Haat tegen de kerk
G. Slurink | 3 reacties | 12-08-2021| 15:52
Vraag
Ik ben 50 jaar niet naar de kerk geweest omdat het reformatorische geloof er ingestampt werd door m’n ouders. Als je een leugentje beging werd je keihard afgestraft. Een koekje ongevraagd pakken en ze kwamen het aan de weet, dan op m’n knieën om vergeving vragen.
Op een dag vond ik een portefeuille. Samen met een vriendje haalde ik het geld er uit en de lege portemonnee gooide ik in het water. Dat is uitgekomen en de straf zal ik m’n hele leven niet meer vergeten. Ik durf het ook niet op te schrijven. Vandaar mijn haat tegen de kerk.
Antwoord
Beste vraagsteller,
U vertelt over uw opvoeding. Blijkbaar was die streng en daarom haat u de kerk en bent u er al 50 jaar niet meer geweest. Maar blijkbaar laat het u toch ook niet los, anders had u dit niet geschreven aan Refoweb.
Ik wil u ook graag iets vertellen. Ik ben ook kerkelijk opgevoed in een stadje waar meer dan 30 kerken waren. Een zeer kerkelijke omgeving dus. Elke zondag moesten we twee keer naar de kerk en daar had ik een ontzettende hekel aan. Er waren ook allerlei dingen die ik graag wilde maar niet mocht en dingen die ik moest maar eigenlijk niet wilde. Daarom had ik ook een hekel aan de kerk en het christelijk geloof. Al jong zocht ik manieren om mezelf vrij te maken van de kerk en alles wat er bij hoort. Het was voor mij dan ook een grote opluchting toen ik dat allemaal achter me kon laten en kon doen en laten wat ik zelf wilde.
Alleen, er bleef iets aan mij knagen. Er was iets, of liever gezegd Iemand, waar ik niet omheen kon, namelijk God zelf. In de Bijbel staat: “het is de mensen beschikt éénmaal te sterven en daarna volgt het oordeel.” Ik wist dat er zal een dag zou komen dat ik moest sterven, voor God kwam te staan en verantwoording afleggen aan Hem die mij het leven gaf. Dan zou ik me moeten verantwoorden over alles wat ik (zelf) heb gedaan en wat ik (zelf) heb nagelaten te doen. Dat kon ik niet ontlopen. De kerk kon ik wel achter me laten. Maar God, daar kon ik niet omheen.
In de jaren die volgden probeerde ik dit besef te onderdrukken en dat lukte redelijk goed. Maar toch niet helemaal. Dan probeerde ik mezelf tot rust te brengen met de gedachte: ik bekeer me wel tot God vlak voor mijn sterven. Totdat op een dag mijn vrouw naar God begon te zoeken en me vroeg om samen met haar te bidden. Ik stemde toe en wilde dat ook oprecht doen. Maar toen het er op aan kwam kon het niet. Ik kon geen woord uitbrengen. Er was een onoverbrugbare kloof tussen mij en God. Toen sloeg de schrik mij om het hart en realiseerde ik dat ik me helemaal niet zo makkelijk tot God kon bekeren. God was onbereikbaar voor mij.
Een onrustig jaar volgde, waarin mijn vrouw tot geloof kwam en ik via haar met christenen in contact kwam die zich om mij bekommerden. Ik begreep eigenlijk niets van de Bijbel en had een totaal verkeerd beeld van het christelijk geloof. Maar één ding werd me wel duidelijk: dat het voor mij van het allergrootste belang was vrede te krijgen met God, zo snel mogelijk. Maar ook dat God daartoe een weg had gegeven: Zijn eigen Zoon, de Heere Jezus Christus, die is gestorven aan het kruis op Golgotha om onze zonden op zich te nemen en ons door het geloof in Hem met God te verzoenen.
De tekst die ik noemde luidt eigenlijk volledig: “En zoals het voor de mensen beschikt is dat zij eenmaal moeten sterven en dat daarna het oordeel volgt, zo zal ook Christus, Die eenmaal geofferd is om de zonden van velen weg te dragen, voor de tweede keer zonder zonde gezien worden door hen die Hem verwachten tot zaligheid” (Hebreeën 9:27-28).
Iets eenvoudiger gezegd staat er dit: “alle mensen moeten eenmaal sterven en dan volgt het oordeel, maar degenen die de zaligheid van de Heere Jezus Christus verwachten, Die is geofferd (aan het kruis op Golgotha) voor de zonden van velen, die zullen als zonder zonde worden gezien bij Zijn wederkomst (en blijven daarmee buiten het oordeel). Dat is waar het om gaat: geloof in de Heere Jezus, dat wil zeggen dat we onze redding verwachten van de Heere Jezus alleen. Dat is het evangelie waar alles aan vast zit, het goede nieuws, waar de hele Bijbel naar toe wijst. Dan is er geen straf meer, maar vrijspraak, omdat de Heere Jezus al onze schuld heeft betaald met Zijn leven toen wij nog zijn vijanden waren. Wat een liefde! Wat een ontfermen!
Beste vraagsteller, het gaat niet om uw verhouding tot de kerk, het gaat om uw verhouding tot God, het gaat om uw verhouding tot de Heere Jezus. De kerk bestaat uit allerlei mensen, mensen die dingen verkeerd doen, soms heel erg verkeerd. Mensen die je pijn kunnen doen. Zondige mensen die zich allemaal voor God zullen moeten verantwoorden. Mensen die vergeving nodig hebben. Net zoals u en ik, want wij hebben ook een hoop verkeerd gedaan in ons leven. En ook wij hebben een hoop dingen nagelaten die we hadden moeten doen. Er is een God en die God zal ieder mens oordelen, Hij zal kerkmensen oordelen, en Hij zal net zo goed u en mij oordelen. En als het van ons afhangt dan zullen wij er ook zeker niet goed van afkomen. Ook wij hebben vergeving nodig. Vergeving die alleen te vinden is door het geloof in de Heere Jezus Christus.
Toen ik dat besefte heb ik mijn handen gevouwen en mijn ogen gesloten en gebeden tot de Heere Jezus en gezegd: “Heere Jezus, ik heb heel mijn leven verkeerd geleefd, wilt U mij vergeven, ik wil me tot U toe keren, wilt U zich over mij ontfermen, mijn hoop is op U, leert U mij wat te doen en hoe te leven.”
Vanaf die dag begon mijn leven beetje bij beetje te veranderde en begon ik te zien dat het geloof heel anders was dan ik dacht en dat de kerk heel wat anders was dan dan ik dacht en dat kerkmensen heel anders waren dan ik dacht. Dat er heel zorgzame kerkmensen zijn, maar dat er ook een hoop verkeerde ideeën en gewoonten zijn onder kerkmensen. Dat niet alle kerkmensen christen zijn. Dat er kerkmensen zijn die een hoop goed hebben gedaan en nog steeds doen, maar dat er ook kerkmensen zijn die heel erge dingen hebben gedaan. En dat we allemaal de Heere Jezus nodig hebben.
Beste vraagsteller, wees niet gefocust op de kerk maar bedenk dat er een God is die ieder mens oordelen zal, ook u. En laat u met deze God verzoenen. Daar vindt u een liefde die u nergens anders zult tegenkomen. In de Bijbel staat: “God echter bevestigt Zijn liefde voor ons daarin dat Christus voor ons gestorven is toen wij nog zondaars waren. Veel meer dan zullen wij, gerechtvaardigd zijn door Zijn bloed, door Hem behouden worden van de toorn” (Romeinen 5:8-9).
Dan zult u wellicht bemerken dat het geloof heel anders is dan u denkt. En dan zult u wellicht ook anders tegen de kerk gaan aankijken. Wellicht zal er dan een dag komen dat u de kerk niet meer haat, maar lief krijgt. Niet omdat het nu allemaal zulke fijne mensen zijn, maar omdat de Heere Jezus ook voor hen, net zoals voor u en voor mij, gestorven is toen wij allen nog zondaars en vijanden van God waren, om ons te redden van de komende toorn en ons het eeuwige leven te geven.
Een hartelijke groet,
Gerard Slurink
Dit artikel is beantwoord door
G. Slurink
- Geboortedatum:12-02-1963
- Kerkelijke gezindte:Reformatorisch
- Woon/standplaats:Lahti, Finland
- Status:Actief
Bijzonderheden:
*Voormalig popmuzikant
Dit panellid heeft meerdere artikelen geschreven
God is een Vader die rechtvaardig, maar tegelijkertijd liefdevol is. Hij roept ouders en ook ons op, elkaar lief te hebben:
8 Die niet liefheeft, die heeft God niet gekend; want God is liefde.
9 Hierin is de liefde Gods jegens ons geopenbaard, dat God Zijn eniggeboren Zoon gezonden heeft in de wereld, opdat wij zouden leven door Hem.
10 Hierin is de liefde, niet dat wij God liefgehad hebben, maar dat Hij ons lief heeft gehad, en Zijn Zoon gezonden heeft tot een verzoening voor onze zonden.
11 Geliefden, indien God ons alzo lief heeft gehad, zo zijn ook wij schuldig elkander lief te hebben.
12 Niemand heeft ooit God aanschouwd; indien wij elkander liefhebben, zo blijft God in ons, en Zijn liefde is in ons volmaakt.
13 Hieraan kennen wij, dat wij in Hem blijven, en Hij in ons, omdat Hij ons van Zijn Geest gegeven heeft.
14 En wij hebben het aanschouwd, en getuigen, dat de Vader Zijn Zoon gezonden heeft tot een Zaligmaker der wereld.
15 Zo wie beleden zal hebben, dat Jezus de Zoon van God is, God blijft in hem, en hij in God.
16 En wij hebben gekend en geloofd de liefde, die God tot ons heeft. God is liefde; en die in de liefde blijft, blijft in God, en God in hem.
17 Hierin is de liefde bij ons volmaakt, opdat wij vrijmoedigheid mogen hebben in den dag des oordeels, namelijk dat gelijk Hij is, wij ook zijn in deze wereld.
18 Er is in de liefde geen vrees, maar de volmaakte liefde drijft de vrees buiten; want de vrees heeft pijn, en die vreest, is niet volmaakt in de liefde.
19 Wij hebben Hem lief, omdat Hij ons eerst liefgehad heeft.
20 Indien iemand zegt: Ik heb God lief; en haat zijn broeder, die is een leugenaar; want die zijn broeder niet liefheeft, dien hij gezien heeft, hoe kan hij God liefhebben, Dien hij niet gezien heeft?
21 En dit gebod hebben wij van Hem, namelijk dat die God liefheeft, ook zijn broeder liefhebbe.
Ook merken we zelf bijna elke dag, dat wij aan dat ideaalbeeld nog niet voldoen. We hebben onze naaste niet voortdurend lief en we struikelen en vergeten God als het ons heel goed gaat, of juist heel slecht. Gelukkig mogen we weten, dat hij ons niet
Loslaat.
Zelfs als wij ontrouw zijn, zo blijft hij trouw… (2 Tim 2:13)
Ik wens u Gods zegen en nabijheid toe! Hij is de enige, dei helen kan en de tranen van uw ogen kan afwissen.
Beste vraagsteller, zie alstublieft niet op mensen. Die zullen u blijven teleurstellen. Zoals ook wij een ander pijn doen in ons leven.
Zie omhoog. Altijd. Elk moment. Ook als de omstandigheden het zicht vertroebeld heeft. Iedereen die het van Hem verwacht, zullen nóóit beschaamd worden.
Wens u veel wijsheid toe!