Elkaar van harte dienen - M/V en ambt
Ds. K. van den Geest | Geen reacties | 06-02-2024| 08:26
Vraag
Wat wordt er bedoeld in het document “Elkaar van harte dienen”, hoofdstuk 4: De katholieke kerk? Begrijp ik goed dat ook de Katholieke Kerk gezien wordt als een goede kerk, maar waar de mensen de fout in gaan? En dat het ook prima is met de Katholieke Kerk samen te werken? Of moet ik dit anders lezen?
Antwoord
In het rapport (aan de synode van de GKv, nu samengevoegd tot NGK) wordt met “katholieke kerk” bedoeld wat de Apostolische Geloofsbelijdenis (of De Twaalf Artikelen van het algemeen en ontwijfelbaar (of ongetwijfeld) christelijk geloof) noemt de “algemene christelijke kerk”. Met algemeen of katholiek wordt bedoeld: de kerk van alle tijden en alle plaatsen. Zeg maar de wereldkerk, zijnde: alle mensen die bij Christus horen. Het gaat hier dus niet om de Rooms-Katholieke Kerk, en dus ook niet over de vraag of deze RKK een 'goede' kerk zou zijn. Uiteraard kun je ook daarover van gedachten wisselen, maar in dit rapport is dat hier niet aan de orde.
In het rapport gaat het over vrouwelijke ambtsdragers en wordt in dit kader besproken hoe hierover in de katholieke of wereldkerk wordt gedacht en hoe we binnen die wereldkerk kunnen omgaan met verschillen van inzicht of opvatting. Uiteraard raakt dit dan aan de vraag wat dan maakt dat volgelingen van Jezus Christus zich kunnen rekenen tot één kerk of gemeenschap. Is dat het geloof in Christus als Gods Zoon en als de Zaligmaker, of geldt dit ook voor zoiets als hoe we de ambten zien en inrichten? Het rapport bepleit om de ambtsvisie niet als kerkscheidend te beschouwen, omdat het niet de essentie of basis van het algemene (of katholieke) geloof zelf betreft.
Toch zijn er christenen die dat laatste bestrijden, want zij zijn van mening dat het toelaten van vrouwen tot de ambten betekent dat de Bijbel niet meer de grondslag vormt voor kerken die deze keuze maken. Dit is echter een onjuiste gevolgtrekking: de betreffende kerken belijden immers onverkort de centrale positie van Christus als Hoofd der kerk en als Redder van zondaren, alsmede het gezag van de Bijbel als Gods Woord. De fundamenten van het algemene christelijke geloof zijn dus m.i. niet in geding, bij de mogelijke keuze voor of tegen vrouwelijke ambtsdragers.
Met vriendelijke groet,
Ds. K. van den Geest
Dit artikel is beantwoord door
Ds. K. van den Geest
- Geboortedatum:12-10-1957
- Kerkelijke gezindte:Nederlandse Gereformeerde Kerken
- Woon/standplaats:Deventer
- Status:Actief