Volgorde van gebeurtenissen op Paasmorgen
Ds. G.K. Terreehorst | 1 reactie | 13-04-2021| 10:26
Vraag
Een vraag over de opstanding: in het ene bijbelboek staat dat Maria Magdalena tegen de discipelen moest zeggen dat Hij hen voor zou gaan naar Galilea en dat Hij hen daar zou ontmoeten. In Johannes 20 staat dat de Heere Jezus de discipelen de avond van zijn opstanding in het huis ontmoette. Is de Heere Jezus dan niet eerst naar Galilea gegaan? Hoe moet ik deze geschiedenis lezen?
Antwoord
Beste vragensteller,
Je vraagt naar de precieze volgorde van alle gebeurtenissen op de Paasmorgen. Je hebt gelijk dat het nog niet zo eenvoudig is om de verslagen van de vier evangelisten op één lijn te krijgen. Als je ze alle vier leest dan lijken ze soms tegenstrijdig. Het aantal vrouwen, de verschijningen van Jezus, de volgorde van de dingen lijken niet met elkaar te kloppen. Dr. Jakob van Bruggen heeft in zijn boek “Christus op aarde” al deze dingen op een rij proberen te zetten. Van harte aanbevolen!
Als het gaat om al die gebeurtenissen rondom Pasen moet je het volgende bedenken:
1. Na het sterven van Jezus aan het kruis waren alle volgelingen van Jezus totaal verslagen. Nooit hadden ze kunnen denken dat hun Meester zou sterven aan een kruis. Dat Hij zou opstaan uit de dood hadden ze nooit voor mogelijk gehouden. Hoewel Jezus erover gesproken had tijdens Zijn leven, was het voor hen ondenkbaar. Bij Zijn gevangenneming waren ze dan ook allemaal weggevlucht. Waarschijnlijk zaten ze dan ook op allerlei verschillende plekken verstopt en gevlucht uit angst van wat hen wellicht te wachten stond. Zouden zij ook opgepakt en gedood worden? Niet voor niets zitten de discipelen op de avond van Pasen met de deuren stevig op slot.
2. Toen de vrouwen naar het graf gingen en de boodschap van de opstanding hoorden konden ze dit dan ook nauwelijks geloven. Sommige zaken die ze zien lijken nauwelijks tot hen door te dringen. Geloof en twijfel wisselen elkaar af. Ook bij Petrus en Johannes zie je hoe ze het eerst nauwelijks kunnen geloven en verwonderd zijn. In de evangeliën lezen we telkens over twijfel. Je kunt je voorstellen dat die vrouwen die het geopende graf gezien hebben, misschien even later wel weer dachten ‘heb ik mij niet vergist’. Langzamerhand groeit het opstandingsgeloof in de harten van de vrouwen en discipelen. Hoop en wanhoop wisselen elkaar af die Paasmorgen. Niet bij elke discipel is het geloof even zeker en vast. Ook na verschillende ontmoetingen is er nog twijfel.
3. Je kunt je ook voorstellen wat voor een verwarring het gegeven heeft toen de vrouwen naar de discipelen kwamen met de boodschap dat Jezus is opgestaan. De vrouwen moesten waarschijnlijk op allerlei plaatsen in Jeruzalem op zoek naar de discipelen. Er waren verschillende wegen om van en naar het graf te gaan. Men lijkt elkaar vaak mis te lopen en er is een grote verwarring. Begrijpelijk gezien de bijzondere omstandigheden.
4. Ook spreken de evangelisten soms over de vrouwen als een groep, soms noemen ze maar enkele namen van een grotere groep. Als het over Maria gaat is ook niet altijd duidelijk over welke Maria het gaat. De evangelisten zijn geen wetenschappers die een nauwkeurig feitenrelaas opschrijven. Elk van hen vertelt een deel van alles wat er gebeurd is en veel van de gebeurtenissen zijn ongetwijfeld helemaal niet opgeschreven. Zij schrijven met maar één doel: om te getuigen van het wonder van de opstanding.
5. De soms wat verwarrende verslagen van de vier evangelisten zijn een sterk bewijs dat de opstanding echt gebeurd is. Als het allemaal een leugen van de discipelen was, dan zouden de verhalen wel veel mooier op elkaar aansluiten. Juist deze verwarring laat zien dat ook zij totaal overrompeld waren door de gebeurtenissen.
Wat betreft Maria Magdalena blijkt uit Johannes 20 dat zij vanaf het graf als eerste naar Petrus en Johannes gaat. Zij verblijven in hetzelfde huis en Maria weet waar zij zijn. Wellicht gaan de andere vrouwen via een andere route naar de andere discipelen op zoek. Maria brengt de boodschap: “Ze hebben de Heere weggenomen...” Blijkbaar durft ze niet te getuigen van de opstanding, of is ze zo in de war dat ze dit als eerste zegt. Wat ook kan is dat ze eerder is weggerend, nog voor de engelen de boodschap aan de andere vrouwen hebben verteld. Als Petrus en Johannes haar bericht horen dan snellen ze naar het graf. De vrouwen lijken ondertussen (via een andere route?) alweer verdwenen. Als ze aankomen zien ze dat het graf leeg is. Wellicht komen Maria en de andere vrouwen er later, als de rust wat is weergekeerd, toe om de boodschap die ze had gekregen te vertellen: “Ga naar Galilea...” Waarschijnlijk lukt het ook pas ’s avonds om alle discipelen bij elkaar te krijgen, hoewel ook dan Thomas nog ontbreekt. De discipelen als groep ontmoeten daar Jezus voor het eerst. Later in Galilea zouden ze Hem opnieuw ontmoeten. Misschien is het zo gegaan, of misschien ook nog anders.
In ieder geval strijden al deze getuigenissen niet met elkaar. Het laat vooral zien dat de opstanding van Jezus voor de vrouwen en discipelen (net als voor ons) een nauwelijks te bevatten wonder is. “Deze zijn geschreven, opdat gij gelooft dat Jezus is de Christus, de Zone Gods, en opdat gij gelovende het leven hebt in Zijn naam” (Joh. 20:31).
Ds. G. K. Terreehorst
Dit artikel is beantwoord door
Ds. G.K. Terreehorst
- Geboortedatum:23-05-1986
- Kerkelijke gezindte:Hersteld Hervormd
- Woon/standplaats:IJsselstein
- Status:Actief
Bijzonderheden:
Bekijk ook:
Dit panellid heeft meerdere artikelen geschreven
Het is allemaal zo dicht bij elkaar dat alle verhalen makkelijk waar kunnen zijn.