Kruispunten in de standenleer
Ds. C. Harinck | Geen reacties | 26-10-2021| 10:00
Vraag
Graag zou ik een vraag stellen aan dominee C. Harinck. Ik ben al heel mijn leven lid van de Gereformeerde Gemeente in gemeenten waar vooral de standen in het genadeleven sterk benadrukt worden en het blijft een grote worsteling voor mij. Ik probeer met het verstand te begrijpen wat er nu precies bedoeld wordt.
In mijn beleving komt het op het volgende neer: het uitgangspunt is een onbewuste wedergeboorte. Het besef ontstaat dat men zo niet voor God kan verschijnen en er ontstaat een gemis. Daarna volgen allerlei kruispunten. Kruispunten zoals ‘de tiende ure’ of ‘een openbaring van de Middelaar’. Men heeft een gemis en op een bepaald moment beleeft men een kruispunt. De godsdienst stapt van het bootje van de wet over naar het bootje van het evangelie en men noemt dat geloof, maar bij Gods volk moet het van de andere kant komen, zegt men dan.
Ik heb altijd het idee dat het geloof in de zin van vertrouwen geen rol speelt bij de predikers van de standen. Wel een ingestort geloofsvermogen in het uur van de wedergeboorte, maar niet zozeer het vertrouwen dat steunt op Gods Woord. Men spreekt veel over de oefeningen. Het moet van de andere kant komen, de Heere moet overkomen. Dat wordt steeds benadrukt. Tot dat moment leeft men in het gemis.
Mijn vraag is nu: hoe weet een zondaar dan dat men een bepaald kruispunt beleefd heeft en dat de Heere dus overgekomen is? In mijn beleving wordt dat subjectief ingevuld. Men stelt vast dat het van de Andere Kant gekomen is door middel van het gevoel. De kracht van het gevoel op het bepaald moment (als men een tekst in de gedachten krijgt als men bijvoorbeeld aan het werk is of tijdens een preek), daaruit ontleent men of de Heere is overgekomen. De troost uit dit moment heeft men maar kort. Daarna volgt weer een gemis naar een volgend kruispunt (een nadere geloofsoefening). Men weet verstandelijk dat het te krijgen is, maar men leeft in het gemis naar dat punt. Zo komt de standenprediking op mij over (na al die jaren luisteren en worstelen).
Geachte dominee Harinck: is dit zoals mensen die in de standen gebakerd zijn dit bedoelen en zo beleven, of heb ik het niet begrepen?
Antwoord
Beste vraagsteller,
U schrijft hoe de zogeheten standenleer bij u overkomt. Uw gevoelens zijn niet vreemd. De meeste kerkgangers zien door de bomen het bos niet meer. Je moet altijd maar terug gaan naar de Bijbel. De Bijbel spreekt over kinderen en volwassenen in het geloof en over melk en vaste spijs, 1 Kor. 3. En over het onvolwassen kinderleven achter zich te laten, Hebr. 6. En over opwas in de genade en in de kennis van Jezus Christus, 2 Petr.3:18. Jezus sprak over kleingelovigen en over een groot geloof. Dit leert ons dat er verschil is onder de gelovigen en ook dat je niet ineens een volwassen en verzekerd gelovige bent. Tot hiertoe allemaal Bijbels.
Maar wat mensen er dan van maken. Dat is verbijsterend. En mensen die de preekstoelen bezetten of mensen die er voor doorgaan dat ze het weten. Ik begrijp dat u in verwarring bent. Het is sinds enkele jaren in zwang om over kruispunten te spreken. Ik vind dit geen goed woord. Het leven des geloofs kun je niet vatten in menselijke termen. We maken er geen school van met bevorderingen van klas 1 naar 2 enz. Je kunt beter spreken over mate van geloofskennis. In het begin van de bekering is men zuigeling en men moet opwassen in de genade en vooral in de kennis van Jezus Christus. Er is dus opwas en toename, tenminste als het geloofsleven gezond is. Maar al die stappen en die verschillende namen die men dan aan bepaalde geestelijke ervaringen geeft vinden we niet in de Bijbel.
Je vindt het ook niet bij oudvaders en ook rechtzinnige kerken in het buitenland kennen dit niet, of de Nederlanders hebben het meegenomen. Je zou de predikanten die zo zweren bij allerlei bevindingen en standen eens moeten vragen om een oudvader te noemen waar je dat ook precies zo in terug kunt vinden. Ze spreken wel over opwas, maar niet over het systeem dat door sommigen gehanteerd wordt. Zij spreken vooral over toename in heiligmaking. En wat is dat veel vruchtbaarder.
Het spreken over een soort stappenplan is afkomstig uit het gezelschapsleven. Men geeft alles dan namen. Men heeft dan een bepaald bekeringsschema met allerlei aparte standen voor ogen. Wie daar het gewichtigst over spreken kan, is de voornaamste man of vrouw.
Het schadelijke is vooral dat zoekende zielen zoeken naar beleving van bepaalde dingen in plaats van de geborgenheid in Christus te zoeken. Men zoekt naar bepaalde belevingen. Belevingen die dikwijls onbijbels zijn. Het is zeer onvruchtbaar en het werkt ook veel napraten en gewichtigdoenerij in de hand. Men bespreekt allerlei zaken en geeft alles een naam. Maar de wezenlijke zaken van het geloof, hoe een arm, verloren mens met Christus wordt verenigd en hoe men opwast in de genade en in de kennis van Christus, ontbreekt. De heiligmaking als het grote en doorslaggevend bewijs van genade blijft onbesproken of verzandt in wetticisme. Het is een soort schema waarin alles wordt beredeneerd, terwijl het kenmerk van Gods werk is, dat het origineel is. God gaat met ieder van de Zijnen zijn eigen, soevereine weg.
Ik zou wensen dat men terugkeerde naar het bijbelse spreken over opwas en zou begrijpen dat opwas betekent toename in de kennis van Christus. Er zou nog meer over te zeggen zijn. Eén ding wil ik nog zeggen. Het moet van de andere kant komen, jazeker, maar het moet vooral waarheid in het binnenste zijn. De lampen van gewichtig gepraat gaan straks allemaal uit. Er moet olie in ons vat zijn.
Ds. C. Harinck
Dit artikel is beantwoord door
Ds. C. Harinck
- Geboortedatum:09-04-1933
- Kerkelijke gezindte:Gereformeerde Gemeenten
- Woon/standplaats:Kapelle
- Status:Actief
Bijzonderheden:
Emeritus
Bekijk ook: