Bloedworst
Kand. G.A. van Ginkel | Geen reacties | 14-01-2021| 08:06
Vraag
Ik ben een vrouw die in de Gereformeerde Gemeenten opgevoed is tot ongeveer mijn 20ste. Daarna heb ik een periode in mijn leven gehad die erg zondig was. Ik heb mij afgezet tegen het geloof, de kerk en heb echt dingen gedaan die tegen Gods wet zijn (o.a de zonden tegen het 5e en het 7e gebod; gescheiden). Ook ging ik om met mensen die niet gelovig waren. In die periode heeft iemand mij ooit bloedworst voorgeschoteld. Het allersmerigste wat ik ooit heb geproefd. Maar ik at het wel op uit beleefdheid.
Op een moment ontmoette ik een lieve (gelovige) man, ik raakte zwanger, brak met mijn oude leven en gewoontes, had geen rust meer en voelde dat ik niet zo verder kon leven. Ik vroeg God om vergeving voor alles en trouwde opnieuw. Twee mooie gezonde kinderen mogen krijgen die zijn ook gedoopt (wel in een ander kerkgenootschap). We zijn erg gelukkig samen. Ik ben bewust bezig met het geloof en wil graag een leven leiden zoals God het bedoelt. Ik bid ook of de Heilige Geest ons als gezin daarin wil helpen, zodat we leven tot eer van God.
Ik lees geregeld en zo ook een artikel over dat christenen geen bloed mogen eten. Ik schrok daarvan, want dat betekent dat ik er (onbewust) nog een zonde bijgedaan heb toen. Dat voelt nu zo rot! Als ik dat leven niet had geleid dan had ik ook nooit die bloedworst gegeten. Het knaagt zo nu en dan sowieso nog aan me wat ik allemaal gedaan heb en heb er nog steeds spijt van, al weet ik dat ik al vaak om vergeving heb gevraagd. Heeft iemand misschien een tip voor wat ik hieraan kan doen?
Antwoord
Je leven is veranderd. Je leeft nu op God gericht. Je wilt dankbaar zijn en oprecht. Je hebt spijt van je ‘eertijds’. Je gelooft in een vergevend God. En toch... Het knaagt. Als je denkt aan die bloedworst; het grote symbool voor je zondige leven van toen. Je raakt het niet kwijt.
Ik denk dat de duivel, Gods tegenstander, heel graag wil dat je op die bloedworst blijft zien. En ik denk dat God niets liever wil dan dat je op het Bloed zal zien. Het Bloed van het Lam. Er is vergeving in het Bloed. Ook voor die specifieke zonde van toen. Maar ik kan je daarvan niet overtuigen. Bid om Gods Geest!
Dat de zonden je zelfs als je weet van vergeving, je toch kunnen achtervolgen blijkt uit het gebed van David. Psalm 25. Hij weet dat zijn zonden vergeven zijn. Uit genade. En toch bidt hij: “HEERE, gedenk niet de zonden van mijn jonkheid.” Hij vergeeft het zichzelf niet, overrompeld als hij is door de liefde van God, voor zo’n mens als hij is. Tegen de achtergrond van die liefde, had hij het graag zo anders gedaan. Jij ook.
Hij, de grote Davidszoon, Hij heeft het goed gedaan. Zie op Hem!
Kand. G. A. van Ginkel
Lees ook:
Dit artikel is beantwoord door
Kand. G.A. van Ginkel
- Geboortedatum:13-01-1958
- Kerkelijke gezindte:PKN (Hervormd)
- Woon/standplaats:Maartensdijk
- Status:Actief
Bijzonderheden:
Pastoraal werk te Veen, Wijk (bij Heusden) en Groenekan.