Volle betekenis van gekregen bijbeltekst pas later duidelijk
M.M. van Winkelen | 3 reacties | 11-05-2023| 11:07
Vraag
Kan het gebeuren dat de Heere tot je gesproken heeft, door middel van een tekstgedeelte wat in je hart viel en wat later bevestigd werd tijdens het lezen, maar dat de volle betekenis hiervan je pas (maanden) later duidelijk wordt?
Antwoord
Beste vragensteller,
Je vraag gaat over iets teers: een woord uit de Bijbel heeft naar je overtuiging je hart geraakt, maar je ziet ook dat de betekenis van die woorden pas geleidelijk aan tot je doordrong. Je vraag je af: kan dit dan van de Heere zijn? Of geeft de Heere, als Hij tot je spreekt, je direct de volle betekenis te verstaan? Ik denk graag met je mee.
Het is goed om na te gaan of God werkelijk in een bijzondere zin iets tot je sprak. Als de Heere zò tot je spreekt dat een woord uit de Bijbel diep in je hart terecht komt, is dat altijd een Woord op zijn tijd (Spreuken 15:23). Het is dan een Schriftwoord dat aansluit op je omstandigheden. Wat de Heere ermee tot je zegt, heeft naar mijn overtuiging altijd wat te maken met de werkelijke betekenis van de Bijbeltekst. Let er verder goed op wat het uitwerkt in je leven. Als de Heere werkelijk tot je spreekt, verbindt dat je in ootmoed en verwondering aan de Heere, zoals je dat ook leest bij David in 2 Samuël 7:18-29. Als de Heere spreekt, zal er ook aan getrokken worden, bijvoorbeeld door de duivel.
Het kan inderdaad zo zijn dat de betekenis van wat God spreekt pas geleidelijk tot je doordringt. Let er maar eens op hoe verschillend mensen in de Bijbel reageren op het spreken van de Heere. Zonder uitputtend te zijn noem ik een paar voorbeelden.
Ik denk aan Maria. Haar werd door de Engel toegezegd dat haar Zoon groot zou zijn dat God Hem de troon van zijn vader David zou geven, dat Hij Koning zou zijn in der eeuwigheid (Lukas 1:31-33). Door Simeon werd haar toegezegd dat er een zwaard door haar ziel zou gaan en dat haar Zoon zou worden gezet tot een val en opstanding van velen in Israël (Lukas 2:34-35). Zijn dat geen zaken die pas geleidelijk aan voor Maria in hun overweldigende betekenis duidelijk zijn geworden? En als de twaalfjarige Jezus in de tempel tot Zijn ouders zegt dat Hij moest zijn in de dingen van Zijn Vader, tekent Lukas op dat zij het woord dat Hij hen tot sprak (nog) niet verstonden (Lukas 2: 50); maar dat Maria deze dingen wel in haar hart bewaarde (vers 51). Zij was er dus ontvankelijk voor, maar verstond het nog niet.
Ik denk ook aan Zacharias. Bij hem lezen we ook dat hij een boodschap uit de hemel kreeg, maar daar, anders dan Maria, niet ontvankelijk voor was omdat hij te kleine gedachten had van de macht van de levende God. De engel die tot hem sprak verweet hem zijn ongeloof (Lukas 1:20), en Zacherias moest daar ook tot zijn schade de gevolgen ook van dragen. Eerst toen de Heere ondanks het ongeloof en onbegrip van Zacharias Zijn eigen belofte begon te vervullen, klinkt bij de wieg van zijn zoon Johannes op de lippen van Zacharias het lied van lof en verwondering (Lukas 1: 67-79).
Ik denk ook aan de discipelen. We lezen bij herhaling dat ze naderhand de woorden die Jezus tot hen gesproken had begonnen te verstaan. Ik wijs je op Johannes 2. Daar lezen we dat de discipelen eerst na de opstanding gedachtig werden dat de Heere Jezus had toegezegd dat Hij na drie dagen uit de dood zou opstaan. Johannes tekent dan op: “Daarom, als Hij opgestaan was van de doden, werden Zijn discipelen gedachtig, dat Hij dit tot hen gezegd had, en zij geloofden de Schrift, en het woord, dat Jezus gesproken had” (Johannes 2:22). Zij hadden de woorden die Jezus tot hen sprak dus wel gehoord, en die waren ook wel onthouden, maar ze hadden ze toch niet in hun diepe betekenis verstaan. Je leest ook dat Christus na Zijn opstanding Zijn discipelen daarop heeft aangesproken: “Dit zijn de woorden, die Ik tot u sprak, als Ik nog met u was” (Lukas 23: 44). Ze hadden die woorden gehoord en hadden het dus kunnen weten, maar hadden ze niet begrepen. Maar gelukkig voegt de Evangelist daaraan toe: “Toen opende Hij hun verstand, opdat zij de Schriften verstonden” (vers 45). Reeds voor Zijn lijden sprak Christus tegen Petrus, die toen nog zo afkerig was van een vernederde en dienende Jezus: “Wat Ik doe, weet gij nu niet, maar gij zult het na dezen verstaan” (Johannes 13: 7).
Ik denk aan de jonge Samuel. De Heere riep hem; maar dat moest tot driemaal toe gebeuren voordat Eli -en ook Samuel- begrepen dat het de Heere was die tot de jongen sprak (1 Sam. 3).
Wij leven in een ander tijd, in een andere bedeling, dan Maria, Zacharias, de discipelen en Samuel. Wij hebben een Bijbel waarin de Heere zoveel over Zichzelf en Zijn heilswerk aan ons bekend gemaakt heeft; tot ons spreekt de Heere door Zijn Woord. Maar we hebben het evenzeer nodig dat de Heere ons hart (Handelingen 16:14) en ons verstand opent (Lukas 23:45), zodat Zijn Woord in ons hart werkelijk kracht doet. En als God dàt doet, mag je het met David eerbiedig aan de Heere vragen: “doe gelijk als Gij gesproken hebt.” (1 Kronieken 17:23), “want Uw toezegging heeft mij levend gemaakt” (Psalm 119:50).
M. M. van Winkelen
Dit artikel is beantwoord door
M.M. van Winkelen
- Geboortedatum:18-07-1981
- Kerkelijke gezindte:Gereformeerde Gemeenten
- Woon/standplaats:Den Haag
- Status:Actief
Bijzonderheden:
Ouderling in Gereformeerde Gemeenten.
Bekijk ook:
Dit panellid heeft meerdere artikelen geschreven
Ik was te verlegen om een vraag daarover te stellen. Ik kon die vraag gewoon niet goed formuleren. Het was ook een reden om zo min mogelijk vragen te stellen. Het feit echter als bewijsstuk is was voor mij onomstotelijk. Maar het hoe?
Tientallen jaren later kwam ik daarachter. Onbewust ben ik bezig geweest en ineens begreep ik de betekenis die naadloos aansloot bij het feit.
Een steen die lang in het water ligt wordt glad door de stroming van het water dat daarom heen stroomt. Alle scherpe kantjes gaan ervan af. Een natuurlijk proces zou men dat noemen en die conclusie is juist. Die twaalf stenen zijn door in een natuurlijk proces gepolijst. Wat is de diepte betekenis van deze opdracht die de Eeuwige aan Jozua geeft?
Gladde, stenen zijn het bewijs en tegelijkertijd een hint dat ook wij mensen behept zijn met onze scherpe kantjes. Nog een hint is om voortdurend bezig te zijn om te voorkomen dat wij mensen ruwe kantjes krijgen.
Ineens zag ik dat in de plaats van die ruwe stenen een symbolische daad: twaalf ruwe stenen uit het land worden in de stromende rivier neergelegd. Zouden die ruwe stenen soms kunnen staan voor het ruwe en ruige van de bewoners van het land? Of nog directer gezegd mijn scherpe kantjes passen gewoon niet in het Beloofde land.
Nu zou ik geen vraag meer stellen over het bewijsmateriaal van de doortocht door de Jordaan. Het is onomstootbaar dat die gladde stenen direct afwijken van alle andere omliggende stenen.
God spreekt door Zijn Woord, als er staat:
Johannes 8
12 Jezus dan sprak wederom tot henlieden, zeggende: Ik ben het Licht der wereld; die Mij volgt, zal in de duisternis niet wandelen, maar zal het licht des levens hebben.
Dan spreekt tot God tot je hart, welmenend je hoeft er niets extra's te hebben.
Focus je op Zijn Woord en op Hemzelf, door Zijn Woord én Geest maakt Hij zich bekend.