Trauma na ongehuwde zwangerschap en schuldbelijdenis
J. Boeijenga | Geen reacties | 08-02-2024| 10:58
Vraag
Toen ik achttien was bleek ik in verwachting te zijn van mijn vriend. We hebben schuldbelijdenis gedaan en zijn getrouwd. Maar dit blijft mij als een trauma achtervolgen. Wat moet ik doen?
Deze vraag werd ook besproken in het programma 'Pastorie online':
Antwoord
Beste vragenstelster,
De kwestie die jou achtervolgt duidt er op dat je -zeker voor jezelf- een heel hoge morele standaard hanteert. Je probeert volgens de normen van de Bijbel te leven, maar toen was daar die keer dat je te ver ging in het verkennen van de grenzen van elkaars lichamelijkheid, kreeg de liefde (of begeerte) de overhand en grepen jullie, zoals dat genoemd wordt, vooruit op het huwelijk. Er is een gezegde: “Eén moment van onbedachtzaamheid kan maken dat je jaren schreit”, en hoe waar is dat voor jou gebleken. Jullie hebben te maken met een overtreding en een straf.
Overtreding: Dit is, volgens de Bijbelse moraal, het hebben van geslachtsgemeenschap voordat de relatie met je vriend is gesloten als burgerlijk huwelijk door een ambtenaar van de burgerlijke stand en kerkelijk is bevestigd middels inzegening door een dienaar van het Goddelijke Woord.
Straf: Straf hangt altijd af van de mate van overtreding en kan verschillende aspecten hebben:
a. vergelding: geldboete, hechtenis (detentie, tbs), -openbare- schuldbelijdenis;
b. maatregelen ter voorkoming (bijv. gedwongen afkicken; gedragstraining, tbs);
c. afschrikking: publieke schande (vroeger de schandpaal, nu ‘naming and shaming’);
d. hulp en opvoeding (vooral bij jeugdcriminaliteit: werk-, taak- en leerstraf).
Het mag duidelijk zijn dat de schuldbelijdenis zoals jullie die kennelijk in de kerk of voor -een deel van- de kerkenraad hebben gedaan, zowel voor jullie het karakter heeft van vergelding (a) als voor de gemeente fungeert als afschrikking (c). Doordat jullie met elkaar zijn getrouwd heb je als het ware ook een maatregel genomen ter voorkoming van herhaling (b). Ook het feit dat de leeftijd van jullie kind hoger is dan op basis van het aantal jaren dat jullie getrouwd zijn verwacht zou kunnen worden, zal op de jaarlijkse herdenking van je trouwdag wellicht een terugkerende gevoeligheid zijn.
Als er in de maatschappij door iemand een strafbaar feit wordt gepleegd, dan is er sprake van een strafblad. Dit wordt, afhankelijk van de ernst van het delict, na vijf of tien jaar, gewist. In het geval van zeer ernstige misdrijven is die termijn 20 of soms zelfs 30 jaar. En zo is er in vrijwel alle gevallen een moment, waarop je mag stellen: de straf is voldaan!
Voldaan? Helaas is er naast de formele rechtspraak ook zoiets als de informele rechtspraak: de publieke opinie, het volksgericht, de dorpsroddel. Hierdoor kan het voorkomen dat iemand die de boete en een eventuele schadevergoeding heeft betaald, of die de straf heeft uitgezeten, toch het gevoel heeft een soort ‘levenslang’ te hebben gekregen van de omgeving. Of van zichzelf, zoals in jouw geval.
De vraag is natuurlijk of een schuldgevoel nog redelijk is als de schuld is voldaan. Als in een muur ten onrechte een spijker is geslagen, kan die spijker er gelukkig weer uitgehaald worden. Er blijft echter wel een gaatje over. Nu is met een vulmiddel dit redelijk goed weg te werken, en mag de muur weer als gaaf worden beschouwd. Zo mag je ook in morele zin een punt zetten achter je overtreding. Dat is de ‘verstandelijke’ kant.
Duidelijk is dat je hart hier maar moeilijk in mee kan komen. Sterker nog, het schuldgevoel blijft je als een trauma achtervolgen. Dat is lastig. Schuldgevoel mag, ja moet proportioneel zijn, d.w.z. in overeenstemming met de gepleegde overtreding. Bovendien is er voldaan, je hebt schuld beleden. Je voelt schuld maar die is er niet meer.
Ik schetste zojuist al het verschil tussen verstand en hart/gevoel. Het verschil tussen schuldig zijn en schuldig voelen. Dat is waar het bij jou wringt. Het is belangrijk om voor jezelf duidelijk te hebben, en dat vereist behalve zelfinzicht ook eerlijkheid: jegens wie voel ik me nu zo schuldig. Is dat mijn man, mijn kind, mijzelf of God? En dan vermoed ik heel sterk dat jij je, ondanks je belijdenis, nog steeds schuldig voelt jegens God. Wellicht zie je Hem in deze zaak als Opperrechter, die je vanwege die zonde tegen het zevende gebod tijdelijke en waarschijnlijk ook eeuwige straf zal opleggen.
Wellicht ken je het begrip jurisprudentie: het geheel van alle uitspraken van rechters, dat als richtlijn fungeert om zoveel mogelijk soortgelijke gevallen soortgelijke straffen op te leggen. Jouw situatie doet sterk denken aan een ‘casus’ in het evangelie van Johannes (hoofdstuk 8:1-11) waarbij een vrouw betrapt wordt op het bedrijven van buitenechtelijke liefde. Zij wordt door de Farizeeërs en Schriftgeleerden tot Jezus gebracht en het vonnis staat al vast want de Schriften (het toenmalige Oude Testament) oordelen dat zo iemand gestenigd moet worden. Jezus spreekt dan de beroemde woorden: “Die van ulieden zonder zonde is, werpe eerst de steen op haar.”
Vervolgens gaat de één na de ander weg, totdat de vrouw met Jezus alleen gelaten wordt. Jezus vraagt waar haar beschuldigers zijn, en of niemand haar veroordeeld heeft. Zij zegt: “Niemand, Heere!” En dan zegt Jezus tot haar: “Zo veroordeel Ik u ook niet; ga heen en zondig niet meer.” Uiteraard doelt de Heere Jezus er niet op, dat zij voortaan zondeloos moet leven. Dat is helaas sinds de zondeval onmogelijk. Maar het gaat erom dat zij nu van deze specifieke zonde wordt vrijgesproken, op voorwaarde dat ze die zonde niet weer herhaalt.
Van nature zijn wij vijanden van God en liefhebbers van onszelf. Wil het dus goed komen tussen God en ons, dan moeten we met Hem verzoend worden. Daartoe roept Paulus, als gezant van Christus, dan ook op: Laat u met God verzoenen! (2 Korinthe 5:20).
De dader (in deze behandelde vraag ben jij dat) moet zich met het ‘slachtoffer’ (in dit geval: God) verzoenen. En het mooie is: het initiatief gaat hierbij van God uit. Hij roept herhaaldelijk in Zijn Woord op om Hem te zoeken, bijvoorbeeld in Jesaja 55. Ga op je knieën voor God (ja, letterlijk), verneder je voor Zijn heilig aangezicht en pleit op Zijn eigen Woord en hetgeen Hij bij de doop heeft toegezegd.
Ik gun je dat je, doordat je op zo’n manier ‘gaat tot de troon der genade’ (zoals het gebed ook wel genoemd wordt), van Hem ontvangt barmhartigheid, genade en hulp. Hij wil dat schenken. Op Zijn tijd en wijze (“ter bekwamer tijd”), dat wel (Hebreeën 4:16). Maar de uitkomst ligt vast in Zijn belofte. Hij kan niet liegen en is mild in het schuldvergeven. En zo kan Hij je ook verlossen van je trauma.
We mogen ons gelukkig prijzen dat wij te maken hebben met een Barmhartig God, die ons door middel van Salomo -de meest wijze aardse rechter ooit, omdat zijn verstand met Goddelijk licht bestraald was- toespreekt: “Die zijn overtredingen belijdt (heb je gedaan) en laat (heb je ook gedaan, je bent getrouwd zodat het niet weer kan voorkomen) zal barmhartigheid verkrijgen.” Ook Romeinen 3:19-28 staat vol met een pleidooi dat leidt tot vrijspraak. Vergeet niet dat we onszelf niet hoeven (en kunnen) verdedigen: 1 Johannes 2:11: “Mijn kinderkens, ik schrijf u deze dingen, opdat gij niet zondigt. En indien iemand gezondigd heeft, wij hebben een Voorspraak bij den Vader, Jezus Christus, den Rechtvaardige; En Hij is een verzoening voor onze zonden; en niet alleen voor de onze, maar ook voor de zonden der gehele wereld.” Kan het ruimer?
(zie ook wat hierover is geschreven onder 'Wie zijn zonden bekent en laat, zal barmhartigheid verkrijgen').
Johan Boeijenga
Dit artikel is beantwoord door
J. Boeijenga
- Geboortedatum:26-05-1958
- Kerkelijke gezindte:Hersteld Hervormd
- Woon/standplaats:Nunspeet
- Status:Actief
Bijzonderheden:
Sedationist in ziekenhuis St. Jansdal
Bekijk ook: