Verandering van karakter na bekering
Ds. J.A.J. Pater | 1 reactie | 08-07-2022| 16:14
Vraag
Als je opnieuw geboren bent, dan moet toch ook je karakter veranderen? Ik ben nog steeds ongeduldig heftig in mijn reacties, vaak ook spontaan in het ondernemen van dingen of beloftes die ik dan weer moet herroepen. Ook overleg ik niet altijd met God wat te doen.
In 2 Korinthe 5:17 staat toch “indien iemand in Christus is, die is een nieuw schepsel”? Dat brengt me dan weer aan het twijfelen of ik wel echt een kind van God ben. Toch wil ik daar zijn waar de Heere is en verlang ik niet naar het wereldse. Ik weet het niet meer.
De zorgverzekeringen van Care4Life
Waarom overstappen naar de Care4Life zorgverzekering? Lees hier over onze principiële uitsluitingen.
U bent al verzekerd vanaf € 149,10 per maand.
Antwoord
Je vraagt of wanneer je opnieuw geboren bent je karakter ook verandert. Nu hangt dat er een beetje vanaf wat je onder karakter verstaat. Als we karakter opvatten als temperament dan verandert dat niet direct door de wedergeboorte.
Wel is het zo dat er in het leven met de Heere een proces in je leven opgang komt waardoor de scherpe kanten van je karakter eraf gaan en ook negatieve kanten positief omgebogen kunnen worden. Dat is doorgaans niet iets van de ene op de andere dag, maar iets van langere tijd.
Doordat je naar de Heere leert luisteren en wat Hij zegt in Zijn Woord confronteert de Heere je met je zonden, je beleeft dan dat je de Heere Jezus en Zijn bloed heel hard nodig hebt voor de vergeving van die zonden, maar je beleeft ook dat je Hem heel hard nodig hebt om tegen die zonden te strijden. Zo wordt je zondige karakter inderdaad omgevormd.
Laten we dat concreet maken met de voorbeelden die je noemt. Jij bent van jezelf heftig in je reacties en spontaan in het ondernemen van dingen. Dat hoeft op zichzelf geen probleem te zijn als je maar niet onmatig heftig en onmatig spontaan bent. Heftigheid en spontaniteit kunnen ook een deugd zijn.
Neem de apostel Paulus. Op mij maakt hij de indruk van iemand die nogal een heftig of fel karakter heeft. Dan denk ik aan de ongemene felheid waarmee hij voor zijn bekering de christenen heeft vervolgd. Na zijn bekering zie ik hem met nog meer inzet de Heere Jezus overal verkondigen. De Heere nam Paulus in dienst met zijn karakter.
Nu noem jij ook een paar valkuilen die met jouw karakter te maken hebben. Je bent door je felheid ook ongeduldig en je doet door je spontaniteit te snel beloften die je dan moet herroepen. Nu denk ik dat ik je mag feliciteren dat je dit ontdekt hebt bij jezelf. Nu mag je namelijk de hulp van de Heere inroepen om in afhankelijkheid van Hem deze zonden te doden.
Dat betekent heel concreet dat wanneer je weer voelt dat je ongeduldig bent, dat je bidt: “Heere Jezus, geduldig Lam van God, geeft U mij Uw geduld om met deze omstandigheden of met hem of haar of hen om te gaan.”
Als je jezelf bewust bent dat je te snel beloften doet, neem je dan voor om in de kracht van de Heere geen beloften meer te doen, behalve als je er eerst lang en goed over nagedacht hebt. Dan kan het nog wel eens gebeuren dat je weer spontaan een belofte wilt doen en dat je dat kunt voorkomen. Of als je toch een belofte doet voordat je er erg in hebt dat je dan zo snel mogelijk jezelf corrigeert en bijvoorbeeld zegt: “Nee, ik zeg dit nu wel, maar ik wil niets beloven, want ik ben bang dat ik het niet waar kan maken.”
Verder schrijf je: “Ook overleg ik niet altijd met God wat te doen.” Maar ik zou je willen vragen: Verlang je ernaar om dat wel te doen? Als je daarnaar verlangt dan verlang je dus naar een nabij leven. Dat is een goed verlangen. Sta daar maar na.
Je haalt verder 2 Kor. 5:17 aan waar staat: “indien iemand in Christus is, die is een nieuw schepsel.” Zo is het ook. Wie in Christus is, die is een nieuw schepsel. Maar het probleem is: een nieuw schepsel heeft een oude mens. En nu gaat het nieuwe schepsel zwaar gebukt onder die oude mens. En hoe meer last je van die oude mens krijgt, hoe meer je de Heere Jezus nodig hebt en bij Hem komt tot verzoening en rechtvaardiging en tot vernieuwing en heiliging. En daar gaat het maar om.
En als je er aan twijfelt of je een kind van God bent, dan vraag je aan de Heere: “Heere, maakt u mij een kind van U, leert u mij alles wat daarvoor nodig is en schenk mij bovenal dat Uw Geest met mijn geest zal getuigen dat ik een kind van U ben. Niet om iets te zijn of te worden, niet om wat geruster te kunnen leven, maar enkel en alleen tot eer van Uw Naam.”
Ds. J. A. J. Pater
Dit artikel is beantwoord door
Ds. J.A.J. Pater
- Geboortedatum:09-11-1976
- Kerkelijke gezindte:PKN (Hervormd)
- Woon/standplaats:Doornspijk
- Status:Actief