Zondekennis voor mij onbekend
Ds. A.T. Vergunst | Geen reacties | 26-08-2022| 11:00
Vraag
Aan ds. A. T. Vergunst. Afgelopen zondag werd er bij ons een door u geschreven preek gelezen over Lukas 15. Het ging over hoofdthema in dit hoofdstuk: de genade van de Vader en de kritiek op de kerk. Ik herken me zo in de Farizeeën. Wat u noemde over het onrustige gevoel als je in gezelschap van Gods kinderen zit, ervaar ik ook. Wat zou ik dat graag kennen, maar ten diepste is zondekennis voor mij onbekend. Toch is er de onrust in mijn hart en het verlangen naar vrede.
En eigenlijk kan ik de oudste broer ook wel begrijpen. Dat witte laken wat voor onze voeten wordt gehangen... ik zie het niet! Hoe kan toch zo’n Farizeeër een verloren zoon worden, dominee? Kunt u ook aanwijzingen geven hoe ik hiervoor concreet kan bidden?
Noodkreet van iemand van middelbare leeftijd.
Deze vraag werd ook besproken in het programma 'Pastorie online':
De zorgverzekeringen van Care4Life
De zorgverzekeringen van Care4Life stellen de beschermwaardigheid van het leven voorop. Benieuwd hoe?
Antwoord
Beste vriend,
Hoe moet je nu concreet bidden om iets te gaan zien van wie we zijn in Gods oog? Hoe moet ik, Farizeeër, een verloren zoon worden? Het antwoord wist je denk ik al: je wordt niet een verloren zoon, je bent het al. Maar we zien niet tenzij het licht van Gods Woord doorbreekt. De oudste zoon dacht dat de jongste broer verloren was, terwijl hij zelf ook verloren was.
Bidden alleen zal je niet overtuigen van wie je bent in Gods oog. Gebed is nodig en dagelijks moeten we aan Zijn voeten liggen met de bede: ontdek mij aan mijzelf. Maar hoe beantwoordt de Heere dit? Altijd door Zijn Woord in de hand van de Heilige Geest. Welk Woord? De Heere is vrij welk woord Hij daarvoor gebruikt, maar de Bijbel leert ons dat “door de wet de kennis van de zonde is” (Rom. 3). Dus wij moeten dan dagelijks Gods Woord biddend lezen en luister nauw naar de ‘wet’ van God. Die vind je niet alleen in Exodus 20 maar in de hele Schrift waarin God Zijn wil voor ons openbaart. Zelfs voorbeelden van Gods kinderen in dat Woord zijn een spiegel van de wet als we in hun leven iets zien van de liefde tot God en de medemens.
Als de Heere zegt: “Heb je vijand lief”, dan is dat Zijn wet. Stop daar eens. Ga eens mediteren over de vraag: heb ik echt de mensen lief die mij niet mogen, of erger, die mij het leven zuur maken? Kijkend in deze spiegel van de wet worden we al snel bewust dat er wel heel veel loos is met ons.
Ik bemoedig mensen door elke zin in de Heidelbergse Catechismus over de wet te lezen. Zit daar aan de voeten van de Wetgever, biddend dat je mag zien hoe groot je zonden zijn.
De duidelijkste spiegel van de wet is nog altijd de Persoon en het leven van de Heere Jezus. Telkens als je Hem tegenkomt in het lezen van de Schrift, vergelijk jezelf biddend met Hem. Kom je er dan echt niet van onder de indruk hoe ver weg wij zijn van de ware liefde tot God en onze naaste? Liep je niet weg van de preek over Lukas 15 met een overtuiging: ik ben nog nooit zo geweest als die vader en ik vraag me af of ik het zelfs kan zijn! Of misschien geprikkeld door de gedachte: ik ben nu nog nooit eens achter een afgedwaald lid van mijn gemeente aangegaan om hem/haar zoeken terug te brengen van de dwaze keuze? Brengt dat geen overtuiging dat we geen haar beter zijn dan de hoogmoedige en liefdeloze Farizeeërs?
Ellendekennis is nodig, maar die komt niet zomaar. Die komt alleen door het confronterende van het Woord van God waarin onze zondigheid en schuld tot het licht gebracht worden. Bid voor je predikant om de wet te prediken zonder de scherpe kantjes er af te veilen. Alleen door de wet is de kennis van de zonde immers.
Ten laatste. Je schreef: “Wat zou ik dat graag kennen, maar ten diepste is mijn zondekennis voor mij onbekend. Toch is de onrust in mijn hart en het verlangen naar vrede.” Laat het duidelijk zijn dat zondekennis geen vrede brengt. Maar ervaar je nu echt niet dat als je in de spiegel van de wet kijkt, in het leven van de vader, van de Heere Jezus, van God... dat je van jezelf moet walgen en dat je overtuigd ben dat er van jou niets deugt?
En wat doe je daar mee? Voel je in je hart niet de overtuiging die de jongste zoon uitdrukte toen hij terugkeerde naar zijn ouderlijke huis? Je hoorde in de preek dat hij niet terugkeerde omdat hij enige verwachting op genade had. Hij hoopte alleen dat hij zijn plaats als zoon kon terug verdienen. Maar hij ontdekte dat zijn vader hem die plaats uit genade terug schonk. Wat is dat groots! Laat die openbaring je aanmoedigen tot Hem te gaan, zelfs al heb je niet genoeg zondekennis in je eigen oog. Maar laat de zondekennis, hoe ondiep en weinig het ook is, je er niet van afhouden om tot God terug te keren.
Pastor A. T. Vergunst,
Carterton, Nieuw-Zeeland
Dit artikel is beantwoord door
Ds. A.T. Vergunst
- Geboortedatum:22-09-1961
- Kerkelijke gezindte:Gereformeerde Gemeenten
- Woon/standplaats:Carterton (Nieuw-Zeeland)
- Status:Actief
Bijzonderheden:
Bekijk ook: