Niet sterven totdat jouw roeping volbracht is
Ds. K. van den Geest | Geen reacties | 28-01-2022| 14:36
Vraag
Eens las/hoorde ik:
“Als je nog leeft en je dit leest, dan is jouw door God gegeven doel in het leven nog niet voltooid. Je weet niet altijd precies wat God voor je leven wil, maar weet wel dat je geroepen bent. Er gebeuren allerlei dingen in je leven die je sterker zullen maken voor de roeping die God voor jouw leven heeft. Je zult niet sterven totdat jouw roeping volbracht is.”
Klopt dit ook? Hoe kan je dit toetsen aan Het Woord?
Antwoord
“Uw wil geschiede”, deze bede van het Onze Vader wordt nogal eens verkeerd aangehaald. Alsof met het woord wil bedoeld is plan (“Uw plan moge gebeuren”). Maar met wil is niet bedoeld plan maar gebod of opdracht. Een betere vertaling of uitleg zou dus zijn: “Moge Uw wil worden gedaan/gehoorzaamd.” Deze uitleg vind je dan ook in de Heidelbergse Catechismus zondag 49.
Met opzet begin ik hiermee, omdat in de vraag ook beide betekenissen van Gods wil aan de orde zijn: Gods wil als Gods plan en Gods wil als Zijn gebod of opdracht. Het is belangrijk beide te onderscheiden. Want Gods plan kunnen we niet weten, Zijn opdrachten en geboden wel. Die laatste vinden we immers in Gods Woord de Bijbel.
Als je zoekt naar Gods plan voor jou of Gods doel met jou, dan kun je daar dus niet echt iets over weten. De vraagsteller erkent dat ook, gezien formuleringen als “je weet niet altijd precies”, en ook de belangrijkste vraag: hoe kun je dit toetsen aan het Woord (dus hoe kun je dit weten)? In de Eerste Brief van Paulus aan de Korinthiërs spreekt hij over onze roeping. Ook zo’n Bijbels woord dat ons voor dergelijke vragen stelt. Zo zegt Paulus in 1 Cor. 7 vers 17: Laat ieder blijven (...) wat hij was toen God hem riep (zie ook vers 20). In dat verband heeft dit te maken met vragen in Korinthe over huwelijk of scheiden. Wat is je roeping, wat is Gods plan of bedoeling? Voor de één is dat gaan trouwen, voor de ander getrouwd blijven, voor een derde (in die situatie toen) scheiden.
Kun je dit nu ook doortrekken naar alle andere situaties in ons leven? Paulus zelf maakt het punt van je roeping in vers 17 wel wat algemener: blijven in de roeping waarmee God je riep. In dit hoofdstuk heeft hij het ook over ieders gave. Dit zet ons wel op het spoor van het zoeken naar wat ieders roeping, gave of bestemming dan misschien is. Vast staat dus, dat iedere mens zijn of haar roeping of opdracht in het leven heeft.
Toch, welke opdracht of roeping dat exact is, blijft een zoektocht. Er zijn drie manieren om in die zoektocht verder te komen: gebed om wijsheid en leiding, gesprek met en advies van een betrouwbare medegelovige en een open houding voor de weg waarop je geleid bént. Toen ik theologie studeerde om dominee te worden, ben ik een tijdje in een soort crisis van twijfel terechtgekomen of dit wel echt Gods bedoeling met mij was. Zou ik het kunnen, zou ik het waardig zijn, zou ik het mogen? Die vragen speelden door mijn gedachten, terwijl er ook andere dingen waren waar ik misschien gaven voor had. Met een studievriend heb ik toen die vragen besproken, totdat ik, na gesprek en gebed, tot de conclusie kwam dat mijn studie en de weg naar het predikantschap toch Gods ‘wil’ voor mij waren. Ik had op dat moment al een hele weg afgelegd, van studie, van diverse keuzes. Die weg leek te wijzen in de richting van dominee worden, die weg ging ik zien als de weg waarop God mij had geleid. En in die beslissing en keuze kreeg ik toen rust. Ook werd die keuze later bevestigd toen ik beroepen werd als dominee en aan het werk ging in een gemeente.
Echter, ook dat laatste kun je niet ‘hard’ maken. Er zijn mensen die uit de gebeurtenissen in hun leven afleiden wat Gods wil volgens hen is. Maar ook daarin kan een groot deel eigen interpretatie zitten. Wij zijn en blijven mensen met zonden en gebreken, dus kunnen ook mijn zondige motieven meespelen in keuzes die ik maak. Dat is nooit bij voorbaat uit te sluiten. Ook daarvoor moet je bidden om Gods Geest, die ons hart doorgrondt en doorlicht, zodat ook de duistere motieven aan het licht worden gebracht (zie Efeziërs 5, waar Paulus ook spreekt over ‘ontmaskering’ van de praktijken van de duisternis, om zo in het volle licht van God te komen en te blijven). Dus ook uit de gebeurtenissen en onze eigen ervaringen kun je geen absolute zekerheid halen over je levensroeping of Gods plan.
Toen ik dominee was in mijn tweede gemeente, kregen we met tegenslagen en tegenwerking te maken. Dat had niet direct met mij als persoon te maken, wel met de omstandigheden in en om die gemeente. Maar opnieuw kwam ik in een periode van twijfel terecht: wat wil God dan? Ben ik hier dan niet op de goede plek? Heb ik verkeerd gekozen, mij door mijn zondige vlees laten leiden? Een eens gemaakte keuze kan opnieuw in een soort crisis komen, zodat je weer opnieuw er doorheen moet. Al biddend en door gesprek met anderen kwam ik dit te boven. Ik leerde ervan dat een gemaakte keuze en ook de overtuiging dat God wil dat je die weg inslaat niet onaangevochten blijven. Er kunnen opnieuw momenten komen dus, dat je ervaart dat de gebeurtenissen en wat je ervaart je eerdere keuzes lang niet altijd zonder meer bevestigen. Toch vond ik uiteindelijk weer rust in het geloof dat ik eenmaal op deze weg toch moest blijven geloven dat God mij daarop leidde, ook al werd het op dat moment heel moeilijk. Dus volg je Gods plan, dan doe je dat omdat jij op dat moment gelooft en ervan overtuigd bent dat het Gods wil is. Maar dat betekent helaas niet dat je op die weg geen tegenslagen of twijfel zult ontmoeten, of alleen maar bevestiging zult ontvangen.
Om dus terug te komen op de vraag/vragen, is mijn antwoord: echt toetsen aan het Woord blijft lastig, het Woord van God bevat algemene richtlijnen, bijvoorbeeld over je geroepen zijn om Christus te volgen, ook ín je concrete levenssituatie (zoals we zagen vanuit 1 Korinthiërs 7). Maar hoe je dat dan concreet moet doen, is vervolgens niet zo eenduidig te zeggen. Wel kun je dus: bidden om wijsheid (vergelijk Jacobus 1 vers 5: Gods belofte dat Hij wijsheid zal geven!), spreken met een goede vriend (of meerdere betrouwbare personen), en zo je levensweg en -gebeurtenissen voorzichtig proberen te zien als bevestiging.
En ten slotte: ja, jouw leven komt pas ten einde als God zegt: nu is het genoeg, je hebt je roeping en taak volbracht. Uiteindelijk is het alleen Gods Zoon Jezus Christus die werkelijk met recht mocht roepen “Het is volbracht!” Laten we dat nooit vergeten. Ons leven blijft stukwerk, en ook mijn gehoorzaamheid aan Gods roeping en plan voor mij kan ik slechts volbrengen met vallen en opstaan. Het lijkt soms zelfs meer vallen dan opstaan. Toch mag ik geloven dat Hij in Christus mijn leven tot Zijn doel brengt. In alle gebrekkigheid mag ik leren stamelen: Heer, neem Uw onnutte dienaar in genade aan!
Ds. K. van den Geest
Dit artikel is beantwoord door
Ds. K. van den Geest
- Geboortedatum:12-10-1957
- Kerkelijke gezindte:Nederlandse Gereformeerde Kerken
- Woon/standplaats:Deventer
- Status:Actief