Priem door de oren
Ds. P. Molenaar | 2 reacties | 24-03-2021| 08:09
Vraag
In Deuteronomium 15 :17 staat er dat als iemand een slaaf/slavin/dienstknecht wilde blijven, dat hij/zij een priem door de oren kreeg. Nu lijkt mij dat raar, want God wilt toch niet dat we om een symbool pijn moeten lijden? Besnijdenis is ook pijnlijk, maar dat werd bij kinderen gedaan die 8 dagen oud waren.
Antwoord
Het waren toch goede wetten die de Heere aan Zijn volk gaf. Iemand kon in de schuld raken en tot slavernij vervallen. De wetgever aanvaardt deze toestand wel, maar stelt nadrukkelijk, dat deze maar voor een bepaalde tijdsduur zou mogen gelden, zo staat dat hier in Deuteronomium 15: 12-15. Je kunt dat verder zien bij de instelling van het sabbatsjaar (zevende jaar) en jubeljaar (vijftigste jaar) zoals je wellicht weet uit de wetten van Mozes. Slechts op uitdrukkelijk verzoek van de slaaf of van de slavin zelf kan wel blijvende slavernij voorkomen. In het zevende jaar moest men hem/haar toestemming geven om te vertrekken.
Dus dat betekent dat die sociale wetten in Israël mild waren. De slaaf of slavin moest dus, anders dan in andere culturen, goed worden behandeld. Daarom is het ook beter om als het woord slaaf in de tien geboden in de HSV genoemd wordt, dat woord te vertalen met het woord dienstknecht of dienaar, omdat daarin zeker niet de harde slavernij bedoeld wordt, maar wel een mild omgaan met de arbeidsverhoudingen.
We verstaan onder ons woord slavernij veelal uitbuiting van mensen. Zo wordt in dit gedeelte ook gesproken over een milde verhouding naar de slaven en slavinnen toe. Zo kon het voor hem of haar verkieslijker zijn om bij zijn/haar heer/ meesteres te blijven, dan een onzeker bestaan in de arbeid te hebben. Een heer of meesteres kon dus heel goed zijn voor zijn slaven/slavinnen. Maar hij/zij mag ook vertrekken. Zo geldt dat voor slaven en slavinnen. Dus heeft de slavernij wel een enigszins andere betekenis, dan de slavernij die wij kennen uit het verleden, toen de slavenhandel nog welig tierde en onze voorouders daarin ook vaak in strijd met de wet gehandeld hebben, wegens de hardvochtige behandeling van slaven en slavinnen.
Ik vind de vraag die je stelt wel een aparte vraag. Jij denkt waarschijnlijk meer aan de pijngrens dan dat men vroeger daaraan dacht. Zo is mijn gedachte. Nu is de vraag of dit wel een heel pijnlijke geschiedenis was als de priem door je oor gaat en in de deur gestoken wordt als een symbolische handeling. Die priem was waarschijnlijk scherp en dun als een naald aan het eind. Nu hoe scherper de priem is, des te minder doet het pijn! Het gold als een heilige sociale handeling om dat oor te doorsteken, net als bij de besnijdenis. Ik denk dat hierbij wel een zekere voorzichtigheid in acht werd genomen, net als met gaatjes in een oor prikken voor sieraden. Maar uiteraard hebben we tegenwoordig meer verdovingsmiddelen dan toen. Maar vergeet niet dat de Joden er goed in waren om toch met bepaalde middelen de handelingen op hygiënische wijze te verrichten. De priem was ook een bepaald heilig voorwerp, gemaakt met het oog op deze handelingen, zo is ook uit opgravingen gebleken.
Ik denk ook dat we in onze tijd meer angst hebben voor pijn dan in de oudheid. Onze pijngrens is veel lager, naar mijn gedachte.
Verder zou ik op deze vraag geen antwoord weten. Men had in ieder geval het ervoor over om het oor met een priem te laten doorboren om bij de eigenaar te blijven. Goed om te weten dat Psalm 40:7 ook spreekt over het doorboren van de oren, waarbij die instelling uit het maatschappelijk leven geestelijk word toegepast op de dienst des Heeren.
Ds. P. Molenaar
Dit artikel is beantwoord door
Ds. P. Molenaar
- Geboortedatum:22-05-1945
- Kerkelijke gezindte:PKN (Hervormd)
- Woon/standplaats:Lunteren
- Status:Actief
Bijzonderheden:
EmeritusDit panellid heeft meerdere artikelen geschreven
Het doorboren van de oren komt sporadisch voor. Een dienaar, die het uitstekend bevalt bij zijn werkgever, geeft te kennen: je bent zo goed voor mij als werkgever dat ik je levenslang wil blijven dienen.
Op grond van die uitspraak worden er getuigen opgeroepen om de officiële bekendmaking van de dienaar te bekrachtigen. In het bijzijn van de getuigen gaat de dienaar naast de deurpost staan. Met een priem is hij zeer kort verbonden aan het huis van zijn werkgever. Hiermee verklaart hij: zo wil ik jou, mijn werkgever dienen voor de rest van mijn leven. De getuigen weten: hij is voor altijd verbonden aan deze werkgever.
Pijnlijk? Nee, de dienaar weet wat hij aan zijn werkgever heeft. Hij heeft gekozen voor een zekerheid en afhankelijkheid aan zijn werkgever is daarbij verankerd voor de rest van zijn leven. Dat is geen symbool maar een baanzekerheid bij een goede werkgever.
De besnijdenis voor de jongens op de 8e dag is nagenoeg pijnloos en er vloeit nauwelijks een druppel bloed. Het is tevens het moment waarop de jongen zijn naam krijgt. Gedurende de woestijnreis werden de jongens niet besneden, dat gebeurde achteraf. Mijn eigen besnijdenis kon vanwege de oorlogsjaren niet worden uitgevoerd. Die werd uitgesteld en op oudere leeftijd onderging ik die. Pijnlijk? Nee, verre van dat, het gevoel én de wetenschap om aan het gebod te voldoen verbleekte. Vanaf dat moment voelde ik mij thuis onder mijn volksgenoten.
Een oorbel en dan een vaste baan en verzorging tot je levenseinde vind ik wel iets moois...
Zoiets vind je niet vaak tegenwoordig...