee IJsselstein. Onlangs beluisterde ik uw pinksterpreek over zending (zie onder). Op al uw vragen schreeuwt mijn hart ja. Ik voel wel het verlangen; de liefde van Christus dringt. Ook al ben ik bang, ik voel dat ik eigenlijk moet gaan. Maar hoe dan? Ik ben 18, bezig met een opleiding. Ik weet het niet meer. Ik krijg zoveel signalen en hoor dat ik niet werkeloos mag toezien. Wat moet ik doen?!
Een jonge christin.
Antwoord
Beste vraagsteller,
Bedankt voor je openhartige vraag. Waaruit liefde en verlangen blijkt om de Heere te dienen in Zijn wereldwijde Koninkrijk. Dank de Heere, dat Hij je dat verlangen geeft.
Je bent bezig met je opleiding, maar je voelt dat je moet gaan. Liefst nu! Ja, dat is ingewikkeld. Maar, zie het even scherp voor jezelf: er is wel een verschil tussen ik moet gaan, of ik moet nu (!) gaan. Weet je, liefde kan ongeduldig maken. Maar God laat ons niet gaan op onze (!) tijd en ook niet op de tijd van andere mensen, maar op Zijn (!) tijd. Wat dat betreft geldt ook: die geloven, haasten niet. Die wachten geduldig tot de Heere Zelf wegen opent. Totdat Hijzelf een pad baant door de Rode Zee.
Als de Heere je geroepen heeft mag je daar geduldig op wachten. Dan komt het goed. Ook al kunnen er perioden zijn dat het lijkt alsof het nooit meer goed zal komen. Want de duivel zal je tegenwerken. Maar God is getrouw. Hij houdt Zijn Woord. En daar kan niemand iets aan veranderen.
Dus wat moet je doen?
a. Bidden of de Heere het vuur van je verlangen brandend wil houden. En God gebruikt daarvoor ook middelen. Dus lees ondertussen veel over zending en alles wat daarmee samenhangt. Probeer ook in gesprek te gaan met zendingswerkers. En stel je vragen (zoals je ook nu doet!)
b. Vragen of de Heere je daarbij wil laten zien dat het daarbij ook weer niet gaat om jouw(!) liefde en verlangen, maar om Zijn(!) liefde. Hij zoekt het verlorene. En het zal genade zijn als we als een nietig instrumentje in Zijn handen ook die verloren mensen mogen gaan zoeken, waar dan ook in deze wereld.
c. Geduldig, biddend wachten. Op God. Die Zijn Woord houdt. En Zijn belofte vervult op Zijn tijd.
d. En je ondertussen niet laten ontmoedigen door wie of wat dan ook! Het volk Israël kwam op weg naar Kanaän ook reuzen tegen. Het ongeloof bezwijkt voor die reuzen. Word en blijf een biddende vrouw die op God hoopt. Laat je daarin in deze tijd van wachten ook oefenen door de Heere, als voorbereiding op straks.
e. En gebruik de tijd dat de Heere je laat wachten, om je -met alles wat in je is- voor te bereiden. Maak je opleiding af. Doe misschien nog een vervolgopleiding. Studeer, werk, woeker met je talenten. Zodat je op Gods tijd terug kunt kijken en eerlijk kan zeggen: Heere, ik ben niet lui geweest; ik heb alles gedaan wat ik kon om me voor te bereiden op de taak die U mij nu gaat geven.
f. En vergeet ondertussen niet (ik zeg dat echt met bescheidenheid) dat de Heere het in het paradijs al beter vond om de mens niet alleen te laten. Misschien is het goed (maar dat bedoel ik, als je dat raakt, voorzichtig en vriendelijk), dat je ook bidt om en zoekt naar een man die dezelfde roeping kent. Samen is beter dan alleen.
Kortom, bid en werk en hoop op God! Dan zal Hij je leiden door Zijn raad.
Als je nog meer vragen hebt, laat het me gerust weten.
Hartelijke groet,
Ds. J. IJsselstein
Lees ook de vervolgvraag: 'Bijzonder teken bij verlangen naar zendingswerk'
Dit artikel is beantwoord door
Ds. J. IJsselstein
- Geboortedatum:14-07-1965
- Kerkelijke gezindte:Gereformeerde Gemeenten
- Woon/standplaats:Woerden
- Status:Actief
Bijzonderheden:
Website: Leespreken.nl