De eenheid van de kerk op aarde
Ds. G. Kater | Geen reacties | 30-07-2021| 16:02
Vraag
Ik lees geregeld van christenen dat ze bepaalde christenen uit bijvoorbeeld de katholieke kerk als afvallig of niet echte christenen beschouwen en vice versa. Er lijkt een tweespalt tussen de katholieke kerk en de reformatorische kerken te zijn. Nu zet dat mij wel eens aan het denken. Hoe zit het met de kerk van voor de reformatie? Die was naast de orthodoxe kerk, de enige kerk. Als we de katholieke kerk als afvallig beschouwen zou dit betekenen dat er voor de reformatie eeuwenlang geen kerk/lichaam van Christus zou zijn geweest. En iedereen is het er toch over eens dat dat niet het geval is geweest.
Zijn we uiteindelijk niet allemaal onderdeel van het Lichaam van Christus, zowel de katholieke kerk als de reformatorische kerken? Ook die laatste kent veel afsplitsingen met allerlei ernstige dwalingen. Denk aan het hypercalvinisme. Zouden we als lichaam van Christus niet meer verbroedering moeten zoeken met onze katholieke broeders en zusters en ons samen meer richten op het verspreiden van het evangelie in plaats van elkaar aan te vallen? Hoe kunnen we de wereld het evangelie brengen als we het onderling niet eens kunnen worden?
Antwoord
Beste vriend(in),
Uit je vraag leid ik af dat de eenheid van de kerk op aarde voor jou heel belangrijk is. Dat doet me goed omdat ik dat persoonlijk herken; maar vooral omdat het een Bijbelse opdracht is! Denk aan het gebed van de Heere Jezus in Joh. 17:21. Tegelijkertijd maakt de Bijbel ook duidelijk dat deze eenheid allereerst een geestelijke eenheid in de waarheid van het Woord van God is. Ook dát leren we uit het gebed van de Heere Jezus; lees Joh. 17:17. Zijn gebed voor de Zijnen om geheiligd te worden in de waarheid (vers 17) gaat daarbij zelfs vooraf aan het gebed om hun eenheid in vers 21. Dat is een heel belangrijke notie in deze thematiek die we nooit uit het oog mogen verliezen. Een vorm van (kerkelijke) eenheid die níet voortkomt uit geestelijke eenheid in de waarheid van God is blijkbaar niet de eenheid waar Christus om bidt. Het gaat juist om geestelijke- en kerkelijke eenheid in de belijdenis van het éne zaligmakende geloof in Jezus Christus.
Na deze algemene opmerking wil ik graag ingaan op jouw concrete vragen. Sinds de tijd van het Nieuwe Testament heeft de katholieke (wereldwijde) christelijke kerk zich op een bepaalde wijze ontwikkeld. In Zijn goedheid heeft God de kerk in de eerste eeuwen bewaard bij de waarheid van Zijn Woord. Denk in dit opzicht aan de strijd over de Godheid van Christus en de leer van de Drie-eenheid van God; waarbij uit de geloofsbelijdenissen van Nicea en Athanasius duidelijk wordt dat de Bijbelse leer in de kerk bewaard gebleven is, ondanks het feit dat deze Bijbelse leer in deze tijd hevig aangevochten werd binnen de kerk. In het jaar 1054 ontstond helaas de eerste breuk tussen de katholieke kerk (van het Westen) en de Oosters-Orthodoxe kerk; door een verschil van mening over de vraag of de Heilige Geest alléén van de Vader uitgaat of van de Vader én de Zoon uitgaat.
Vervolgens maakt de kerkgeschiedenis duidelijk dat er in de eeuwen vóór de Reformatie sprake is van aangrijpend geestelijk verval in de katholieke kerk van het Westen. Denk aan de officiële dogma’s m.b.t. de verering en voorbede van Maria en andere heiligen, de mis, de positie van de bisschop van Rome (de paus) en de plaats van de goede werken m.b.t. de rechtvaardiging van zondaren. Stuk voor stuk heel belangrijke thema’s die van directe invloed zijn op de zaligheid van zondaren. De leer van de kerk verwijderde zich hiermee formeel steeds verder van de Bijbelse leer van de apostelen en het katholieke christelijke geloof.
Zeker, in het instituut van deze kerk heeft God in al deze eeuwen altijd Zijn kinderen (en dienaren) gehad. In die zin heeft God Zijn Kerk (met een hoofdletter) altijd bewaard, ook in de donkere tijd voor de Reformatie. En ook in de tijd van de Reformatie en daarna zijn er in deze kerk altijd oprechte christenen geweest. Denk bijvoorbeeld aan de kloosteroverste Von Staupitz, die Maarten Luther in zijn hevige aanvechtingen op Christus wees. Toch is deze man altijd in de (Rooms) katholieke kerk gebleven. Zulke mensen zijn er ook vandaag nog.
De Reformatoren hadden nooit de intentie om met de (Rooms) katholieke kerk te breken, maar kwamen wel tot de ontdekking dat de leer van deze kerk in hun tijd (ver) was afgeweken van het (katholieke) christelijke geloof van de apostelen. Om deze reden wilden ze de kerk (van binnenuit) reformeren. Helaas bleek dat niet mogelijk en werden zij uit de kerk verbannen. Vervolgens heeft het concilie van Trente (een Rooms katholieke kerkvergadering) relatief kort na de tijd van Reformatie de Bijbelse opvattingen over de rechtvaardiging door het geloof én degenen die deze Bijbelse leer belijden; vervloekt. Deze uitspraken zijn nooit herroepen en gelden formeel tot op de dag van vandaag. Dat maakt wel duidelijk dat de Rooms katholieke kerk van na de Reformatie heel bewust afscheid genomen heeft van de (katholieke) leer van de apostelen.
De Reformatie heeft dus nooit als doel gehad om een nieuwe kerk te stichten, maar wilde juist terugkeren naar de apostolische leer van de oude katholieke kerk. En het ging daarbij niet om bijzaken, maar om de kern van de apostolische leer. Wie Hand. 2:42 leest ontdekt hoe belangrijk deze leer van de apostelen is voor de kerk. De Bijbelse boodschap van de rechtvaardiging van de goddeloze, alleen door het geloof in de Heere Jezus Christus, is (zo zei Maarten Luther al) de boodschap waarmee de kerk staat of valt. De Reformatie is daarom geen kerkelijke afscheiding geweest, maar een terugkeer naar de oude katholieke kerk. Helaas zijn in de eeuwen na de Reformatie in de kerken die voortkomen uit de Reformatie wel veel kerkelijke breuken geweest die er (naar mijn persoonlijke overtuiging) nooit hadden mogen komen. Omdat de Bijbel en de gereformeerde belijdenisgeschriften (ondanks alle verval in de kerk) nog steeds de grondslag van de Nederlands Hervormde Kerk waren. Binnen de bandbreedte van de Bijbel en de gereformeerde belijdenisgeschriften mógen er ook bepaalde verschillen zijn. Het hypercalvinisme (wat niet wil weten van een algemeen aanbod van genade met bevel tot bekering en geloof aan mensen die nog onbekeerd zijn) is inderdaad óók in strijd met de gereformeerde belijdenis. Ik ben het zeker met je eens dat dit een ernstige dwaling is.
In de huidige situatie is er sprake van heel veel verdrietige verdeeldheid tussen de diverse kerken van de Reformatie, met dezelfde Bijbel en dezelfde belijdenisgeschriften. Het is daarom zonder meer onze roeping om te streven naar geestelijke- en kerkelijke eenheid met allen die de katholieke leer van Christus belijden. Omdat het Zijn kerk is; en omdat het gaat om de eer van Zijn Naam. Omdat Zijn gebed in Joh. 17 voor ons tegelijk een Bijbels gebod is.
Het zal je op grond van de bovenstaande uitleg vast duidelijk zijn dat ik daarbij het instituut van de Rooms katholieke kerk en de kerken van de Reformatie niet beschouw als beide deel uitmakend van het lichaam van Christus. De formele opvattingen van de RKK (en denk ook aan het feit dat deze kerk talloze oprechte christenen in de tijd van de Reformatie vervolgd en gedood heeft) zijn de redenen dat in de eeuw van de Reformatie (en later) veel christenen (het instituut van) deze kerk zelfs gezien hebben als openbaring van de antichrist. Dat schrijf ik niet om bewust een tegenstelling te creëren of aan te scherpen; maar om eerlijk de feiten onder ogen te zien. Ik voeg daar graag aan toe dat er in onze tijd ook diverse (ethische) thema’s zijn (bijv. de beschermwaardigheid van het menselijk leven, de afwijzing van abortus provocatus en euthanasie, Gods schepping van man en vrouw naar Zijn beeld, het huwelijk als een verbond voor het leven tussen één man en één vrouw, de Bijbelse visie op (homo)seksualiteit, de afwijzing van de genderideologie, enz.); waarin er ook heel veel herkenning is tussen christenen uit de RKK en reformatorische christenen, op grond van het Woord van God.
Ik hoop dat mijn reactie je duidelijk maakt dat het biddend uitzien naar- en werken aan méér eenheid een voluit Bijbelse opdracht is die ik van harte met jou wil benadrukken! Waarbij het wél gaat om geestelijke- en kerkelijke eenheid in het eeuwige Woord van God en de leer van de Reformatie. Laat het elke dag jouw en mijn gebed zijn, en laten we dat ook waar mogelijk metterdaad in de praktijk brengen. Omdat Christus ervoor bidt: “Opdat zij allen één zijn, gelijkerwijs Gij, Vader, in Mij, en Ik in U, dat ook zij in Ons één zijn, opdat de wereld gelove dat Gij Mij gezonden hebt” (Joh. 17:21).
Met hartelijke groet,
Ds. G. Kater
Dit artikel is beantwoord door
Ds. G. Kater
- Geboortedatum:10-07-1978
- Kerkelijke gezindte:Hersteld Hervormd
- Woon/standplaats:Arnemuiden
- Status:Actief