Geveinsde bekering
Ds. E. Gouda | 1 reactie | 02-04-2021| 13:46
Vraag
Moet een vrouw kiezen voor haar man of voor haar kinderen? In de situatie waarover ik spreek is de man al zeker tien jaar vreemdgegaan en veinst hij zijn bekering. De meeste van zijn kinderen hebben dit door. De moeder niet. De man is bovendien manipulatief en (vermoedelijk) een narcist. Het veinzen is met vrij veel zekerheid te herkennen als ik het artikel ' 8 kenmerken van oprecht berouw' lees. Hoe is iemand te herkennen die zijn bekering veinst?
Antwoord
Beste vragensteller, veinzen, daarover gaat het in jouw casus. Veinzen betekent: doen alsof, huichelen. In de Bijbel waarschuwt bijvoorbeeld de Heere Jezus ervoor. Het is van alle tijden, maar daarmee niet goed. Zeker niet als het over onze bekering gaat.
Je vraagt hoe iemand te herkennen is die zijn bekering veinst. In de Dordtse Leerregels, een van de drie reformatorische belijdenisgeschriften van de kerk, staat in hoofdstuk III/IV, een prachtig artikel over de “verdorvenheid van de mens, de bekering tot God en de wijze waarop deze zich voltrekt.” In paragraaf 15 van dit hoofdstuk staat: “Deze genade [van het geloof] is God aan niemand verschuldigd. Wat zou Hij schuldig zijn aan iemand, die Hem niets geven kon, zodat het hem dan vergolden wordt? Ja, wat zou God aan iemand schuldig zijn die van zichzelf niets anders heeft dan zonden en leugen? Daarom, wie deze genade ontvangt, is daarvoor alleen aan God eeuwige dank verschuldigd. HIj brengt Hem die dank dan ook toe. Maar wie deze genade niet ontvangt, acht deze geestelijke dingen van geen enkele waarde. HIj doet alleen wat hij zelf wil. Of hij beroemt zich zorgeloos, zonder enige grond, op iets wat hij niet heeft. Verder is het zo dat men, naar het voorbeeld van de apostelen, over mensen die hun geloof openlijk belijden en hun leven beteren, het beste moet oordelen en spreken.* Want het binnenste van het hart is onbekend. Wat anderen betreft, die nog niet geroepen zijn, voor hen moet men tot God bidden. Hij roept de dingen die niet zijn alsof zij waren. Wij moeten ons in geen geval hoogmoedig tegenover hen gedragen, alsof wij het onderscheid met andere mensen aan onszelf te danken zouden hebben.”
*Bij het “openlijk belijden van het geloof” kunnen we denken aan de openbare geloofsbelijdenis en aan een leven overeenkomstig deze belijdenis. (Overgenomen uit: Dr. W. Verboom, De Dordtse Leerregels. Een hertaling.).
Hier heb je het antwoord. Leer en leven zijn met elkaar in balans. Wij kijken niet verder dan de buitenkant, want “het binnenste van het hart is ons onbekend.” Wij zien met andere woorden aan wat voor ogen is, God ziet het hart aan (1 Sam. 16:6-7). Wij staan dus voor een zekere grens, omdat wij geen kenners van het hart zijn. Daarom klinkt in de Schrift en in onze formulieren de oproep om onszelf te onderzoeken (of wij in het geloof zijn). De Schrift maakt in de hand van de Heilige Geest zondaren ook eerlijk, want we worden ontdekt aan “zonde, oordeel en gerechtigheid.” En we worden vermaand om bijvoorbeeld af te blijven van het heilig avondmaal zolang wij bewust vasthouden aan bepaalde zonden (ook die van seksuele onreinheid of overspel).
Laten we zelf eerlijk voor de spiegel staan en met de discipelen de vraag stellen: Ben ik het Heere? Is mijn geloof echt en ben ik oprecht? Hoe sta ik tegenover de Heere Jezus?
Maar ga ik dan voorbij aan jouw casus? De casus die je inbrengt is complex. Laten we oppassen om geen stenen op te nemen en de ander zonder proces te vonnissen.
Ware kinderen van God zijn hieraan te herkennen:
-God eeuwig dank verschuldigd zijn;
-de geestelijke dingen van God op waarde weten te schatten;
-Gods wil doen;
-geen eigen roem;
-openlijk belijden van het geloof en het beteren van het leven.
Ik vat het samen met Zondag 33 van de Heidelbergse Catechismus. De bekering bestaat uit twee delen: mijn oude mens gaat sterven en mijn nieuwe mens staat op. Wat houdt het in dat jouw oude mens sterft? Dat ik van harte berouw heb over mijn zonden en die haat en ontvlucht. Wat houdt het in dat jouw nieuwe mens opstaat? Dat ik van harte blij ben in God door Christus en Gods wil doe door goede werken. Waar dit ten diepste ontbreekt, daar ontbreekt de wortel van de ware bekering.
Wat kunnen wij doen? Laten we ons niet hoogmoedig gedragen, maar ondertussen bidden voor mensen die in allerlei strikken van de boze en van het eigen ik gevangen zitten.
Hartelijke groet,
Ds. E. Gouda
Dit artikel is beantwoord door
Ds. E. Gouda
- Geboortedatum:25-12-1968
- Kerkelijke gezindte:PKN (Hervormd)
- Woon/standplaats:Nieuw-Lekkerland
- Status:Actief
Dit panellid heeft meerdere artikelen geschreven
Soms denk ik dat een moeder inderdaad moet kiezen tussen haar man en haar kinderen. Als de kinderen veel schade ondervinden van het gedrag van hun vader, dan kan het zijn dat dit de manier is om haar kinderen te beschermen! Maar deze stap wordt door buitenstaanders, die niet weten hoe de situatie echt is, meestal niet begrepen en gewaardeerd. Vaak is er veel veroordeling als je wilt scheiden...
Maar als de moeder het niet ziet, dan wordt het moeilijk. Vaak gaat manipulatie stapsgewijs en hebben de mensen die daar het slachtoffer van zijn dit niet door. Misschien ken je het verhaal van de kikker in de pan met water? Als je een kikker in een pan met koud water op het vuur zet en het water wordt steeds warmer, dan blijft de kikker zitten. Hij wordt langzaam opgewarmd, maar heeft het niet door en zo gaat de kikker dood. Maar als je een kikker in een pan met warm water stopt, dan springt ie eruit. Zo gaat het ook met manipulatie. Mensen laten steeds meer toe, want ze zien het niet en wennen eraan en raken steeds meer zichzelf kwijt. Zou het in 1 keer heel erg zijn, dan zouden ze het wel zien. Maar zo gaat het meestal niet in deze situatie, meestal gaat het langzamerhand en sluipenderwijs. Dan is er nog het "(terug)schrikeffect" en dat mensen voelen dat het niet klopt. Meer hierover kun lezen op www.verdwenenzelf.nl
Ik wens je sterkte!